De buurt heeft u nodig
Meer dan ooit zijn vrijwilligers nodig om buurtvoorzieningen op peil te houden. Plus Magazine onderzocht of u bereid bent de handen extra uit de mouwen te steken voor de samenleving.
In veel gemeenten is de afgelopen jaren flink bezuinigd, bijvoorbeeld op de speeltuin, het zwembad of de groenvoorzieningen. Het einde van die bezuinigingen is nog niet in zicht. Vanaf 2015 krijgen gemeenten er bovendien een flink aantal taken van het Rijk bij. En er is te weinig budget om dat allemaal te kunnen realiseren.
Dat betekent dat gemeenten burgers gaan stimuleren meer vrijwilligerswerk te doen om het buurthuis of de bibliotheek in stand te houden. Maar is dat haalbaar? Bent u bereid de handen uit te mouwen te steken voor de samenleving? Want tenslotte bent u ook al mantelzorger voor uw oude ouders, moet u langer doorwerken en bent u hard nodig in de gezinnen van uw kinderen als oppasopa en -oma.
Iets te gemakkelijk
In een online-onderzoek van Plus Magazine onder duizend lezers vindt 39% van de ondervraagden dat de overheid iets te makkelijk denkt dat burgers het allemaal zelf kunnen oplossen en regelen. 61% geeft aan geen tijd te hebben voor extra vrijwilligerswerk. 39% is wél bereid om voor langere tijd verplichtingen aan te gaan. En 69% zal toch behulpzaam zijn als ze gevraagd worden voor een tijdelijk project van drie maanden.
61% van de Pluslezers is nu al op vrijwillige basis actief voor de buurt of de gemeente. Men brengt eten rond in het bejaardenhuis, helpt op de kinderboerderij of pendelt heen en weer met de buurtbus. Voor 37% is vrijwilligerswerk een van de belangrijkste wekelijkse bezigheden. De voornaamste redenen om vrijwilligerswerk te doen zijn: zich inzetten voor anderen/de samenleving (53%), zich nuttig voelen (40%) en andere mensen leren kennen (29%).
Goed nieuws
En wat vindt u het leukst om te doen? 36% zorgt ’t liefst voor een ander, en dan met name kwetsbare ouderen. Dat is goed nieuws voor gemeentebesturen die zorgtaken in de buurt moeten realiseren en te weinig geld krijgen om dat allemaal voor elkaar te boksen. Andere terreinen waar u zich voor zou willen inzetten zijn: belangenbehartiging voor ouderen en gehandicapten (26%), natuur (23%), veiligheid in de buurt (21%) en cultuur (20%).
Handen uit de mouwen
- Op 27 september is het weer Burendag. Tot 1 september kunt u bij het Oranje Fonds een bijdrage aanvragen tot €500 om uw Burendagplan te kunnen uitvoeren. www.burendag.nl
- Hebt u een idee voor de buurt, maar geen geld? Waag dan een poging op www.voorjebuurt.nl. Via deze website kunt u geld inzamelen en hulp vragen om het idee te realiseren.
- Tip: Buurttuinen zijn populair. Dankzij een buurttuin voelen mensen zich veiliger en de buurt wordt er een hechtere gemeenschap van. Zo blijkt uit een onderzoek dat in de vier grote steden is gehouden.
Wilt u ook aan de slag voor uw buurt? Hier leest u hoe u dat het beste kunt aanpakken.
Yolande Troost (54) uit Deventer maakte op een braakliggend terrein in de wijk Voorstad van Deventer een buurttuin.
‘Als jong meisje verhuisde ik naar het oosten van het land. Ik kwam in een buurt waar ik me een vreemde eend in de bijt voelde. Die ervaring heeft me voor een groot deel gevormd tot wie ik nu ben. Ik heb een sociaal hart, vind het leuk om mensen met elkaar te verbinden. Daarom zet ik me in voor de buurttuin.Zeven jaar geleden heb ik geholpen om de tuin op te zetten en nu help ik de tuin onderhouden. Het is door de jaren heen een plek geworden waar de hele buurt graag komt. De huizen staan hier vrij dicht op elkaar, dus deze open plek zorgt voor het broodnodige groen en voor ruimte om met elkaar te praten. Als ik vanuit mijn woonkamer zie dat er iemand aan de picknicktafel zit, loop ik er weleens spontaan naartoe met een kopje thee. Het maakt me niet uit of de ander jong, oud, allochtoon of autochtoon is.
‘Iedereen moet zich in deze buurttuin thuis voelen’
Een paar jaar terug waren er veel hangjongeren te vinden in de tuin. Als buurt hebben we toen één lijn getrokken. Om de beurt spraken we de jongeren vriendelijk aan: ‘Hier hangen is geen probleem. Maar ruim wél je rotzooi op en maak niet te veel lawaai.’ Wonderwel werkte die aanpak. Gelukkig maar, want iedereen moet hier terechtkunnen. Er is een belevingstuin waar kinderen hutten maken, een moestuin met inmiddels zestien bedden, een grasveld om op te picknicken en een klein speeltuintje.
