Veel thuiswonende tieners betalen een kwart van hun bestedingen met contant geld. Dat is bijna evenveel als ouderen, die bijna dertig procent van de bestedingen met cash afrekenen.
Dat blijkt uit een onderzoek door De Nederlandsche Bank (DNB). Het resultaat heeft DNB deels verrast. De onderzoekers hadden verwacht dat jongeren die alleen nog maar op hun telefoon zitten, ook alleen met hun telefoon betalen. De generatie is opgegroeid met schermen en pasjes en daarom was de verwachting dat ze nauwelijks binding met munten en biljetten zouden hebben. In de praktijk ligt dat dus anders.
De onderzoekers vermoeden dat het deels te danken is aan de ouders. Sommige tieners krijgen hun zakgeld contant. Thuiswonende jongeren hebben ook weinig grote uitgaven waarbij afrekenen met contant geld onhandig is, zoals de weekboodschappen. Een blikje frisdrank reken je makkelijker cash af.
Beperkt budget
De affiniteit van ouderen met contant geld is geen verrassing. Ouderen zijn opgegroeid met contant geld en gebruiken het daarom vaak uit gewoonte of omdat het veiliger voelt. Naast thuiswonende tieners en ouderen is er nog een derde groep die hecht aan cash: stedelingen, vaak zonder kinderen, met een beperkt budget. Zij betalen zo'n dertig procent van de uitgaven met contant geld.
Over de hele linie neemt het gebruik van contant geld in Nederland snel af. In 2013 werd gemiddeld 57 procent van de waarde aan kassa-aankopen met biljetten en muntgeld afgerekend. In 2022 is dat percentage gedaald naar vijftien procent. Veiligheid, gebruiksgemak en snelheid zijn voor consumenten belangrijke redenen om geen contant geld meer te gebruiken.