Een ommekeer in het leven
Pluslezeres Marianne Groot bezocht samen met haar man Jaap een weeshuis in Zimbabwe, dat haar tante Tine financieel steunde. Het betekende een ommekeer in hun leven.
We wandelen een stuk van het Zuiderzeepad,
Over de Westfriese Omringdijk, die 126 kilometer lang is en al bijna zevenhonderd jaar bestaat. Vrijwel voortdurend heb je een weids uitzicht op het Markermeer en voel je de wind op je oren.
Jaap en Marianne wonen in Wijdenes in een prachtig zelf verbouwd boerderijtje. Ze hadden een prima, overzichtelijk leven, waarin Marianne yogales gaf en Jaap een autotijdschrift uitgaf. Maar toen ze zich in 2006 verdiepten in de donaties van Mariannes vrijgezelle tante Tine de Vlieger uit Enkhuizen veranderde dat. “Tante leefde sober en gaf via haar kerk veel geld aan projecten in Roemenië, Zimbabwe en Ghana. Toen we erachter kwamen dat daar weinig controle op was, hebben we met haar Stichting de Vlieger opgezet.” Marianne vond dat haar tante de projecten moest bezoeken die ze steunde, als eerste een weeshuis in Zimbabwe. Maar met haar 80 jaar zag tante Tine dat niet zitten. Bovendien was het er gevaarlijk met cholera en oorlog onder president Mugabe. Marianne: “Toen heb ik gezegd: dan ga ik!” Haar echtgenoot Jaap sloot zich spontaan bij haar aan. Dat zette iets in werking wat niet meer terug te draaien was.
We maken een scherpe bocht in de Omringdijk bij Schellinkhout met aan landzijde natuurreservaat De Nek, beter bekend als ‘de meeuwenkolonie’, een favoriete broedplaats voor kokmeeuwen en spreeuwen. Maar ook de sneeuwgors, kievit, wulp en de zeldzame grote zaagbek zijn hier gespot. Voor een vogelkolonie is het erg stil vandaag, wellicht nog te vroeg in het jaar. “Later dit jaar ligt de dijk vol meeuwenpoep en scheren ze gevaarlijk laag krijsend over je hoofd”, weet Marianne.
Jaap en Marianne bezochten allereerst - bewust onaangekondigd - het door tante gesteunde weeshuis in Zimbabwe. “Voor vertrek maakten we €500 over aan de bisschop in Mutare. Maar in het weeshuis bleek daarvan niets aangekomen. De kinderen sliepen op door urine doorweekte matrasjes. En er werkten twee zusters op 42 kinderen in het weeshuis.”
Toen ze de bisschop daarop aanspraken, kregen ze te horen dat er een auto nodig was voor de priesterstudenten! “Ai, ai, tante Tine die jaarlijks een paar duizend euro stuurde, spekte gewoon zijn imperium!” Het vertrouwen van Jaap en Marianne in ontwikkelingshulp liep door dit avontuur een flinke deuk op.
Toen ze terugvlogen vanuit Zimbabwe, zei Marianne in een opwelling tegen haar man: “Deze reis zou ik over land willen maken met een auto.” Jaap: “Ik was op dat moment erg druk met ons huis en mijn werk. Mijn hoofd stond er niet echt naar.” Maar Marianne wist hem over te halen door een proefrit te maken met een Toyota Landcruiser. Jaap was meteen verkocht en de auto gekocht! Het grote avontuur kon beginnen.
Hun twee dochters reageerden heel verschillend op hun road trip. Marianne: “Onze oudste dochter vroeg bij vertrek: ‘Wat voor begrafenis willen jullie?’ Die zag het helemaal niet zitten en zei: ‘Jij bent mijn moeder, dus je moet hier zijn.’ Maar ik zei: ‘De kinderen daar hebben mij harder nodig dan jullie hier. Als jouw tweede kindje eraan komt, ben ik zo terug! Daar willen we niets van missen.’”
