Hoe netjes je ook stookt, vroeg of laat wordt toch het ruitje van de houtkachel weer vies. Vervelend, want je wilt wel van het vuurtje kunnen genieten en het tegelijkertijd een beetje in de gaten houden. Gelukkig zijn er verschillende manieren om het ruitje weer prachtig schoon te krijgen.
Voor we het over dat ruitje gaan hebben nog even dit… Ja, de houtkachel is een fijne warmtebron, maar houd wel rekening met de mensen om je heen. Stook dus nooit bij windstil, mistig of miezerig weer: mensen met bijvoorbeeld astma of andere luchtwegklachten hebben daar dan namelijk veel last van. Laat jaarlijks de schoorsteen vegen en stook altijd volgens de Zwitserse methode. Nog meer over veilig stoken leest u meer in dit artikel.
Waar komt die aanslag vandaan?
Stoken met hout dat te vochtig is of relatief veel hars bevat, zorgt ervoor dat de ruit veel sneller vies wordt. Hoe beter en warmer je de kachel stookt, hoe minder aanslag je krijgt. Stook daarom met kleinere stukken droog en schoon hout. Ook de kwaliteit van het rookkanaal is van invloed. Is het rookkanaal niet op orde of vies, dan creëer je tijdens het stoken te veel onnodige roetaanslag.
Vies kachelruitje schoonmaken
Er zijn verschillende manieren om het kachelruitje schoon te maken. Ten eerste kun je er speciale kachelruitenreiniger op sprayen. Dit laat je een minuutje intrekken, waarna je het afneemt met keukenpapier. Ook zijn er speciale schuursponzen voor het schoonmaken van de kachelruit. Zo’n schuurspons schuurt de roetaanslag weg zonder daarbij krassen achter te laten. Heel wat goedkoper is het om een stuk krant of een keukenpapier nat te maken en in de as van de kachel te dopen. Daarmee poets je de aanslag los, waarna je het kachelruitje weer laat glanzen door het na te poetsen met eerst een vochtig en daarna een droog doekje. Tot slot is er de methode met het gebruikte en nog vochtige theezakje. Dat theezakje doopt u in de as, waarna u het theezakje gebruikt om het ruitje schoon te poetsen. Napoetsen met wat vochtig keukenpapier en drogen.
Nog even: stoken volgens de Zwitserse methode
De Zwitserse methode wordt ook wel omgekeerd stoken genoemd. Je legt wat grote houtblokken onderin (met de schors naar beneden), waarna je de stapel met steeds kleinere stukken hout kruislings naar boven toe opbouwt. De kleine houtjes bovenin steekt u aan, waarna het vuur rustig van bovenaf begint te branden. Deze methode zorgt ervoor dat rookontwikkeling en uitstoot minimaal zijn zeker in vergelijking met de ouderwetse stookmethode waarbij de houtstapel van onderaf met een prop kranten wordt aangestoken.