We willen zo lang mogelijk thuis blijven wonen. Aanpassingen in de woning kunnen daarvoor zorgen, maar weet u ook wat wel en niet kan? En wat het kost?
De subsidieregeling voor woningaanpassingen op grond van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning is sinds 1 januari bij de gemeenten ondergebracht. Wie zijn koop- of huurwoning wil aanpassen (ook wel het opplussen van de woning genoemd), kan aankloppen bij het Wmo-loket van zijn gemeente, waarna een procedure in werking treedt.
Als aan de voorwaarden wordt voldaan, draagt de gemeente zorg voor de aanpassingen of u krijgt een geldbedrag, te besteden aan een voorziening naar eigen keus.
Voordeliger zonder Wmo?
Renée de Vries van de ouderenbond ANBO raadt aan uit te rekenen wat voordeliger is: de woning opplussen met behulp van een Wmo-budget of zonder. “Omdat de eigen bijdrage in veel gemeenten steeds verder omhooggaat voor mensen met een hoger inkomen, zijn zij soms goedkoper uit zonder gemeentelijke steun.” Op die manier kunnen mensen zelf bepalen met welke installateur zij in zee gaan of de klus deels zelf uitvoeren om kosten te besparen. Huurders wijst ze erop eerst bij de verhuurder aan te kloppen, omdat die vaak verplicht is een deel van de kosten voor zijn rekening te nemen. Bijvoorbeeld om het wooncomplex toegankelijk te houden.
Volgens de ANBO passen de meeste mensen hun badkamer en toilet aan. Daarnaast laten ze de drempels weghalen, installeren ze een traplift wanneer nodig, en bij gebruik van een scootmobiel laten ze vaak de deuren verbreden.
Levensloopbestendig
Bestaande badkamers kunt u met simpele oplossingen levensloopbestendig maken. De kosten lopen op van een paar tientjes bij de bouwmarkt voor simpele hulpjes als een beugel bij het toilet en antislipmateriaal voor op de trap en in de badkamer “tot €5000 à €8000 voor wie de klus uitbesteedt en het hele huis veilig maakt”, zegt Dick Reijman van installateursvereniging Uneto-Vni. “Dat is dan inclusief slimme elektronica-oplossingen waarmee de verlichting en gordijnen via een tablet geautomatiseerd te bedienen zijn. Of een beeld- en spraakverbinding met een zorginstelling.
Een installateur zal ook het aanrecht in de keuken en de stopcontacten verplaatsen naar stahoogte.” Uneto-Vni leidt zogeheten comfortinstallateurs op tot het levensloopbestendig maken van huizen. Een lijst met adressen staat op hun website (www.uneto-vni.nl/comfortinstallateur). Een van hen is Esther Bronmeijer van installatiebedrijf Vakon in Voorschoten. Haar paradepaardjes zijn de zogeheten comfortdouches en comforttoiletten. De douches zijn voorzien van een opklapbare stoel, antislipdouchebak, extra lage drempels en een steun aan de muur.
[[image file="2015-02/traplift_1.jpg" ]]
Vanafprijzen
De producten worden ook verkocht door Molenaar in Nunspeet, een grote specialist in welzijnsproducten. Een comfortdouche inclusief installatie kost daar zo’n €4500. De douche kan ook op de plek komen waar eerst het bad stond, zonder de hele badkamer te renoveren. De prijs inclusief afwerking is dan hetzelfde. Maar de kosten lopen op als duurdere materialen worden gebruikt. Of als iemand een breder model wenst zodat iemand makkelijker kan helpen. Het comforttoilet heeft een vanafprijs van €900 inclusief installatie.
Ter vergelijking: een normaal, verhoogd toilet heeft een vanafprijs van zo’n €500. Vakon rekent vergelijkbare bedragen.Het installeren van een traplift kost tussen de €2000 en €3000 voor een rechte trap, afhankelijk van de te overbruggen afstand. Trappen met een bocht zijn het duurst en beginnen vanaf €3000.