Weer verliefd op je jeugdliefde

De eerste relatie, altijd een warme plek

Getty Images

Die eerste relatie houdt altijd een warm plekje in je hart… Wat zou er gebeuren als jullie elkaar weer zien? Drie Pluslezers vertellen hoe het weerzien voor hen uitpakte.

Uit een onderzoek dat Plus Magazine hield onder ruim 600 lezers blijkt dat 88 procent van de Pluslezers hun jeugdliefde niet is vergeten en nog weleens aan hem of haar denkt. Drie op de tien Pluslezers hebben spijt dat het uiteindelijk niets is ­geworden en meer dan de helft (53 procent) koestert nog steeds warme gevoelens voor hem of haar. 30 procent ging daad­werkelijk op zoek naar het vriendje of vriendinnetje van toen, vooral via Google en Facebook, en 32 procent heeft hem of haar ook gevonden.

Van hen vond 72 procent het heerlijk om al die herinneringen weer op te halen. Bijna alle ­ondervraagden onderstrepen ­echter dat die jeugdliefde van toen geen bedreiging vormt voor de partner van nu. Maar toch…de aantrekkingskracht van een jeugdliefde kan overrompelend zijn; daarvan getuigen deze drie verhalen.

We hebben een pauze gehad van dertig jaar’

Eric Boekhoven (54) uit Eesergroen werd op zijn 18de verliefd op Ina Lautenbach (52). De relatie duurde drie jaar. Dertig jaar na hun breuk werden ze opnieuw verliefd.

“Ik weet nog heel goed dat ik Ina voor het eerst zag, in een café in Emmen. Ze had lange, zwarte kleren aan met klompen eronder. Ik was meteen gek op haar. Ik zocht contact en we werden verliefd, zo simpel was het. Het was dik aan. Zo dik, dat we besloten om te gaan samenwonen toen we gingen studeren. Achteraf ging het te snel. Ik was er nog niet klaar voor om me te binden. Ik had nog zoveel te doen en te ontdekken; ik was nog lang niet uitgekeken. Ook niet op andere vrouwen. Toen Ina een punt achter onze verkering zette, deed dat erg veel pijn. Als ik heel eerlijk ben, bleef ik haar missen. Ik ben drie keer getrouwd geweest, maar bij niemand voelde ik me zo op mijn gemak als bij Ina. Bij haar kon ik helemaal mezelf zijn. Ze nam me ­zoals ik was, dat heb ik nooit meer bij iemand gevonden.

Zo heel af en toe kwam ik Ina nog tegen en dan voelde ik zo’n sterke aantrekkingskracht, dat praten al als ontrouw voelde naar mijn toenmalige vrouw. Toen ik Ina vijf jaar geleden opnieuw tegenkwam en mijn huwelijk net op de klippen was gelopen, wist ik dat ik moest doorpakken. Ina lag in scheiding, dus er was ruimte om het samen te proberen. Het was meteen goed. Dat is het voordeel van opnieuw een relatie krijgen met je jeugdliefde: je weet precies wat je aan elkaar hebt. Je kent elkaars geschiedenis. Het was meteen heel vertrouwd. In de jaren zonder Ina ben ik altijd aan het puzzelen geweest in een relatie. Ik wist hoe het eruit moest zien – dat je de ander behaagt maar er ook ruimte is voor jezelf – maar ik kreeg de puzzel maar niet gelegd. Bij Ina vielen alle stukjes meteen op hun plaats. De puzzel is af, dat is een heel vertrouwd gevoel. Drie jaar geleden zijn we getrouwd, in dezelfde plaats waar we elkaar ooit leerden kennen. Toen ik haar trouw beloofde, aarzelde ik geen moment. Eindelijk voelde ik me rustig, was ik thuis. Eigenlijk zijn Ina en ik altijd samen geweest, alleen hebben we een pauze gehad van dertig jaar.”

 

Getty Images

Blanca van den Brand is psycholoog, relatie­therapeut en schrijfster van boeken over liefde, seks

Je jeugdliefde opsporen: een goed idee?

“Een jeugdliefde maakt indruk omdat je toen nog zo onbevangen was en er totaal niet mee bezig was of de ander wel echt bij je paste en aan je verwachtingen voldeed. Het was gewoon liefde. Punt. Hoe mooi ook, het loopt vaak stuk. Als je jong bent, ben je volop in ontwikkeling. Je hebt ruimte nodig om verder te kijken. Je weekt je los van je ouders, maar ook van die vroege liefde. Door die oude patronen en rollen te doorbreken, komt er ruimte voor groei. Dat heeft een mens nodig. Via social media is het heel makkelijk om jaren later weer in contact te komen. Heel leuk, mits je onder het mom van ‘vroeger was alles beter’ maar geen goddelijk beeld van de ander hebt geschapen. De tand des tijds heeft natuurlijk toch zijn werk gedaan, waardoor het best kan tegenvallen.”

 

 

 

Getty Images

Altijd aan Gert blijven denken

Margriet Toornstra-van Veen (49) uit Wolvega had vanaf haar 14de twee jaar verkering met Gert Toornstra (53). Ze bleef altijd aan hem denken. Vijf jaar geleden stond hij opeens voor haar deur.

