Zo stelt u uw fietsverlichting goed af

Getty Images

Tegenwoordig zijn het niet alleen de auto’s die u kunnen verblinden, ook fietsen hebben steeds vaker een verblindende koplamp. Waar ligt dat aan? En heeft u misschien zelf ook een lamp die tegenliggers verblindt? We leggen uit hoe u de verlichting van uw fiets goed afstelt. Zo fietst u veilig in het donker.

Een felle lamp op de fiets van een tegenligger kan u net zo goed verblinden als het groot licht van een auto. En dat maakt het fietsen in het donker er niet veiliger op. Gelukkig is het probleem in veel gevallen te verhelpen.

Zijn veel moderne fietslampen echt zo fel? Of ligt het aan de afstelling?

Een verblindende koplamp op de fiets kan een combinatie zijn van diverse factoren. Misschien is de lamp zelf wel te fel. Dit is bijvoorbeeld vaak het geval bij lampjes die u op uw stuur of kleding kunt aanbrengen om zichtbaar te zijn. Ondanks het feit dat ze jou als fietser zelf niet helpen om beter te zien, geven deze lampjes een irritant fel licht voor tegenliggers.

Ook komen lampen met blauwwitte leds steeds vaker voor. Deze geven een feller licht dan de traditionele fietslampen. En juist voor dit licht zijn onze ogen in het donker gevoeliger. Of zeer brede ronde lampen, die zo veel mogelijk van de omgeving verlichten. Dit soort lampen zijn het best te vergelijken met groot licht van auto’s.

Een andere reden is een slechte of volledig ontbrekende ‘cut-off’. Dit is een scheiding tussen het bovenste en onderste deel van de lamp. Het onderste deel is feller en hoort op het wegdek te schijnen zodat u kunt zien waar u fietst. Het bovenste deel is wat zwakker en is bedoeld om zichtbaar te zijn voor anderen. Een lamp met het Duitse StVZO-keurmerk voldoet in ieder geval aan de eisen voor een goede ‘cut-off’.

De laatste mogelijkheid is natuurlijk dat de lamp verkeerd is afgesteld. In het volgende deel leggen we uit hoe u ervoor zorgt dat uw lamp goed staat. Met de juiste verlichting beschermt u uwzelf bovendien tegen fel tegenlicht. Dit komt omdat uw pupillen minder ver open gaan staan als u goed kunt zien, en daardoor minder gevoelig zijn voor fel licht.

De juiste afstelling

Voor fietsverlichting geldt niet per definitie: hoe meer, hoe beter. Veel belangrijker is namelijk waar deze hoeveelheid licht heen schijnt. Hierbij moet u er rekening mee houden dat u zichtbaar bent voor ander verkeer, én dat u ook zonder straatverlichting de weg ziet. Dit is deels een kwestie van afstelling en deels een kwestie van de juiste lamp kiezen. Hier moet u op letten:

  • Kies een lamp die een egale, en niet schokkerige of vlekkerige lichtbundel produceert.
  • Zorg ervoor dat de lamp een breed gedeelte van de weg verlicht. Een te smalle lichtbundel zorgt voor tunnelvisie.
  • Het felste punt moet niet te dichtbij, maar ook niet te ver van uw fiets af liggen. Te dichtbij zorgt ervoor dat u niet ver genoeg vooruitkijkt; te ver weg vergroot de kans dat het felste licht in de ogen van tegenliggers schijnt. Schat je reactietijd bij beperkt zicht in en houd hier rekening mee.
  • Een ronde lichtstraal is niet goed af te stellen: het felste punt ligt of vlak voor u, of verblindt uw tegenliggers.
  • Kies een lamp die ook van de zijkant goed zichtbaar is door de brede stralenbundel.

Bronnen: Fietsersbond & Radar

Auteur