Een groot deel van de wilsverklaringen voor euthanasie blijkt nutteloos, zo kopt dagblad Trouw op 22 augustus. De meeste wilsverklaringen bleken jarenlang niet besproken met de huisarts. En dat is wel nodig, vooral bij een euthanasieverzoek. Hier zijn nog meer tips voor een wilsverklaring.
Iedereen kan een wilsverklaring opstellen. De verklaringen zijn bedoeld om pijn, benauwdheid of andere vormen van lijden aan het eind van het leven tegen te gaan. Dat kan ook geestelijk lijden zijn, zoals bij dementie. Grofweg zijn er drie soorten verklaringen: het euthanasieverzoek, de behandelbeperking en de levenswensverklaring. Huisarts Van Wijmen keek in zijn onderzoek in Trouw naar twee van deze verklaringen: het euthanasieverzoek onder leden van de Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (NVVE) en de Levenswensverklaring onder de Nederlandse Patiënten Vereniging (NPV). Hij merkte dat mensen deze verklaring niet meer ter sprake brengen bij de arts. Die zijn dus niet meer geldig, volgens het onderzoek van Van Wijmen in Trouw.
Waar moet je op letten bij een wilsverklaring? Let op deze tips.
Euthanasieverzoek
Wat is het?
Met een euthanasieverzoek geef je aan dat je euthanasie wilt wanneer je te maken krijgt met uitzichtloos en ondraaglijk lijden. Het euthanasieverzoek kan een zelfgeschreven brief zijn, maar het is ook verkrijgbaar bij de Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (NVVE), de artsenfederatie KNMG en bij Stichting De Einder.
Tips:
- Herhaal het euthanasieverzoek een keer per jaar bij de huisarts. Zet het vast in je agenda.
- Wat is uitzichtloos en ondraaglijk lijden? Dat is heel persoonlijk. Omschrijf dit zo duidelijk mogelijk in het verzoek.
- De huisarts is nooit verplicht om aan het verzoek te voldoen. Je kunt de arts vragen om een door verwijzing naar een andere arts of naar de Levenseindekliniek.
- Artsen willen meestal dat de patiënt op het moment van de euthanasie nog met hen kan communiceren, zodat een tweede arts het euthanasieverzoek kan controleren (vaak een zogeheten SCEN-arts). Daarom wordt euthanasie doorgaans niet verleend als de patiënt in een coma ligt. Stel voor dat geval een ‘behandelbeperking’ op, zie onder.
- Euthanasie bij dementie komt weinig voor, maar het gebeurt wel. Het lastige is dat euthanasie alleen kan als je je wens nog zelf kenbaar kan maken, dus de ziekte mag niet te ver gevorderd zijn.
Levenswensverklaring
Wat is het?
De Levenswensverklaring is verkrijgbaar bij de Nederlandse Patiënten Vereniging (NPV), een christelijke organisatie. Hiermee verklaar je dat je optimale zorg wilt, tot een natuurlijk levenseinde. Als genezing mogelijk is, wil je behandeld worden. Als dat niet meer kan, wil je in de laatste fase niet worden over behandeld, maar wel zo goed mogelijk worden verzorgd en verpleegd. Je geeft met deze verklaring aan dat je geen actieve levensbeëindigende handelingen wil, zoals euthanasie. Ook leg je vast wie je vertegenwoordiger is.
Tips:
- Bespreek de levenswensverklaring met de huisarts en benut deze gelegenheid voor een goed gesprek over het levenseinde. Maak je standpunten helder en geef de huisarts een exemplaar van je Levenswensverklaring. Herhaal dit eens per jaar.
- Bespreek ook met de vertegenwoordiger die je hebt gekozen wat je wensen precies zijn.
Behandelbeperking
Wat is het?
Volgens de wet mag een arts je niet behandelen als je dat niet wilt. Met een behandelbeperking geef je aan dat je bijvoorbeeld niet gereanimeerd of niet beademd wilt worden. Een behandelbeperking is juridisch sterker dan een euthanasieverzoek. Je kunt zelf een behandelbeperking op papier zetten of gebruik maken van standaardformulieren. Die laatste zijn verkrijgbaar bij de artsen federatie KNMG, de Patiëntenfederatie Nederland, de Stichting Zorgverklaring, de Nederlandse Patiënten Vereniging (NPV) en de Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (NVVE).
Tips:
- Heb je een behandelbeperking opgesteld, bijvoorbeeld een niet-reanimeerverklaring? Laat dit dan ook door de huisarts in je medisch dossier vastleggen. Geef duidelijk aan in welke situaties je bepaalde behandelingen niet meer wilt.
- Zorg dat je een vertegenwoordiger hebt aangewezen (zoals een familielid of een vriend) die de behandelbeperking kan laten zien, bijvoorbeeld wanneer je met spoed in een ziekenhuis wordt opgenomen. Geef de naam van deze vertegenwoordiger ook door aan de huisarts.