Hoeveel pensioen ontvang ik straks eigenlijk? En is het genoeg? In minder dan een half uur zet u het zelf op een rijtje. Wij helpen u in acht stappen op weg.
Stap 1: AOW en …?
U ontvangt om te beginnen een AOW-uitkering van de staat. De hoogte is sinds 1 juli 2015 €1113,56 bruto per maand voor alleenstaanden. Hiervan blijft met heffingskorting netto €1059 over. Een stel krijgt twee keer €767,39 bruto per maand. Met zijn tweetjes komt dit netto en afgerond neer op €1460. Deze bedragen zijn exclusief vakantiegeld (resp. €71,21 en €50,85 bruto per maand). Daarnaast ontvangt u meestal een pensioen van het pensioenfonds van uw werkgever. De hoogte hangt onder andere samen met uw loon en het aantal dienstjaren.
Handige website
De handige website Mijnpensioenoverzicht.nl rekent uit hoeveel AOW en pensioen u straks ontvangt. Dit is een initiatief van alle pensioenfondsen. Meteen na het inloggen met uw DigiD ziet u een overzichtje van één of meer pensioenfondsen waarvan u deelnemer bent. In dit rijtje staat ook de Sociale Verzekeringsbank (SVB), die de AOW-uitkering uitbetaalt. Als het goed is, staan alle pensioenfondsen waar u ooit pensioengeld hebt gespaard op een rij. Mocht er één ontbreken, neem dan contact op met dat fonds.
De website toont het bedrag waarop u recht hebt
Na het beantwoorden van vragen over uw burgerlijke staat, eventuele echtscheidingen en of u de afgelopen twee jaar van werkgever bent veranderd, toont de website het bedrag waarop u recht hebt vanaf uw pensioenleeftijd. Het zijn brutobedragen per jaar, dus er gaat nog belasting vanaf. Het overzicht is helaas niet altijd actueel, het kan een jaartje achterlopen. Dat ligt aan het pensioenfonds, dat de overzichten soms met enige vertraging doorgeeft.
Stap 2: Ontbrekende pensioenbedragen
Belangrijk is dat u de pensioenoverzichten, die u in het verleden bij verschillende banen hebt ontvangen, altijd bewaart. De meeste pensioenfondsen werken mee aan waardeoverdracht van uw opgebouwde pensioenrecht naar het laatste fonds waar u verzekerd bent. Maar niet altijd zijn deze waardeoverdrachten zichtbaar op Mijnpensioenoverzicht.nl.
Twijfels?
Twijfelt u, neem dan contact op met uw vroegere én uw huidige pensioenfonds. Zij kunnen ‘terugbladeren’ naar pensioenen bij vorige werkgevers. Hun contactpersonen worden op de website zichtbaar als u klikt op de naam van het pensioenfonds.
Vragen?
U kunt ook bellen naar de Servicedesk van de SVB: 020-751 28 70, of uw vraag via e-mail sturen naar info@stichtingpensioenregister.nl. Een briefje kan natuurlijk ook, naar: Vergeten Pensioenen, Postbus 785, 1180 AT Amstelveen.
Stap 3 Wanneer krijgt u AOW en pensioen?
Dit hangt sinds kort af van uw geboortedatum. Dit jaar heeft het parlement het recht op AOW opnieuw uitgesteld. De AOW-leeftijd van iemand uit 1952 gaat bijvoorbeeld versneld omhoog naar 66 jaar. Latere generaties moeten vaak doorwerken tot bijna 67 jaar. Vanaf 2022 wordt de AOW-leeftijd helemaal gekoppeld aan de gemiddelde levensverwachting. Doorwerken tot 70 jaar komt voor uw kleinkinderen in zicht.
SVB
Op de website van de SVB (www.svb.nl) kunt u uw AOW-leeftijd berekenen. De AOW-datum staat los van de uitkering bij het pensioenfonds. Informeer bij het pensioenfonds of dit begint uit te keren vanaf 65 jaar, of pas vanaf de uitgestelde AOW-leeftijd.
