Ik was erbij: de begrafenis van prinses Wilhelmina

Op 8 december 1962 werd prinses Wilhelmina begraven. Edgar Andeweg was dienstplichtig militair en stond als broekie langs de route. ‘Ik heb het nooit meer zo koud gehad als toen’

‘In de loop van de ochtend vertrok de begrafenisstoet van Den Haag naar Delft voor de plechtigheid en de bijzetting in het familiegraf in de Nieuwe Kerk. Langs de route stonden duizenden militairen, van wie ik er één was. Het was een gruwelijk koude dag. Het tijdschema van de dag weet ik niet meer, maar wij werden al vroeg ergens tussen Delft en Den Haag geplaatst. Mannetje aan mannetje langs Rijksweg 13. De wereld zag er anders uit in die dagen.

We stonden midden in een kale, besneeuwde vlakte met een snijdende oostenwind. We droegen ons uitgaanstenue - een groen pak van harige stof - waar de wind dwars doorheen blies. Urenlang stonden we daar maar zo’n beetje te staan, het leek er wel Siberië.

Zolang de stoet nog niet in beeld was, konden we wel met elkaar praten. Maar toen het eenmaal ­zover was, stonden we uiteraard keurig in het gelid voor het commando ‘Presenteer geweer’. De stoet was vrij snel voorbij en toen konden we even opwarmen voor we weer in de truck teruggingen naar Soesterberg. Ik heb het nooit meer zo koud gehad als toen. Ik herinner me de witte koets, de acht paarden die hem trokken, de volgkoetsen met de koninklijke familie. Van de familie heb ik niets gezien, de
gordijnen waren gesloten.”

Ik stond in Delft

“Het aankomen van de rouwstoet op de Markt was een belevenis. Acht paarden gehuld in witte kleden trokken de eveneens witte rouwkoets. Ik stond vooraan bij de Nieuwe Kerk en kon alles heel goed zien. Ik ben nu 69 jaar, maar deze dag zal ik nooit meer vergeten.”
Nelly Koelewijn, Leiden

Grote eer

“Ik was beroepsmilitair en had de eer om als lakei naast een van de volgkoetsen mee te lopen in de begrafenisstoet. Vooraf moesten we ons melden bij de Koninklijke Stallen, kregen we uitleg van de opperstalmeester en voorzag de kleermaker ons van passende kledij. Op de dag van de uitvaart liep ik naast de koets van Den Haag naar Delft. Bij de Nieuwe Kerk was mijn aandeel beëindigd.”
Jan Planken (72), Scheemda

Auteur 
Bron 
  • Plus Magazine