8 op de 10 ouders leent geld aan kinderen

Acht van de tien ouders trekken de portemonnee om hun volwassen kinderen financieel te helpen, blijkt uit onderzoek door Plus Magazine. Jaarlijks gaat het om miljoenen euro’s. Het kroost wordt geholpen bij een ‘grote’ uitgave. En er wordt ook af en toe wat toegestopt.

Volwassen kinderen krijgen massaal geld van hun ouders. Dat blijkt uit een enquête van Plus Magazine. De deelnemers is gevraagd of zij hun kinderen financieel ondersteunen, en zo ja: hoe. De ondervraagden zijn allemaal ouder dan 50 jaar; hun kinderen zijn ouder dan 18 en in meer dan de helft van de gevallen de 30 al ruim gepasseerd. Van de 800 ondervraagden (leden van het Plus Panel) heeft 78 procent de kinderen financieel gesteund bij een ‘grote’ uitgave. Zo heeft bijna de helft meebetaald aan de studie van een kind (46 procent). Vier van de vijf ouders hebben de beurs getrokken voor een auto, bruiloft, vakantie of de aanschaf van een woning.

Geld toestoppen

Opvallend is dat het niet blijft bij het meebetalen aan grote uitgaven. Meer dan één op de drie ouders (37 procent) stopt hun volwassen kinderen (ook) af en toe wat geld toe. Blijkbaar rust er op het geven van geld toch een klein taboe: ruim 20 procent wil liever niet zeggen om hoeveel geld het gaat. Bij de groep die dat wel wil, is toch een duidelijke trend te zien: in meer dan de helft van de gevallen gaat het om bedragen tot €2000 per jaar.

Daarnaast leent één op de vijf ouders geld aan de kinderen. 8 procent geeft alleen geld als de kinderen er zelf om vragen. Vertaald naar de ruim vijf miljoen 50-plussers die ons land rijk is, gaan er ieder jaar miljoenen euro’s van de ene naar de andere generatie. Eén op de vijf ouders (22 procent) heeft overigens nooit meebetaald aan iets ‘groots’. De reden is meestal dat ze zelf niet ruim bij kas zitten. “Ik zou het graag doen, maar ik heb het geld er niet voor”, laat een van de ondervraagden weten. Nog een veelgehoorde reden: “Ze hebben zelf een goede baan.”

Wel ondersteunen deze ouders hun kinderen vaak op een andere manier: ze klussen in hun huis, passen op de kleinkinderen of betalen mee aan boodschappen, benzine, etentjes en aan cadeautjes voor de (klein)kinderen.

Geld weigeren

Uit het onderzoek blijkt verder dat één op de acht ouders een kind ooit geld heeft geweigerd. De redenen daarvoor lopen sterk uiteen. De een kan het geld niet missen, maar ook wordt ‘de bodemloze put’ geregeld als reden genoemd. Andere kinderen kregen de wijze les: “Eerst sparen, dan kopen.”

Volgens het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting (Nibud) zien volwassen kinderen een gift van de ouders vaak als een leuk extraatje, maar het is niet nodig. Eén op de tien kinderen weigert daarom ook een aanbieding. Trots, schaamte en de behoefte om de eigen zaakjes te regelen worden als redenen genoemd.

Wel of niet geven?

Over het algemeen geldt het advies aan ouders om kinderen zo gelijk mogelijk te behandelen en evenveel te geven. De meesten doen dat ook, maar niet iedereen. “Een van mijn kinderen is miljonair, dus die heeft het niet nodig”, erkent een ondervraagde. Maar ook het gedrag van de kinderen kan een rol spelen om minder te geven, zoals een verslaving.

Het Nibud deed twee jaar geleden onderzoek naar het geven van geld aan volwassen kinderen. Het baarde het instituut destijds vooral zorgen dat ouders en kinderen zo weinig over geld praten en nauwelijks op de hoogte zijn van elkaars financiële situatie. Over en weer heeft een derde geen idee of het eigen inkomen hoger of lager is. De helft van de jonge generatie weet niet of de ouders iets zullen nalaten. Er wordt pas echt over geld gepraat naar aanleiding van een specifieke gebeurtenis, zoals het (ver)kopen van een huis, pensioneren of een overlijden. Volgens het Nibud zijn dat vaak beladen momenten, waarbij onder tijdsdruk grote beslissingenworden genomen. Het instituut adviseert daarom om geldzaken – en dus ook eventuele schenkingen – op een rustiger moment bespreekbaar te maken, om zo tot betere beslissingen te komen.

Schenken en de belasting

Meer dan de helft van de ouders houdt bij een schenking geen rekening met de fiscus, blijkt uit het onderzoek. Dat is jammer, want het kan handig zijn om een deel van uw vermogen in de loop van de jaren structureel en belastingvrij over te dragen aan de kinderen.

U mag elk (pleeg)kind elk jaar ruim €5000 belastingvrij schenken. De vrijstelling geldt voor uw kind en een eventuele partner samen. U mag dus niet €4000 aan uw kind en €4000 aan uw schoonkind schenken. Geeft u meer dan de vrijstelling, dan moet het kind daarover 10 tot 20 procent schenkbelasting betalen. Goed om te weten: de vrijstelling geldt per jaar. Zolang het totaal daar niet boven komt, is er niets aan de hand. Voor kleinkinderen geldt een vrijstelling van ruim €2000 per kind per jaar.

Als u meebetaalt aan een grote uitgave, kunt u (onder strikte voorwaarden) ook gebruikmaken van de eenmalig verhoogde vrijstelling. Een kind tussen de 18 en 35 jaar mag u in één jaar maximaal €24.144 (waarschijnlijk het bedrag in 2012*) belastingvrij schenken. Van deze vrijstelling kunt u maar één keer gebruikmaken. Is uw kind ouder dan 35 jaar, maar heeft hij of zij een partner die jonger is dan 35 jaar, dan kunt u het bedrag ‘via’ de jongere partner schenken.

Wie van deze extra vrijstelling gebruikmaakt, moet daar wel aangifte van doen. Als het geld gebruikt wordt voor een dure studie of het verwerven van een eigen woning, kan de vrijstelling zelfs oplopen tot €50.300. Het is verstandig om de extra vrijstelling in één keer optimaal te benutten. Als u bijvoorbeeld €15.000 schenkt, dan mag u in de jaren daarna niet nog eens de rest van de vrijstelling belastingvrij geven. Er is wel een uitzondering: wie vóór 2010 al gebruik heeft gemaakt van de eenmalig verhoogde vrijstelling, mag nog wel de extra €26.156 voor de aanschaf van een eigen woning belastingvrij schenken.

Lees ook: