Waarom gebeurt het zo weinig?
Euthanasie bij dementie: het mag, en veel mensen schrijven het in hun wilsverklaring, maar het gebeurt weinig. Huisarts Jaap Schuurmans onderzocht hoe dat kwam. Uit zijn onderzoek blijkt dat artsen meer begeleiding nodig hebben om mensen met deze wens te kunnen helpen.
Sinds een paar jaar kan een arts euthanasie verlenen bij dementie. Zelfs als de dementie zo ver is gevorderd, dat je niet meer kunt zeggen dat je dood wil. Je moet dan wel een wilsverklaring hebben geschreven en liefst ook besproken met je arts, toen je nog in staat was om je wil duidelijk te maken. Toch gebeurt het nog relatief weinig. Euthanasie bij dementie komt weinig voor. Huisarts Jaap Schuurmans promoveerde op dit complexe onderwerp aan het Radboudumc in Nijmegen. Hij ondervroeg hiervoor 450 artsen.
Niet bij dementie
Zijn conclusie: mensen verwachten dat ze alles hebben geregeld met een wilsverklaring. In de praktijk zijn artsen echter huiverig. Ze willen best euthanasie verlenen als aan de voorwaarden is voldaan, maar niet bij dementie. Artsen vinden het bijvoorbeeld lastig om de waarde van de wilsverklaring te beoordelen. Ook vinden ze het moeilijk te beoordelen of de persoon met dementie ondraaglijk lijdt, een voorwaarde voor euthanasie. "We zien bij dementie dat eerst de patiënt lijdt, maar in een later stadium vooral de naasten", licht Schuurmans toe. "Het lijden verplaatst zich als het ware."
Schuurmans adviseert om artsen hier beter bij te begeleiden, op juridisch vlak en door andere artsen. Tegelijk wil hij verwachtingen van patiënten en hun naasten temperen. Hij adviseert om het woord ‘wilsverklaring’ te vervangen door ‘wensverklaring’, omdat er geen garantie is dat je wil om euthanasie wordt uitgevoerd.