Stap 4: Tel uw spaargeld
Zet op een rijtje hoeveel geld er op uw spaarrekening staat en hoeveel u eventueel op de beurs hebt belegd. Vergeet ook de uitkeringen van lijfrentepolissen niet. Bezit u een huis? Ga na wanneer de hypotheek is afgelost en schat wat de waarde van de woning tegen die tijd is. Tel dit alles op en u hebt een overzicht van uw vermogen als gepensioneerde. Tel de waarde van het eigen huis alleen mee wanneer u van plan bent te verhuizen naar een huurwoning.
Stap 5: Hoelang met pensioen?
Over hoeveel jaren gaat u uw pensioen en spaargeld uitsmeren? Onze grootouders hanteerden een simpele vuistregel. Tel de eindleeftijden op van uw ouders, opa’s en oma’s en uw overgrootouders. Reken het gemiddelde uit, en u weet waar u genetisch aan toe bent.
Landelijke statistieken
Daarnaast zijn er natuurlijk de landelijke statistieken. Toen de AOW in 1957 werd ingevoerd, ging men uit van een gemiddelde levensverwachting van 70 jaar. Tegenwoordig worden we echter stukken ouder. Mannen halen gemiddeld de 79 jaar, vrouwen zelfs bijna de 83 jaar. Hogeropgeleiden leven gemiddeld drie jaar langer. De meeste mensen gaan vijftien tot twintig jaar met pensioen.
Stap 6: Hoeveel pensioen hebt u nodig?
Neem voor de zekerheid het bedrag dat u nu maandelijks uitgeeft. Trek daar de volgende twee posten van af: de eventuele hypotheeklasten en de pensioenpremies. Reken uzelf niet rijk. Gepensioneerden betalen weliswaar over de eerste €33.000 inkomen een lager tarief voor de inkomstenbelasting, maar misschien doet een toekomstige verhoging van de vermogensbelasting dat voordeel teniet. Of stijgende zorgkosten. Of vakantieplannen. Of iets anders dat u graag wil.
Stap 7: Pensioengat?
U weet nu ongeveer hoeveel geld u maandelijks wilt uitgeven vanaf uw pensioenleeftijd. Nu gaan we uitrekenen hoeveel er per maand binnenkomt. Vroeger mocht u rekenen op 70 procent van uw laatste salaris. Tegenwoordig haalt bijna niemand dat meer. Uw pensioen is namelijk aangetast door diverse ingrepen. Bijvoorbeeld door het wisselen van baan, deeltijdwerk en de laatste jaren lekt uw pensioen ook nog weg doordat uw pensioenfonds uitkeringen moet verlagen en niet meer indexeert. Dat zijn al drie gaten in uw oudedagsvoorziening.
Het vierde gat
Het vierde gat is ontstaan door het besluit van de politiek uw AOW later in te laten gaan. Vooral ex-werknemers die al met vut of prepensioen zijn gegaan, lopen hierdoor enkele maanden tot een jaar inkomen mis. Er bestaat hiervoor weliswaar een financiële ‘pleister’: de Overbruggingsuitkering AOW, maar die is bedoeld voor mensen met een zeer laag inkomen. U kunt dit narekenen op de website Berekenhet.nl.
Een rekenvoorbeeld
Uit de gemiddelde levensverwachting kon u al opmaken dat u uw spaargeld vanaf het pensioen moet verdelen over vijftien tot twintig jaar. Een ton op de bank is natuurlijk veel geld, maar afgezet tegen de uitgaven ineens niet zoveel meer: €100.000 gedeeld door 20 jaar komt neer op €5000 per jaar. Zonder rente is dat €416 extra per maand. Tel uw spaargeld/vermogen, uw AOW en uw pensioen(en) bij elkaar op, zet dat u af tegen uw gewenste uitgavenpatroon en u weet uw eventuele pensioengat.
Stap 8: Pensioengat dichten? Sparen
Op Berekenhet.nl kunt u vervolgens becijferen hoe u door zelf te sparen het pensioengat kunt dichten. Stel, u komt per maand €416 per maand of €5000 per jaar tekort. Om dit tekort twintig jaar lang te dekken, van uw 67ste tot uw 87ste jaar, moet u een ton bij elkaar sparen (los van rente en inflatie). Begint u hiermee pas op uw 57ste, dan dient u tien jaar lang €10.000 apart te leggen. Was u daar al op 47-jarige leeftijd mee begonnen, dan hoefde u jaarlijks maar €5000 in uw spaarvarken te stoppen.