Van hiv tot aids

Voorkomen is beter dan genezen

Getty Images

In 1982 werd de diagnose aids voor het eerst gesteld. Sindsdien zijn er miljoenen euro’s geïnvesteerd in onderzoek. Met succes, want ook al bent u seropositief, dan kunt u tegenwoordig nog best oud worden. Maar het blijft wachten op een vaccin.

De afkorting aids staat voor 'Acquired Immune Deficiency Syndrome'. Dit betekent: verworven (dus niet aangeboren) tekort aan immuniteit. Het is een ziekte waarbij uw afweersysteem niet goed meer werkt.

Wat is aids?
Het hiv-virus veroorzaakt aids. Het is een virus dat bepaalde cellen van het afweersysteem aanvalt. Hierdoor kunnen deze cellen niet goed meer werken. Andere ziekteverwekkers kunnen dan ook gewoon hun gang gaan. Mensen die besmet zijn met het hiv-virus (hiv-seropositief) overlijden dan bijvoorbeeld aan de gevolgen van een longontsteking. Hun lichaam kan die ontsteking namelijk niet aan.

Zijn er medicijnen?
Om te voorkomen dat hiv-seropositieve mensen snel verzwakken, krijgen zij medicijnen die voorkomen dat de hiv-infectie overgaat in aids. Deze hiv- remmers voorkomen dat het virus zich kan vermenigvuldigen. Zo behouden de patiënten zo lang mogelijk hun goede afweersysteem. Hiv-seropositieve mensen kunnen zo nog redelijk oud worden. Er wordt veel onderzoek naar de hiv- remmers gedaan. Het nieuwste medicijn is Isentress. Dit medicijn wordt momenteel getest.

Uw hele leven slikken?
Patiënten moeten de rest van hun leven hiv-remmers blijven slikken. Omdat het virus zich snel vermenigvuldigt, geven artsen meerdere medicijnen tegelijk. Die pakken allemaal op een eigen manier de hiv-virusdeeltjes aan.

De remmers hebben stuk voor stuk allerlei bijwerkingen. Depressiviteit, leverklachten, huiduitslag, hoofdpijn, vermoeidheid, nierschade, winderigheid en nachtmerries zijn daar voorbeelden van.

Wat moet u doen bij besmetting?
Om te beginnen bestaat er een spoedkuur. In noodgevallen kunt u bij de GGD of het ziekenhuis een soort morning- after pil halen. Als u hier snel na de mogelijke blootstelling aan aids mee begint, bestaat er een goede kans dat u niet besmet raakt. U geeft het hiv-virus dan geen kans om de cellen te infecteren. De nadruk ligt hier op het woord ‘snel’: u moet eigenlijk een uur nadat u besmet zou kunnen zijn, de eerste pil nemen. Na drie dagen is het al te laat.

Waar blijft het aids-vaccin?
De snelle veranderingen van het virus zijn een probleem bij het maken van een vaccin. Het maken van een vaccin kost zó veel tijd (10 tot 15 jaar), dat het virus zijn uiterlijk vaak al weer veranderd heeft zodra het vaccin klaar is.

Een ander probleem is dat er voor een vaccin goede afweercellen in het lichaam nodig zijn. Deze 'onthouden' dan het uiterlijk van het virus, om zo bescherming te bieden zodra ze dit virus bij besmetting tegenkomen. Afweercellen zijn bij een seropositief persoon aangetast door het virus: ze kunnen dus niet goed reageren op het vaccin. Experimentele vaccins tegen de chimpanseeversie van aids werken bij apen. Hopelijk zal dit ook ooit bij mensen werken. 

Waarom kost het maken van een vaccin zo veel tijd?
Om zeker te weten dat het vaccin veilig is en goed werkt, wordt het eerst op dieren en daarna op steeds grotere groepen mensen (vrijwilligers) getest. Het kost maanden om toestemming te krijgen voor zo’n experiment. En als dan uit het experiment blijkt dat een potentieel vaccin niet goed is, kunnen de onderzoekers weer opnieuw beginnen. Op dit moment worden zo’n dertig mogelijke vaccins getest op mensen.

Hoe worden de vaccins getest op vrijwilligers?
Nadat het vaccin eerst in een lab en in ziekenhuizen is getest, gaat het de wijde wereld in, naar een land waar veel aids voorkomt. Vele honderden mensen worden bij zo’n test betrokken, en zij krijgen een inenting. Omdat er zoveel aids voorkomt in hun land, kunt u uitrekenen hoeveel van hen na een paar jaar hiv-besmet zouden moeten zijn. Aan de hand van het aantal mensen dat ook werkelijk met hiv besmet is geraakt, is dan te bepalen of het vaccin werkt. De allereerste resultaten komen in 2008, is de verwachting.

Een wereld zonder aids?
Het allereerste vaccin ooit werkte tegen pokken. Na het vaccineren duurde het nog ruim 170 jaar voordat de Wereld Gezondheidsorganisatie (WHO) die ziekte uitgeroeid verklaarde. Het International Aids Vaccine Initiative denkt dat een aidsloze aarde mogelijk is, maar er is nog een lange weg te gaan. Niet één van de vaccins die nu getest worden helpt tegen alle vormen het hiv-virus.

Daarnaast zullen er problemen komen met distributie, anti- Westerse propaganda, dreigende resistentie (ongevoeligheid) tegen het virus en het feit dat iemand al die aids-vaccins ook moet gaan betalen. Veilig vrijen om zo aids te voorkomen blijft dan ook het wereldwijde motto.

Wat is nieuw?

  • Momenteel is het aantal hiv-infecties in Europa verdubbeld (er zijn veertig miljoen besmettingen), maar het aantal mensen dat overlijdt aan aids neemt af (in 2006 zijn er drie miljoen mensen aan overleden).
  • Stop Aids Now schat dat wereldwijd van elke vijf mensen die hiv- remmers nodig hebben, er eentje ze ook echt krijgt: slechts acht miljoen op veertig miljoen patiënten. Hierdoor kunnen dus steeds meer mensen besmet raken. Een van de problemen is dat de hiv- remmers in ontwikkelingslanden erg duur zijn.
  • Onderzoekers uit Duitsland hebben een enzym ontwikkeld dat cellen die besmet zijn met hiv kan verwijderen. Dit is een hoopgevende stap in de behandeling van de ziekte. Er zal nu gekeken worden of het enzym ook in staat is slapende virussen te ontdekken en te verwijderen. Dit kan nog enkele jaren duren.
  • Er is een nieuwe 'combinatiepil' speciaal voor kinderen. Kinderen in ontwikkelingslanden krijgen vaak de medicijnen van de ouders. Deze hoge dosis is echter niet goed voor een kind. De nieuwe pil is speciaal afgestemd op de lagere dosis die het kind nodig heeft.
  • Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en de VN-aidsinstantie (UNAIDS) moeten heteroseksuele mannen zich besnijden om infectie met hiv- virus te voorkomen. Door de besnijdenis zou de kans op besmetting met HIV met zestig procent afnemen. Natuurlijk is besnijden alleen niet genoeg: condoomgebruik blijft erg belangrijk.

 

Auteur