Een gezin dat op vakantie werd getroffen door autopech, krijgt de extra reis- en verblijfskosten vergoed van de ANWB omdat de wegenwacht na afloop van de reparatietermijn niet voor vervangend vervoer had gezorgd.
Dat blijkt uit een uitspraak van Amsterdamse kantonrechter begin januari. Het gezin strandde om half elf ‘s ochtends op 15 augustus 2011 in Spanje met pech. Zij belden de ANWB, omdat ze een Wegenwacht Europa Service hebben afgesloten. Het is die dag een nationale feestdag in Spanje en liet de ANWB de auto en caravan naar een garage slepen voor reparatie de volgende ochtend. Het gezin ging naar een hotel.
Weer pech
Uiteindelijk was de auto ruim twee dagen later gerepareerd, ‘s middags. De ANWB heeft aan het begin van de avond het goede nieuws doorgegeven en met de vakantiegangers afgesproken dat ze de auto de volgende dag om 9 uur zouden ophalen. Op weg naar huis kregen ze de volgende ochtend al snel weer pech. Ze belden weer met de ANWB en kregen het advies even te wachten en dan stapvoets naar een garage te rijden. Daar luidde de diagnose dat de pech niet binnen 48 uur te repareren was. Het gezin besloot via de verzekering de auto zelf te laten repatriëren. De ANWB kon het dossier sluiten.
Geen vervangend vervoer
Terug in Nederland spannen de vakantiegangers een procedure aan om alle schade vergoed te krijgen van de ANWB. Die schade bestaat uit extra verblijfkosten, onnodige telefoonkosten en schade aan de auto. In totaal bijna 5000 euro. De rechter gaat deels akkoord. Volgens de voorwaarden van de Wegenwacht Europa Service had de ANWB na 48 uur vervangend vervoer moeten aanbieden. Dat heeft de ANWB niet gedaan en dat beschouwt de rechter als een tekortkoming. De schade die daaruit voortvloeide moet de ANWB vergoeden. Dat is een deel van de verblijf- en telefoonkosten. Ook moet de ANWB de proceskosten van de tegenpartij vergoeden. De schade aan de auto, de grootste schadepost, wordt niet vergoed.
- geldenrecht.nl
