Het marktaandeel van de vier grote zorgverzekeraars is dit jaar gedaald. Achmea, VGZ, CZ en Menzis hebben nu samen 89% van de markt in handen. Tijdens de introductie van de zorgverzekeringswet was dat 91%. Hierbij is rekening gehouden met alle fusies en overnamen. De vijf kleine verzekeraars hebben dus samen een marktaandeel van 11%.
Dit blijkt uit de Zorgthermometer, een uitgave van Vektis, het informatiecentrum van de zorg. In de Zorgthermometer zijn alle cijfers verzameld over de zorgverzekering in 2014 en de keuzes die overstappers maakten voor 2015. Opvallend is dat in 2015 meer verzekerden voor een vrijwillig eigen risico hebben gekozen. Bijna 12% heeft het eigen risico verhoogd. In 2010 was dat nog 6%, een verdubbeling in vijf jaar. Vooral het maximale eigen risico van €500 wordt steeds vaker gekozen. Meer dan 1 miljoen verzekerden heeft het maximale eigen risico, dat inmiddels €875 bedraagt. Verzekerden kiezen ongetwijfeld alleen voor een hoger eigen risico wanneer ze daarmee financieel voordeel denken te halen. In praktijk worden zij toch met (onverwachte) zorgkosten geconfronteerd. Van de verzekerden met een maximaal eigen risico maakt 18% het verplichte eigen risico en bijna 10% het volledige eigen risico vol.
Aanvullende verzekering
In 2015 konden verzekerden kiezen uit 71 verschillende verzekeringen, die werden aangeboden door 4 grote en 5 kleine verzekeraars. Het aantal overstappers was al eerder bekend gemaakt. Dat waren er op 1 januari 2015 ruim 1,1 miljoen, dat is 6,8% van alle verzekerden. Het merendeel van de verzekerden heeft een aanvullende verzekering, maar het aantal verzekerden met alleen een basisverzekering is sinds de invoering van de zorgverzekering ruim verdubbeld van 7% naar 16%.