Ivf, of reageerbuisbevruchting, is een techniek die wordt gebruikt wanneer iemand niet op natuurlijke wijze zwanger kan raken.
De testikels van de volwassen man produceren elke dag ongeveer een half miljard spermacellen. De eierstokken van de vrouw geven echter meestal maar één eicel per maand af dus is er maar één eicel die kan worden bevrucht. Bevruchting kan alleen tijdens de ovulatie plaatsvinden; dit is de periode in de maandelijkse cyclus van de vrouw waarin de rijpe eicel uit de eierstok vrijkomt en zich door de eileider verplaatst. Het ontstaan van een embryo wordt mogelijk wanneer een spermatozoïde een rijpe eicel in de eileider bevrucht. De bevruchte eicel nestelt zich in de baarmoeder, waar het embryo ontstaat.
Onvruchtbaarheid betekent dat men niet in staat is op natuurlijke wijze een kindje voort te brengen, ondanks minstens een jaar proberen. De oorzaak van onvruchtbaarheid kan zowel bij de man als bij de vrouw liggen.
Ivf, of in-vitrofertilisatie, is een zeer complexe voortplantingstechniek die wordt toegepast bij de behandeling van paren met onvervulde kinderwens. Bij een ivf-behandeling wordt de vrouw eerst behandeld met vruchtbaarheidsmedicijnen (FSH: Follikel Stimulerend Hormoon), waardoor bij de vrouw meer eicellen tot rijping komen dan in een normale cyclus. Zodra de eicellen voldoende gerijpt zijn, worden de eicellen met een punctienaald via de vagina uit de eierstok weggezogen. De eicellen worden op een speciaal bewerkt laboratoriumschaaltje gelegd.
Na het bewerkingsproces 'sperma wassen' wordt het sperma aan de eicellen toegevoegd. Dit wordt vaak met een speciale naald gedaan, waarmee het sperma in de kern van de eicel wordt geïnjecteerd. Soms wordt het sperma samen met de eicellen in een speciaal laboratoriumschaaltje gelegd. Als de eicellen tot celdeling overgaan, is dat het teken dat bevruchting heeft plaatsgevonden. De embryo's moeten ongeveer 72 uur na de bevruchting in de baarmoeder worden teruggeplaatst.
Bij het terugplaatsen van de embryo's wordt een flexibel slangetje, een katheter, via de vagina en de baarmoederhals in de baarmoederholte ingebracht. De embryo's worden via de katheter in de baarmoeder geplaatst. De moeder krijgt extra medicijnen om de kans op innesteling van een embryo in de baarmoeder te vergroten. Meestal worden meerdere embryo's teruggeplaatst, zodat de kans op een succesvolle zwangerschap groter wordt. Hierdoor ontstaan soms meerlingzwangerschappen.