Beaujolais en Rioja zijn populaire wijnregio’s. Maar voor een verrassende wijnroute dichter bij huis kunt u terecht in de Achterhoek.
Job en Neeltje Huisman kunnen alles vertellen over zuurgehaltes en pH-waarden. Ze weten wat het voor de smaak betekent als wijn in een vat van Amerikaas, Frans of juist Oost-Europees eikenhout rijpt en ze kunnen exact zeggen op welk moment het gistingsproces afgeremd moet worden om te voorkomen dat ‘het aroma uit het vat vliegt’. Van wijn drinken hadden ze altijd al verstand; van wat daaraan voorafgaat, weten ze ook alles sinds ze in 2006 Wijnboerderij ’t Heekenbroek begonnen. Op een beschutte plek bij het Achterhoekse Drempt staat acht kilometer aan stokken met zeven verschillende druiven-rassen.
Snoeien, wieden, dunnen, schoffelen, knippen: Job en Neeltje houden van alle fases die het beroep van wijnmaker met zich meebrengt. “Het is hard werken, soms zijn we om tien uur ’s avonds nog niet klaar. Maar de vrijheid en het één zijn met de natuur maken ons werk bijzonder”, zo verwoordt Neeltje het. “De natuur en wij sámen maken de wijn. Als ik aan het werk ben en zie hoe moeder torenvalk haar jongen vliegles geeft, hoog in de populier... daar kan ik van genieten.”
Van alle werkzaamheden is het oogsten natuurlijk ’t mooist. Vanaf begin september is globaal elke week een ander ras aan de beurt. Eén ras – dat zijn duizend planten – valt in één dag te plukken. Tien, twaalf man komen helpen. Terwijl zij voorzichtig de trossen van de plant knippen, rijdt Job met de trekker tussen de druivenranken door om de volle kratjes te verzamelen. Neeltje staat de plukkers met raad en daad terzijde; altijd met een zakje pleisters in de achterzak. “Het plukken is niet moeilijk, maar de schaartjes zijn wél scherp. We hebben liever geen rood bloed in de witte wijn.”
De gevulde kratjes gaan meteen na de oogst naar de wijnkelder, waar ze nog dezelfde dag hun eerste metamorfose op weg naar de fles ondergaan. Wat volgt is ontstelen, gisten, proeven, overhevelen, mengen, weer proeven, verder rijpen en bottelen. Na al dat werk – en vaak een halfjaar verder – komt dan eindelijk het moment dat de wijnmakers mogen proosten op het resultaat. De kurk gaat van de fles en op het terras in de wijngaard genieten Job en Neeltje van hun eigengemaakte wijnen. Én van de wetenschap dat ze vijf jaar geleden een goede stap zetten toen ze besloten het roer om te gooien en ‘in de wijn’ te gaan.
Snoeien, wieden, dunnen, schoffelen, knippen: Job en Neeltje houden van alle fases die het beroep van wijnmaker met zich meebrengt. “Het is hard werken, soms zijn we om tien uur ’s avonds nog niet klaar. Maar de vrijheid en het één zijn met de natuur maken ons werk bijzonder”, zo verwoordt Neeltje het. “De natuur en wij sámen maken de wijn. Als ik aan het werk ben en zie hoe moeder torenvalk haar jongen vliegles geeft, hoog in de populier... daar kan ik van genieten.”
Van alle werkzaamheden is het oogsten natuurlijk ’t mooist. Vanaf begin september is globaal elke week een ander ras aan de beurt. Eén ras – dat zijn duizend planten – valt in één dag te plukken. Tien, twaalf man komen helpen. Terwijl zij voorzichtig de trossen van de plant knippen, rijdt Job met de trekker tussen de druivenranken door om de volle kratjes te verzamelen. Neeltje staat de plukkers met raad en daad terzijde; altijd met een zakje pleisters in de achterzak. “Het plukken is niet moeilijk, maar de schaartjes zijn wél scherp. We hebben liever geen rood bloed in de witte wijn.”
De gevulde kratjes gaan meteen na de oogst naar de wijnkelder, waar ze nog dezelfde dag hun eerste metamorfose op weg naar de fles ondergaan. Wat volgt is ontstelen, gisten, proeven, overhevelen, mengen, weer proeven, verder rijpen en bottelen. Na al dat werk – en vaak een halfjaar verder – komt dan eindelijk het moment dat de wijnmakers mogen proosten op het resultaat. De kurk gaat van de fles en op het terras in de wijngaard genieten Job en Neeltje van hun eigengemaakte wijnen. Én van de wetenschap dat ze vijf jaar geleden een goede stap zetten toen ze besloten het roer om te gooien en ‘in de wijn’ te gaan.
Doen!
- De Achterhoek telt zo’n twintig wijngaarden. Tijdens de Nationale Wijnweek van 27 september t/m 3 oktober houden veel Achterhoekse wijngaarden op de laatste zondag van september open dag. U kunt dan tevens hun wijn kopen.
- De brochure ‘Achterhoekse wijnroutes’ is gratis verkrijgbaar bij alle wijngaarden en bij de VVV’s in de Achterhoek. Hij kan ook via de website van het Achterhoeks Bureau voor Toerisme worden besteld. Drie Achterhoekse wijnroutes voor auto of fiets zijn uit te printen of voor navigatieapparatuur te downloaden via www.achterhoeksewijnen.nl.
- Het wijngaardterras van ’t Heekenbroek is van 1 april tot 1 november open op woensdag t/m zondag van 12 tot 17 uur. Adres: Telling-straat 7, Drempt. T 0314-38 19 88 of www.heekenbroek.nl
- Drempt ligt vlak bij Doesburg, dat aan de oever van de IJssel ligt. Deze oude Hanzestad met zijn 150 beschermde monumenten valt op velerlei manieren te beleven: wandelend, puzzelend, per stoomtram of vanaf de 95 meter hoge toren van de Martinikerk. VVV Doesburg: T 0313-47 90 88 of www.vvvdoesburg.nl