Bronchiëctasie is een beschadiging en verwijding van de bronchiën van de longen.
Bronchiëctasie is een beschadiging en verwijding van de bronchiën van de longen; ofwel luchtwegverwijding.
Bij normale ademhaling gaat er lucht via de neus en de luchtpijp naar steeds kleiner wordende luchtwegen, de bronchiën. De bronchiën vertakken zich tot bronchioli en uiteindelijk tot kleine trosjes dunne, tere zakjes, de longblaasjes (medische benaming: alveoli). In de longblaasjes wordt het koolstofdioxide in het bloed omgewisseld voor zuurstof.
Bronchiëctasie is een abnormale beschadiging en verwijding van de bronchiën als gevolg van herhaaldelijk optredende ontstekingen of infecties. Hierdoor worden de luchtwegen abnormaal vergroot. Er vormt zich extra slijm, en dit hoopt zich op in de vergrote luchtwegen. De trilhaartjes (medische benaming: cilia) waarmee de luchtwegen zijn bekleed, worden ook beschadigd. Hierdoor zijn de longen niet in staat het stof en de kiemen op te ruimen. Omdat de trilhaartjes niet goed kunnen functioneren, kunnen de slijmophopingen ook niet gemakkelijk worden verwijderd. Vaak is longinfectie het gevolg hiervan.
Bronchiëctasie kan een aangeboren aandoening zijn, maar kan ook later in het leven de kop opsteken als gevolg van andere longaandoeningen. Het belangrijkste symptoom van bronchiëctasie is aanhoudend hoesten, waarbij een grote hoeveelheid slijm (sputum)wordt geproduceerd. Hoewel de patiënt zich over het algemeen goed voelt – geen koorts of pijn – kunnen moeheid, gewichtsverlies, kortademigheid en een fluitende ademhaling wel voorkomen. Bronchiëctasie kan op verschillende manieren worden behandeld, waaronder antibiotica en fysiotherapie voor de borst.