Ouderenmishandeling stoppen? Onderneem actie

Getty Images

Of je nu slachtoffer, pleger, omstander of professional bent, je kunt én moet iets doen tegen ouderenmishandeling. Als slachtoffer is het misschien moeilijk om toe te geven dat het je overkomt. Als pleger kun je je wanhopig, overbelast en machteloos zijn. Als omstander vind je het misschien lastig om te bepalen of iets nou wel ouderenmishandeling is. Als professional weet je soms niet precies bij wie je de ouderenmishandeling moet aankaarten.

Hoe dan ook, het stoppen van ouderenmishandeling begint altijd met praten. En het maakt niet uit of je de signalen duidelijk herkent of het vermoeden hebt van mishandeling. Door er over te praten, kun je er iets aan doen.
 

De vormen van mishandeling en de signalen

 

Lichamelijke mishandeling

 

Bij lichamelijke mishandeling praten we niet alleen over slaan, schoppen of knijpen, maar ook over het afplakken van de mond, aan de haren trekken of branden. Ook vastbinden op een stoel of in bed is lichamelijke mishandeling. Minder zichtbaar: het geven van te weinig of juist teveel medicijnen. Vaak krijgen ouderen een grote dosis slaapmiddelen om ze rustig te houden.
 
Mogelijke signalen: blauwe plekken, krassen, schrammen, snij-, schaaf- of brandwonden, zwellingen, striemen op het lichaam, versuffing en apathie.
 

Psychische mishandeling

Bij psychische mishandeling gaat het om treiteren, pesten, sarren en schelden. Ook worden ouderen vaak bestookt met dreigementen (uithuisplaatsing of isolatie). Intimideren, valse beschuldigingen, beledigen, bevelen, vernederen, ondermijnen van zelfvertrouwen, het psychisch onder druk zetten en manipulatie zijn ook vormen van psychische mishandeling.
 
Mogelijke signalen: gevoelens van (onverklaarbare) angst, woede, verdriet, verwardheid, schuchterheid, weinig reactie, wantrouwen, slaap- en/of eetproblemen. Deuren zijn op slot, zaken die ouderen best zelf kunnen doen worden overgenomen. Isolatie van de oudere: vrienden of bekenden hebben geen toegang, er is geen privacy bij bezoek, bellen is verboden. 
 

Verwaarlozing

Verwaarlozing kan zowel lichamelijk als psychisch zijn. Bij lichamelijke verwaarlozing krijgt de oudere niet voldoende eten of drinken, is er slechte of geen persoonlijke of huishoudelijke hygiëne.
Van psychische verwaarlozing is sprake wanneer de geestelijke behoeften van ouderen worden genegeerd: geen aandacht en gebrek aan liefde, emotionele zorg en respect.
 
Mogelijke signalen: ondervoeding, geen of onvoldoende eten en drinken in huis, uitdroging, slechte hygiëne. Onverzorgde- of doorligwonden. Vervuiling van de oudere, de kleding en/of het huis. Lichamelijke achteruitgang, vermagering, depressie, frustratie, apathie, verdriet of wanhoop.
 

Financiële uitbuiting

Ook financiële uitbuiting is een vorm van ouderenmishandeling! Er wordt geprofiteerd van de bezittingen van de oudere, spullen worden weggenomen of verkocht. Geld, sieraden of andere waardevolle spullen verdwijnen. Met het bankpasje van de oudere wordt geld opgenomen voor de pleger. Gedwongen testamentverandering, spullen die worden weggegeven, of juist gekocht. Financieel wordt de oudere kort gehouden.
 
Mogelijke signalen: plotselinge of onverklaarbare geldopnames bij de bank, een onverklaarbaar tekort aan geld. Spullen die verdwijnen. Schulden, huurachterstand, informatie over de financiële situatie van de oudere wordt geweigerd. 
 
[ITEMADVERTORIAL]

Seksueel misbruik

Bij seksueel misbruik gaat het om het verrichten van seksuele handelingen met of in het bijzijn van de oudere tegen zijn of haar wil. Exhibitionisme, het betasten van het lichaam en verkrachting. 
 
Mogelijke signalen: beschadigingen en/of irritaties aan genitaliën of anus, terugkerende genitale of anale infecties, bloedvlekken in kleding of beddengoed, moeite met zitten of lopen, geslachtsziekten, hevige onrust bij het (ont-)kleden en wassen. Veelvuldig voeren van seksueel getinte gesprekken.
 

Wat kun of moet je doen?

Slachtoffers

U hoeft zich er niet voor te schamen en het zeker niet goed te praten. Het is nooit uw eigen schuld! Bespreek uw gevoelens met uw huisarts, iemand die u vertrouwt of bel naar het Steunpunt Huiselijk Geweld (0900 1 26 26 26). Om het onderwerp bespreekbaar te maken, trekken voorlichters (vrijwilligers) van de verschillende Ouderenbonden door het land. In totaal organiseren zij 350 bijeenkomsten om samen te praten over ouderenmishandeling, wat het is en wat je kan doen. U kunt bij uw eigen bond informeren wanneer een bijeenkomst bij u in de buurt is. Lees hier meer.
 

Omstanders

Ziet of merkt u dat een oudere in uw omgeving wordt mishandeld? Probeer met de oudere in contact te komen en met hem of haar te praten over wat er speelt. Of u het nu zeker weet, of mishandeling vermoedt, bel in ieder geval met het Steunpunt Huiselijk Geweld. 
 

Plegers

Iedereen is wel eens kwaad of wanhopig. Er ontstaat echter een probleem wanneer u deze woede richt op een oudere in uw omgeving. Ouderenmishandeling uit onmacht, omdat u het zelf niet meer aankunt, is vaak een sluipend proces (link naar artikel) en gaat van kwaad tot erger. Geweld gebruiken is nooit goed te praten. Zoek dan ook zo snel mogelijk hulp. Bespreek uw situatie met iemand die u vertrouwt of bel voor advies naar het Steunpunt Huiselijk Geweld.
 

Professionals

Sinds 1 juli 2013 geldt voor beroepskrachten de verplichting om een meldcode te gebruiken bij vermoedens van geweld in huiselijke kring. Hier valt ook ouderenmishandeling onder. Deze verplichting geldt niet voor vrijwilligersorganisaties. 
Een verplichte meldcode is iets anders dan een meldplicht, waar het vermoeden van geweld gemeld MOET worden bij andere instanties. Bij een meldcode beslist de professional of bij vermoedens van huiselijk geweld er wel of geen melding komt.
Om die beslissing gemakkelijker te maken bevat een meldcode een stappenplan met in ieder geval de volgende 5 stappen:
 
1. In kaart brengen van de signalen.
2. Overleg met een collega/collega's. Vraag eventueel advies en raad bij het Steunpunt Huiselijk Geweld of deskundigen op het gebied van letselduiding.
3. Praten met de oudere.
4. 'Wegen' van de ouderenmishandeling. Bij twijfel altijd het Steunpunt Huiselijk Geweld raadplegen.
5. Besluit. Zelf hulp organiseren of melden.
 
Steunpunt Huiselijk Geweld op 0900 - 1 26 26 26 (5 cent per minuut).
 
Bronnen: