Uitvaartverzekeraar Yarden gaat in hoger beroep tegen de uitspraak van de voorzieningenrechter begin september. De rechter stelde 19 polishouders in het gelijk in een kort geding over de versobering van de dekking. Yarden moet van de rechter die versobering terugdraaien.
Yarden heeft vanaf 1 januari 2020 een maximum gesteld aan de waarde van het uitvaartpakket voor zo'n 390.000 verzekerden. Als de kosten voor bijvoorbeeld crematorium, kist of vervoer hoger uitvallen, moet de verzekerde dat zelf gaan bijbetalen. De verandering is doorgevoerd door een beroep te doen op een zogenaamde 'en-bloc-clausule' in de Algemene Voorwaarden. Met deze clausule kan een verzekeraar onder bepaalde omstandigheden de regels eenzijdig veranderen. Yarden zag zich hiertoe gedwongen omdat de kosten van uitvaarten stijgen en de verzekeraar daardoor in financiële problemen zou kunnen komen.
Onredelijk
De voorzieningenrechter vond de en-bloc-clausule onredelijk bezwarend, omdat deze clausule niet in de voorwaarden stond toen consumenten een verzekering afsloten bij de voorgangers van Yarden. Bovendien besliste hij dat een en-bloc-clausule niet past bij het karakter van een naturaverzekering. Consumenten sluiten zo'n verzekering juist af om zekerheid te hebben tegen extra kosten. Ook meende de rechter dat de financiële problemen alleen te wijten zijn aan Yarden zelf.
Eerder had de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening van het Kifid juist geoordeeld dat Yarden de voorwaarden wel eenzijdig mag veranderen. De Commissie had ruim 120 klachten binnen gekregen over de eenzijdige wijziging. Ook de Geschillencommissie meende dat de wijziging niet bij het karakter van een verzekering past, maar dat het gezien de slechte financiële toestand onontkoombaar was.
- Consumentenbond