Ze reisden door meer dan vijftien landen. Het overnachten in de tent boven op de auto, beviel supergoed. In veel van de projecten van tante Tine die ze op deze reis aandeden, ging niet alles volgens verwachting. “Afrika is prachtig. Maar van alle beloftes klopt nooit iets, dat is ook Afrika.” Hun pragmatische Hollandse aanpak werkte soms zelfs averechts. Een jongen die ze kenden, wilde grafkisten maken en ze gaven hem een microkrediet (startkapitaal). Marianne: “Wij vroegen hem: ‘Hoe ga je je onderscheiden van anderen?’ Een typisch Nederlandse vraag. Zélf hadden we al een handig model gevonden zonder spijkers en lijm. En ik had bedacht om voor jonggestorven kinderen een wiegje te maken. Maar dat bleek helemaal niet te verkopen. Je onderscheiden werkt daar dus juist niet.” Jaap: “Kort daarna hoorden we dat de kistenmaker een hartaanval zou hebben gehad. Wij moesten helpen, ‘want wij waren rijk’. Voor Nederlandse begrippen zijn wij helemaal niet rijk, maar daar denken ze dat westerlingen een kraan hebben waar geld uitkomt.”
Gelukkig viel er ook genoeg te lachen. Marianne vertelt over een vrouw die vrolijk vertelde dat ze haar pillen tegen hiv aan haar kippen gaf. Die waren toch gratis en als zij er beter van werd, dan zou het vast ook goed voor de kippen zijn.
Vanaf de dijk wandelen we het pittoreske Oosterleek in. Slechts honderd inwoners, maar sinds 1715 staat er al een café dat het hart vormt van dit oer-Hollandse dorpje. Herbergh ’t IJsselmeer staat naast het kerkje. We gaan er binnen via het Klaas Vispad. Vernoemd naar de eigenaar, die we kort daarna de stevige hand schudden. Eén grote lange tafel staat uitnodigend klaar, gedekt met smetteloos wit tafelpapier waarop een peper- en zoutstelletje met Maggi-flesje staat.
Marianne: “Het wekelijks ‘Dineren bij moeders’, eten wat de pot schaft, is hier populair. Bewoners halen elkaar op en brengen elkaar weer thuis als ze slecht ter been zijn.”
Al eeuwen is dit een pleisterplaats voor uitgaanspubliek, IJsselmeervissers en wandelaars. “Ik zou het vijf jaar runnen en dan weer wat anders gaan doen. Maar ik ben hier blijven plakken. Ik heb hier zoveel vrijheid”, aldus een blije kroegbaas.
Vrijheid die Jaap en Marianne hebben ontdekt toen ze zijn gaan reizen voor de stichting. Wat ze nu op een kruispunt in hun leven heeft gebracht. In Nederland kunnen ze hun draai niet meer zo vinden. Maar helemaal stoppen met werken kunnen ze financieel nog niet. Dus wil Jaap voor anderen ‘de reis van je dromen’ organiseren: in honderd dagen met de auto van Amsterdam naar Kaapstad (zie www.africanrovers.com). Met het geld dat ze daarmee verdienen, kunnen ze zélf weer reizen.
Jaap concludeert: “Ons leven is een stuk avontuurlijker geworden. En van al dat reizen heb ik de stress in mijn werk leren relativeren. Nu begrijp ik pas waar Marianne het over heeft in haar yoga-lessen. Ik hoef geen wat-te-doen-lijstjes meer te maken. Ik heb op z’n Afrikaans leren loslaten: nu is nu en morgen is morgen.”
Marianne vult aan met een grote glimlach: “Mijn verjaardag vierde ik in een wildpark in Malawi, waar nijlpaarden, giraffen en olifanten op visite kwamen: prachtig! Wat wij hebben meegemaakt is een cadeau, daar hadden we niets van willen missen. En dat allemaal omdat ik zo’n wonderlijke tante heb.”
Van Schellinkhout naar Oosterleek
Lengte: 8 kilometer
Route: Zuiderzeepad, van Schellinkhout naar Oosterleek. Lange-Afstand-Wandelpad 8(02), zie: www.wandelnet.nl
Startpunt: Bushalte De Dregt, Schellinkhout.
Horeca: Herbergh ‘t IJsselmeer, Oosterleek 11, Oosterleek, T 0229-50 31 50, www.herbergh-ijsselmeer.nl.
OV: Vanaf NS-station Hoorn buurtbus 412, halte De Dregt, Schellinkhout. Buurtbus 412 rijdt vanaf bushalte De Kapel in Hem (30 minuten lopen vanaf Oosterleek) terug naar Schellinkhout.
OPROEP
Wilt u samen met Hella een mooie wandeling maken, of kent u iemand die dat graag zou willen doen? Laat het ons weten! Stuur een brief met motivatie en recente pasfoto naar: Redactie Plus Magazine o.v.v. Hella, Postbus 44, 3740 AA Baarn, of redactie@plusmagazine.nl. Vergeet niet uw leeftijd, adres, telefoonnummer en e-mailadres te vermelden.
- Plus Magazine