“Gert was zo rustig. Zo lief. Heel anders dan de andere jongens die ik kende. Ik was nog maar 14 toen we verkering kregen, maar het was  flink aan. We zijn twee jaar samen geweest toen het als een kaars uitdoofde. Ik was jong; ik denk dat het voor mij niet meer zo hoefde. Bovendien was er een andere jongen die zijn best voor me deed. Met hem ben ik uiteindelijk getrouwd, maar ik ben wel altijd aan Gert blijven denken. Gert was verhuisd, maar had nooit afscheid genomen. Het voelde zo onaf, dat  ik op mijn 30ste naar hem op zoek  ging. Via via had ik gehoord dat zijn ouders inmiddels in Apeldoorn woonden. In het postkantoor ben ik telefoonboeken gaan doorspitten om een adres te vinden. Er was maar één Toornstra in Apeldoorn, dat moesten ze zijn. Bellen durfde ik niet, maar ik stuurde een kerstkaart. Ik hoopte dat Gert contact zou opnemen, maar dat gebeurde niet. Toch ben ik al die tijd aan hem blijven denken.

‘Onze gevoelens laaiden  meteen weer op’

Tijdens onze verkeringstijd zorgde hij er altijd voor dat ik me heel bijzonder voelde. Dat was één van de dingen die ik in de laatste jaren van mijn huwelijk miste. Toen Gert vijf jaar geleden opeens voor de deur stond, was mijn huwelijk al niet goed meer. Ik schrok me rot. Oók van mijn gevoelens voor hem, die meteen oplaaiden. Niet dat ik onmiddellijk weer verliefd was, maar ik voelde wel dat mijn gevoel voor hem heel diep zat.  Hij vertelde dat hij mijn kerstkaart nog had. Al die jaren bewaarde hij hem in zijn nachtkastje. Dat raakte me. Hij was dus ook aan mij blijven denken! Gerts huwelijk was net als het mijne niet goed. We zijn allebei gescheiden en pas daarna durfden we ons ware ­gevoel aan elkaar laten zien. Inmiddels was de verliefdheid er wél. En een heel sterk gevoel van houden van. Ik vind het heel bijzonder dat we de draad van dertig jaar geleden zo weer konden oppakken. In de zomer van 2014 zijn we getrouwd. Als bekroning van onze liefde, die misschien wel een tijdje uit het oog, maar nooit uit het hart is geweest.”

 

Getty Images

Je jeugdliefde opsporen: een goed idee?
 

Steven Pont is ontwikkelingspsycholoog, systeemtherapeut en hij schrijft boeken over psychologie.

“Alles wat je voor het eerst doet, trekt diepe sporen in het brein. Of dat nu je eerste baan, eerste schooldag of eerste grote liefde is. Die grote liefde blijft in gedachten aantrekkelijk, omdat je samen een geschiedenis deelt. Je kent elkaar goed. Met een beetje geluk zit je zo weer op hetzelfde spoor, zelfs als het dertig jaar later is. Helemaal prima als je vrijgezel bent, maar als je nog in een ­relatie zit, vind ik het heel gevaarlijk om een jeugdliefde op te sporen. Ga daarom altijd eerst op zoek naar je beweegredenen. Waarom zou je opnieuw in contact willen komen net iemand op wie je op je 24ste knetterverliefd was en met wie je twee jaar een relatie had? Je gaat toch ook niet op zoek naar je achterbuurman van toen? Zorg dat je eerst de barstjes in je eigen relatie repareert. Zoek de oplossing binnen je relatie, niet erbuiten. En zéker niet bij een oude liefde.”

 

Getty Images

Het was er allemaal nog

Karin (51): ‘Weer huil ik dikke tranen’

“Toen ik 18 was ben ik op kamers gegaan. Er waren drie andere kamerbewoners, Gijs was er één van. Hij was vier jaar ouder en bassist bij een band. Ik was verliefd, maar hij zag me niet staan. Een jaar later verhuisde hij, en zo vaak als hij toestond, ging ik bij hem langs. We hadden het fijn samen, we draaiden muziek, keken tv en vrijden soms. Hij hield me op een afstand – altijd weer dat wegduwen en aantrekken, het maakte me gek. Ik begon hem te stalken. Als ik klaar was met werken, reed ik soms langs zijn huis. Een vervelend kantje van hém vond ik dat hij altijd zo principieel was. Onvermurwbaar in z’n stellige waarheden. Dit irriteerde mij zo erg dat de relatie hierop strandde. Jarenlang stuurden we een kaartje of sms’je op elkaars verjaardag, maar daar bleef het bij. Ik kreeg twee zonen en scheidde van mijn echtgenoot. Twee jaar geleden was Gijs in de buurt en dronken we een kopje koffie. De aantrekkingskracht, het intense gevoel – het was er allemaal nog. Vanaf dat moment zagen we elkaar eens in de twee/drie weken, bij hem thuis. En weer was ik tot over mijn oren verliefd. Zingend in de auto. Dit keer is de liefde wederzijds. Hij wil het liefst morgen met me trouwen en loopt enorm te pushen. Maar ik wil mijn puberzoons niet confronteren met een nieuwe vriend van wie ik maar al te goed weet hoe hij in elkaar zit en dat hij altijd weer zijn principes zal blijven volhouden. Ik denk dat ik dat op den duur niet ga volhouden en dus zijn we op hetzelfde punt beland als ruim dertig jaar geleden: ik heb het vorige week uitgemaakt. En weer huil ik dikke tranen om hem.

Bron 
  • Plus Magazine