Zaterdag ruikt het hier naar omgewoelde aarde. Het komt voor dat we met z’n tienen tegelijkertijd tuinieren. ’t Is leuk om van de Turkse buurvrouw te leren hoe je verschillende pepers verbouwt of aubergine en paprika oogst. We organiseren hier ook ieder jaar een activiteit. Soms een oogstfeest, een andere keer een barbecue. De buurttuin verbroedert. Laatst zag ik hoe een Chinese vrouw hier haar tai-chi-oefeningen deed. Op zo’n moment kan ik alleen maar glimlachen en denken: zij voelt zich hier écht thuis. Missie geslaagd.”
Wout Roodzand (59) bestrijdt criminaliteit als buurtwacht in de wijk Riederhoek in Barendrecht.
‘Eigenlijk vind ik het de normaalste zaak van de wereld dat mensen zich aan regels houden. Ik ben opgevoed met het idee dat je respect hebt voor anderen en altijd probeert er iets van te maken met elkaar. Dus toen in mijn vorige buurt – in Bolnes – een buurtwacht werd opgezet, heb ik me meteen aangemeld.De eerste keer dat ik daar mijn ronde liep, zag ik hoe een groep jongeren een lantaarnpaal uit de grond trok. Daar schrok ik toch wel van. Als buurtwacht loop je weliswaar minimaal met z’n tweeën, maar als je ziet dat iets uit de hand loopt, bel je de politie. Die was er gelukkig binnen vijf minuten en heeft de jongens vervolgens aangehouden.
In de wijk waar ik nu woon, was ook van alles aan de hand: woninginbraken, overlast van rondhangende jeugd en hennepkwekerijen. Dat zorgde voor nogal wat onrust in de buurt en gaf buurtbewoners een onveilig gevoel. Sinds we met de buurtpreventieteams regelmatig twee tot drie uur door de buurt lopen, is de criminaliteit met 28 procent gedaald.
‘Als buurtwacht voel ik me echt gewaardeerd in de wijk’
We lopen op alle mogelijke tijdstippen, soms dus ook ’s nachts. Ik zie ons als de extra ogen en oren van de buurt. Bang dat me iets overkomt, ben ik niet. Anders zou ik dit niet kunnen doen. Als ik zie dat jongeren kattenkwaad uithalen, spreek ik ze aan. Maar ook met volwassenen die hun auto fout parkeren of zwerfvuil laten slingeren in de paden achter hun woning, maak ik een praatje. Ik denk dat de tact en flair waarmee ik mijn boodschap breng, maakt dat mensen willen luisteren.
Ik voel me echt gewaardeerd in de wijk. Al heb ik het weleens mis en zie ik dingen die er niet zijn. Laatst bijvoorbeeld reed er een vreemde auto rondjes door de wijk. Dat vond ik verdacht. Dus sprak ik de bestuurder aan. Bleek de man iets gekocht te hebben via Marktplaats en het adres niet te kunnen vinden. Tja, toen heb ik hem maar netjes de weg gewezen.”
José Bielderman (63) is medebedenker van De Zorg Samen Buurt in de wijk Prinsejagt 3 in Breda.
Twee jaar geleden ben ik samen met Kitty Hesen De Zorg Samen Buurt begonnen. Het idee ontstond toen twee buurvrouwen op aandrang van hun kinderen verhuisden naar een verzorgingshuis. Een van hen had het daar helemaal niet naar de zin. Ze miste haar oude huis. Dat maakte diepe indruk op me. Ik dacht: straks ben ik zelf oud. Mijn kinderen wonen niet naast de deur, maar vinden het een fijn idee als er straks naar ons wordt omgekeken. Wat is er dan nodig om oud te worden in je eigen huis? Dat ben ik gaan onderzoeken.
‘Het kan: langer thuis wonen dankzij hulpvaardige buren’
Opvallend was dat vrijwel iedereen in onze buurt ‘ontmoeten’ belangrijk vond. Maar op de vraag: ‘Wat wil je dan zelf bijdragen?’, bleef het stil. Pas toen we het principe van de rijdende trein introduceerden – waar je dus altijd kunt in- en uitstappen – stroomden de aanmeldingen voor vrijwilligerswerk binnen. Dat vrijblijvende karakter spreekt senioren blijkbaar aan. Ruim dertig gastvrouwen verzorgen nu dagelijks bij toerbeurt de koffieochtenden in een woning die ter beschikking is gesteld door de woningcorporatie. Daarnaast zijn er allerlei activiteiten zoals een leesclub, een breicafé en een conversatie-uurtje Frans. We hebben ook een hulptelefoon, waar iemand vraag en aanbod aan elkaar koppelt. Het gaat om kleine hulpvragen die een groot verschil maken bij het zelfstandig kunnen blijven wonen in je eigen huis. Een cartridge vervangen, een boodschap doen voor iemand die ziek is, een dementerende echtgenoot gezelschap houden. Het grote voordeel is dat de vrager geen nee krijgt en de bieder nee kan zeggen.
Ik zie ons buurtproject als een verrijking. Eerlijk gezegd had ik nooit gedacht dat er zoveel hulpvaardige buren zouden zijn die iets voor een ander willen doen. Laatst hoorde ik dat een ernstig zieke man in onze wijk zijn huisverkoop had teruggedraaid. ‘Er is hier zoveel betrokkenheid, ik ga hier niet in eenzaamheid dood’, was zijn argumentatie. Een enorm compliment voor onze buurt, toch?”
Wilt u ook aan de slag voor uw buurt? Hier leest u hoe u dat het beste kunt aanpakken.
- Plus Magazine