Partnerpensioen in gevaar

Getty Images

Het kabinet zoekt samen met de oppositiepartijen naar geld dat ze bij de pensioenen wil weghalen. Sinds de verlaging van de pensioenopbouw niet wilde lukken, kijkt het kabinet nu begerig naar het partnerpensioen.

Nu nog spaart een werknemer voor zijn eigen pensioen en een partner- of nabestaandepensioen voor het geval de werknemer eerder overlijdt dan zijn partner. Die partner krijgt nu in de meeste gevallen een partnerpensioen van 70 procent van het bedrag dat de werknemer als pensioen ontving. Alle premie, zowel voor het ouderdomspensioen als het partnerpensioen wordt belastingvrij gespaard. Het volledig afschaffen van het partnerpensioen zou 7 miljard belastingaftrek besparen.

Afschaffen

Het is niet zo vreemd dat het kabinet met gulzige ogen naar het partnerpensioen kijkt, maar het afschaffen van het partnerpensioen brengt nabestaanden zonder eigen inkomen in een moeilijke positie. Volledig afschaffen van het partnerpensioen zit er daarom waarschijnlijk niet in, al was het maar omdat de SGP en de ChristenUnie pal voor de belangen van de kostwinner staan. Een beetje of half afschaffen behoort echter wel tot de mogelijkheden. Sommige pensioenfondsen hebben dat al, bij het ABP en de pensioenfondsen voor de zorg en journalistiek is het partnerpensioen al gehalveerd tot 35 procent van het ouderdomspensioen. Werknemers kunnen zich daar vrijwillig bijverzekeren. Oude, al opgebouwde rechten op ene partnerpensioen blijven wel bestaan.

Nog niet officieel

Voorlopig zijn het kabinet en de oppositiepartijen nog met elkaar in gesprek en kan het nog alle kanten op. Toch moeten we serieus rekening houden met het (gedeeltelijk) afschaffen van het partnerpensioen, het is gewoon te aantrekkelijk voor het kabinet dat de eigen verantwoordelijkheid toch al hoog in het vaandel heeft.