In het eerste kwartaal hebben verschillende internetproviders de breedbandsnelheden verhoogd zonder prijsverhoging voor de consument. Eind maart had daardoor 81 procent van de abonnementen een downloadsnelheid van ten minste 10Mbps. Een jaar eerder was dat nog 67 procent.
Dit blijkt uit de Telecommonitor van de Autoriteit Consument en Markt. Bijna de helft van de abonnementen (43 procent) haalt een snelheid van meer dan 30 Mbps en 11 procent haalt snelheden van 100 Mbps en hoger. Er is een duidelijk verschil tussen de verschillende netwerken. Koper (DSL) is het traagst. 86 procent gaat niet sneller dan 30 Mbps. Internet via de kabel is sneller: 60 procent heeft een snelheid van 30 Mbpd of meer. Glasvezel is de koploper: 98 procent van de abonnementen heeft een downloadsnelheid van 30 Mbps of meer.
Verschuiving
Er is een verschuiving te zien van koper naar kabel. Het aantal abonnementen via DSL daalde in het eerste kwartaal met ongeveer 37 duizend, terwijl er 52 duizend kabelabonnees en 26 duizend glasvezelabonnees zijn bijgekomen. Er zijn ongeveer 10,5 miljoen vaste aansluitingen en 11,1 miljoen mobiele toestellen met toegang tot internet. Bij de mobiele telefonie hebben aanbieders zonder eigen netwerk in het eerste kwartaal een kwart meer abonnees gekregen. Dit ging ten koste van prepaid aansluiting van aanbieders met een eigen netwerk.
Wilt u uw eigen snelheid testen?
Dat kan via deze link!
- Geld & Recht