Het duistere wereldje van de 'lage' tarieven
Bellen naar en vanuit het buitenland kan goedkoper zijn met een belkaart. Maar vooral kleine spelers houden er oneerlijke praktijken op na.
Bellen naar het buitenland kan aardig in de papieren lopen. Vooral als u er uw gewone telefoon of mobieltje voor gebruikt. Maar daar is een oplossing voor: de internationale belkaart. U koopt zo’n kaart, daarop staat een tegoed voor internationaal bellen. U belt dan een inbelnummer en met de unieke code op de kaart belt u naar uw vriend of familielid, waar ook ter wereld. De tarieven zijn per land verschillend, en kunt u vinden op de website van de aanbieder. Ze zijn op allerlei plekken te krijgen – kosten lopen sterk uiteen.
Z24 deed onderzoek naar deze belkaarten en kwam terecht in een duister wereldje. De grote aanbieders zijn wel te vertrouwen, maar dat kan niet gezegd worden voor de kleine clubs. Ze willen mee concurreren op prijs, maar kunnen niet zo goedkoop inkomen als de grote jongens. Daarom halen zij hun winst uit methodes die soms twijfelachtig, soms ronduit illegaal zijn.
Het gevolg is dat de kwaliteit van de verbinding slechter wordt, of dat belminuten niet gebruikt kunnen worden omdat ze dubbel zijn verkocht. Er zijn ook aanbieders, waarbij een belminuut maar 40 seconden blijkt te zijn – eenderde minder dan de koper verwacht! Alles bij elkaar kan het zomaar voorkomen dat u een kaart van 30 minuten koopt, waarbij na 6 minuten bellen de verbinding verbroken wordt en het tegoed op blijkt te zijn.
Wat te doen? Als u een internationale belkaart koopt, neem er dan één van een grote aanbieder zoals Lebara en Ortel. De Budget Phone Card, die u bijvoorbeeld bij Albert Heijn en Kruidvat kunt kopen, is ook niet omstreden.