Het aangrijpende verhaal van Ilse (48). In haar jeugd deden zij en haar zus alles samen, maar later veranderde dat.
Als een beste vriendin
Mijn zus was altijd mijn beste vriendin. Ze was maar één jaar ouder en we deden alles samen. Clubjes oprichten, hutten bouwen, onze kamers veranderen. In onze puberteit verhuisden we. Ik vond dat niet leuk, maar bij mijn zus hakte dat er nog sterker in. Ze voelde zich onthecht.
Somberder
Vanaf die tijd werd ze steeds somberder. Ze lag vaak in bed en miste school. Terwijl ik het vwo haalde, volgde zij met moeite avondonderwijs. Ik zag hoe mijn ouders alles probeerden om hun dochter uit haar depressie te krijgen. Zij hadden het zwaar genoeg, dus ik dopte mijn eigen boontjes. Ik ging vroeg uit huis, maar met mijn zus ging het alleen maar slechter. Ze begon haar polsen te bekrassen en bonkte in bed vaak met haar hoofd tegen de muur. Om maar iets te voelen, begreep ik later, want van binnen was ze helemaal leeg. Steeds vaker zei ze dat ze dood wilde, ook als ik op vakantie zou gaan. ‘Als je terugkomt ben ik er niet meer.’ Een keer heb ik zelfs een vakantie afgezegd.
Poging tot zelfmoord
Soms vroeg ze: ‘Waarom help je me niet met doodgaan?’ ‘Ik kan je niet missen’, zei ik dan. Dat vond ze egoïstisch. De ene keer plaatste ze me op een voetstuk en het volgende moment snauwde ze dat ik alles altijd beter weet. Verschillende malen is ze opgenomen geweest, twee keer heeft ze een zelfmoordpoging gedaan.
Borderline
Pas toen ze al in de 30 was is de diagnose borderline gesteld. Haar wisselende stemmingen, zelfmoordneigingen, manipulatief gedrag; alles viel op zijn plek. Jaren geleden ben ik ook in therapie geweest. Ik leerde dat ik afstand van mijn zus moest nemen om een eigen leven te kunnen leiden. Maar ik bleef wachten op een telefoontje dat er weer iets was.
Loslaten
Sinds kort kan ik echt meer loslaten. Dat komt doordat het mis ging met mijn dochter van 10; van een vrolijk meisje werd ze een zorgelijk kind dat niet lekker in haar vel zat. We schakelden een kinderpsycholoog in en die kwam tot de conclusie dat ik met één been in mijn eigen gezin stond en met het andere nog steeds in het huishouden van mijn zus. Dat gaf voor mij de doorslag om echt te kiezen voor mijn gezin. Mijn dochter floreert gelukkig weer.
Onnatuurlijk
Toch heb ik nog steeds het gevoel dat ik mijn zus in de steek laat, vooral als ik op vakantie ga. Zij is nog regelmatig heel somber, kan niet voor haar eigen kinderen zorgen, heeft moeite met relaties en leunt nog zwaar op mijn ouders. Dat ik haar in alles de baas ben, voelt onnatuurlijk, ook omdat zij de oudste is.
Goede tijden
Maar er zijn ook periodes dat het goed gaat. Nu wenst ze me een fijne vakantie, en dat vind ik heel knap. In ons gevoel voor humor vinden we elkaar nog steeds. Als er iets grappigs op televisie is, bellen we en lachen we er samen om. Soms ben ik jaloers op mensen met een normale zus. Toch zou ik voor geen goud willen ruilen. Want ze is een van de belangrijkste mensen in mijn leven. Ze blijft mijn zus.”
- Plus Magazine