Niet alle apps hoeven je locatie te weten
Het beschermen van je privégegevens is niet alleen belangrijk als je over het internet surft. Ook als je met Windows 10 werkt, moet je je privacy goed in de gaten houden. Deze praktische handleiding helpt daarbij.
Windows 10 heeft veel privacy-instellingen. Als die niet goed staan ingesteld, worden soms je persoonlijke gegevens gedeeld met Microsoft en andere bedrijven. De privacy-instellingen in Windows 10 staan in het instellingen-venster: de vervanger van het oude configuratiescherm. Open het startmenu, klik op het pictogram met het tandwiel (Instellingen) en klik op Privacy. De privacy-instellingen zijn verdeeld over tabbladen. Door op een tab links in het venster te klikken, zie je de bijbehorende opties.
Algemene instellingen
Je komt standaard op het tabblad Algemeen. Daar staat meteen een instelling die je aandacht waard is. De optie Apps mogen mijn reclame-id gebruiken voor ervaringen met andere apps zorgt ervoor dat apps op jouw persoon gerichte reclames laten zien. Voor meer privacy zet je deze optie op Uit.
Er zijn gegevens die niet op je computer maar in je eigen online webruimte bij Microsoft worden bewaard. Om die te beheren klik op Mijn Microsoft-reclame en andere persoonlijke gegevens beheren. Je standaard internetbrowser wordt geopend. Ga op de pagina naar het kopje Zoekgeschiedenis en klik op Zoekgeschiedenis weergeven en wissen. Op deze pagina verwijder je de opgeslagen gegevens van de zoekmachine Bing met een klik op Zoekgeschiedenis wissen en daarna Wissen.
Ga vervolgens op de pagina naar Locatieactiviteit. Bewaarde locatiegegevens van je computer of Windows-mobiel wis je hier met een klik op Locatieactiviteit wissen. Soms is de knop niet actief omdat er geen gegevens opgeslagen zijn. Tot slot klik je bovenin op Advertentie-instellingen en zet beide advertentie-opties op Uit voor meer privacy. Sluit het venster van je internetbrowser.
Locatie
Je locatie wordt door verschillende apps gebruikt. Dat is soms handig, bijvoorbeeld bij de plaatsbepaling van een routeplanner, maar vaak
is er voor apps geen reden om je locatie te weten.
Klik in het privacy-menu op de tab Locatie. Als je geen enkele app toegang wilt geven tot je locatiegegevens, kijk je of er staat Locatie voor dit apparaat is uitgeschakeld. Als dat niet het geval is, klik je op de knop Wijzigen en zet Locatie voor dit apparaat op Uit.
Wat lager in het venster geef je daarna per app aan of die wel of niet toegang mag hebben tot je locatie. Een overzicht met je locaties wordt bewaard voor gebruik door bepaalde apps. Om die geschiedenis te verwijderen, klik je bij Locatiegeschiedenis op de knop Wissen.
Camera en microfoon
Veel computers zijn voorzien van een camera. Dat kan een camera in de rand van het beeldscherm zijn of een losse webcam. Als je bijvoorbeeld een communicatie-app gebruikt als Skype, is het handig die toegang te geven tot je camera. Klik daarvoor in het privacy-menu op de tab Camera.
Om specifieke apps toegang te geven, zet je Apps mogen mijn camera gebruiken op Aan. Daarna zet je bij de gewenste apps de toegang aan.
Wat voor een camera geldt, is ook van toepassing op een microfoon. Zonder microfoon zijn apps als Skype niet te gebruiken. Klik op de tab Microfoon. Zet Apps mogen mijn microfoon gebruiken aan en geef toestemming bij de juiste apps.
Overige instellingen
Op het tabblad Spraak, handschrift en typen vind je de opties voor de spraakassistent Cortana en tekstsuggesties bij het typen. Deze mogelijkheden zul je zeer waarschijnlijk niet gebruiken, dus voor je privacybescherming zet je ze uit. Klik als dat nodig is op Spraakdiensten en tekstsuggesties uitschakelen en daarna op Uitschakelen.
Meldingen zijn boodschappen van Windows 10 en apps die verschijnen op het bureaublad en in het actiecentrum. Omdat deze software regelmatig belangrijke meldingen stuurt, zoals bijvoorbeeld over problemen met de beveiliging van je computer, is het verstandig deze privacy-instelling aan te laten staan. Dat doe je via het tabblad Meldingen.
