Als de hypotheekrente daalt en op een gegeven moment negatief wordt, dan moet de bank hypotheekrente betalen aan de klant. Dit blijkt uit een bindende uitspraak van de Geschillencommissie Financiele Dienstverlening van het Kifid.
Een consument heeft in 2007 bij Staalbankiers een hypotheek in Zwitsers franken afgesloten, ter waarde van drie ton euro. De rente werd telkens een jaar vastgezet. Voor de rente werd een basistarief plus 0,7%-opslag afgesproeken. Als basistarief gold het zogeheten Libor, dat is het tarief dat banken elkaar onderling berekenen in Londen. De klant moest de rente in Zwitsers Franken betalen en de bank waarschuwde bij het afsluiten expliciet dat hij valutarisico liep.
Koers losgelaten
Een jaar geleden heeft de Zwitsers overheid de koppeling tussen de euro en de Zwitsers frank losgelaten. In euro’s gerekend werd het geleende bedrag daardoor aanzienlijk groter, maar aan de andere kant daalde de rente naar -1%. Inclusief de opslag betekent dat een negatieve rente van 0,3%. De bank heeft op dat moment eenzijdig meegedeeld dat er een minimumpercentage geldt van 0,0%.
De klant is daarmee niet akkoord gegaan, omdat nergens in de voorwaarden een negatieve rente is uitgesloten. Hij heeft in zijn optiek dus recht op een rente van -0,7%. De bank meende dat het vergoeden van negatieve rente in strijd is met de overeenkomst. De Geschillencommissie is daar niet van overtuigd en meent dat de bank niet eenzijdig het rentetarief op 0,0% kan stellen. Nergens verbiedt de overeenkomst een negatieve rente. De bank moet met terugwerkende kracht de negatieve rente op de lening vergoeden.
Bron: www.kifid.nl