Voor de overige tabbladen met privacy-instellingen is het verstandig de algemene toegang aan te zetten en dan te kijken welke specifieke apps toegang tot je informatie mogen hebben. Let erop dat sommige apps niet goed werken als ze geen toegang tot bepaalde gegevens hebben. Bijvoorbeeld de e-mailapp Mail zonder toegang tot je contactpersonen. Een overzicht van deze overige privacy-instellingen zie je in het kader op de vorige pagina.
Iedere account apart
Tot slot: bij meerdere gebruikersaccounts op je computer moet je voor ieder account apart de privacy-instellingen opgeven. Je wijzigt namelijk alleen de instellingen van het account waarmee je bent aangemeld. En controleer voor de zekerheid de instellingen altijd na iedere grote update van Windows 10.
Privacy-instellingen
Je kunt privacy-instellingen opgeven voor de volgende onderdelen:
Accountgegevens: informatie
die hoort bij je Windows-account, zoals je naam, foto en andere persoonlijke gegevens.
- Contactpersonen: je contactpersonen, aangemaakt met de app Personen en geïmporteerduit andere apps. Onder andere te gebruiken door apps als Mail en Agenda.
- Agenda: je afspraken en evenementen in de app Agenda.
- Oproepgeschiedenis: oproepen die je verstuurt en ontvangt. Vooral gebruikt door de app Messaging.
- E-mail: verzonden en ontvangen e-mails.
- Taken: geplande taken, zoals in de app Agenda.
- Berichten: de sms- en mms-berichten die je verstuurt en ontvangt.
- Radio’s: beheren van wifi- en bluetooth-verbindingen.
- Overige apparaten: apparaten gekoppeld aan je computer, zoals een externe harde schijf.
- Feedback en diagnose: problemen met Windows doorgeven.
- Achtergrond-apps: apps die op de achtergrond mogen werken. Apps hier uitzetten maakt de computer vaak sneller. Zet geen beveiligingsprogramma’s uit, zoals bijvoorbeeld antivirussoftware.
- Diagnostiek van app: diagnostische gegevens over apps. Alleen nodig bij speciale test-apps.
- Automatische bestandsdownloads: toegang tot bestanden opgeslagen op internet, zoals bij OneDrive.
Privacy in Edge
De internetbrowser Edge in Windows 10 heeft zijn eigen privacy-instellingen. Je klikt hiervoor rechtsboven op de drie puntjes.
Klik op Instellingen en daarna op Geavanceerde instellingen weergeven. Onder Privacy en services staan de privacy-instellingen.
- Als de opties Aanbieden om wachtwoorden op te slaan en Invoergegevens op formulieren opslaan aanstaan, worden wachtwoorden en andere gegevens die je typt in formulieren bewaard. Je hoeft dan die gegevens de volgende keer niet meer te typen, maar het betekent ook dat andere gebruikers op je computer eenvoudig kunnen inloggen op je account. Uitzetten is dan verstandig.
- Als je Do Not Track-aanvragen verzenden aanzet, wordt er een verzoek om je niet te volgen gezonden naar websites die je bezoekt.
- Met Zoek- en websitegegevens weergeven terwijl ik typ worden automatisch eerder gebruikte zoekgegevens en bezochte sites getoond. Zet dit uit als je niet wilt dat anderen op je computer deze gegevens zien. Hetzelfde geldt voor Zoekgeschiedenis weergeven en Sites die ik regelmatig bezoek weergeven in Populaire sites.
- Cookies zijn kleine bestanden die door websites op je computer worden opgeslagen om je gegevens van het sitebezoek in op te slaan. Zonder cookies kun je veel sites niet bekijken, maar met de instelling Alleen cookies van derden blokkeren bij Cookies bescherm je toch je privacy enigszins.
- De functie Paginavoorspelling gebruiken om sneller te browsen kun je uitzetten voor meer privacy op je computer. Je surft dan wellicht ietsje langzamer, maar daar zul je niet veel van merken in de praktijk.
- Allerlei gegevens, zoals bezochte websites, worden bewaard door Edge. Om die informatie te wissen, klik je op << voor Geavanceerde instellingen boven in het menu, of op de drie puntjes en Instellingen als het menu nog gesloten is. Klik bij Browsegegevens wissen op Kies wat u wilt wissen. Selecteer de gegevens die je wilt verwijderen en klik op Wissen.
Dit artikel is eerder verschenen in Plus Magazine april 2018. Nog geen abonnee van Plus Magazine? Abonnee worden doet u in een handomdraai.