Gemiddeld betaalt een Nederlander bijna €9000 belasting per jaar. 50-plussers zitten daar flink boven en hoesten meer op dan elke andere leeftijdsgroep.
LET OP: Dit artikel is onderdeel van de belastingspecial 2010. De informatie kan verouderd zijn. Voor de actuele belastingspecial 2012 kunt u hier klikken. |
50-plus spekt de schatkist het meest
Betalen we ons blauw aan de belasting? Je zou het wel denken, wetende dat er in 2008 in totaal €138,1 miljard aan rijksbelastingen de schatkist invloeide. Gedeeld door ruim 16 miljoen inwoners lijkt het nog mee te vallen: €8718 per persoon per jaar. Per huishouden komt het gemiddelde op ruim €19.000. Maar waarschijnlijk herkent u zich niet in deze cijfers, want de één betaalt meer belasting dan de ander. En vooral de categorie 50-65 jarigen is voor 1 april flink aan de beurt.
Een belangrijke inkomstenbron van de staat is de loon- en inkomstenbelasting. Goed voor €40,2 miljard per jaar. Wie meer verdient, betaalt meer belasting, via oplopende schalen. De sterkste schouders dragen immers de zwaarste lasten. Maar het blijft niet bij loon- en inkomstenbelasting. Ook erfenissen zijn belast, net zoals tal van andere zaken.
Melkkoe btw
De grootste inkomstenbron is de btw. Wie een product of dienst afneemt, betaalt daarover 6 of 19 procent btw. De btw-inkomsten spekken de staatskas met €43,3 miljard per jaar. Wie auto rijdt, een sigaretje rookt of een glaasje drinkt, draagt nog een extra steentje bij aan de schatkist.
En verder betalen we nog premies volksverzekeringen. Die zijn verplicht, gekoppeld aan het inkomen en leveren de staat nog eens €37 miljard per jaar op.
Er wordt wel gesteld dat de ‘vergrijzing’ de samenleving veel geld kost. Maar dat hangt ervan af hoe we ‘grijs’ opvatten. Toegegeven, vanaf 65 jaar dalen het inkomen en de bijdrage aan premies en ontvangen we AOW en pensioen. Maar als we grijs laten beginnen bij de 50ste verjaardag, dan wordt het een heel ander verhaal. Juist dan betalen we volop belasting. Dat geldt ook voor het oudere deel van de groep van 50 tot 65 dat leeft van het geld van een (vervroegd) pensioen, want ook daarover wordt belasting betaald.
In de ‘vroege’ grijze jaren zijn het inkomen en het vermogen het hoogst en geven we flink uit. Je zou bijna denken dat grijs zich blauw betaalt aan de belastingen. Helaas zijn cijfers over de belastingen per persoon naar leeftijd niet direct voorhanden. Maar wat gepuzzel geeft een aardige indruk.
Grijs is koploper
De groep huishoudens met een kostwinner tussen de 50 en de 65 jaar heeft het hoogste bruto inkomen: gemiddeld €69.300 per jaar. Om te bepalen hoeveel belasting over het inkomen wordt betaald, kijken we naar het besteedbare inkomen per huishouden. Dat is het geld dat volgens het CBS overblijft na het afdragen van onder meer inkomsten- en vermogensbelastingen en de premies volks- en zorgverzekeringen. Voor de zorgpremie hebben we een correctie toegepast per huishouden per jaar, om zo alleen belastingen en de volksverzekering over te houden.
Dan blijft over: het besteedbare inkomen. Ook daar zijn de 50- tot 65-jarigen koplopers, met €41.500 per jaar. Aan alleen al inkomstenbelasting en premies draagt deze groep per jaar gemiddeld dus het meest af: €27.800.
Dat is nog niet alles. Gemiddeld geven we zo’n 90 procent van het besteedbare inkomen ook weer uit. En een deel van het nog te besteden geld gaat ook op aan belastingen, zoals btw, accijnzen en andere heffingen. De bijdrage zorgverzekeringswet en regionale belastingen laten we hier buiten beschouwing.
Met een grove schatting gaan we ervan uit dat we over de totale uitgaven gemiddeld 14 procent belasting betalen.
Zo bezien betalen 50- tot 65-jarigen per jaar in totaal gemiddeld €32.913 per huishouden aan belastingen. Dat is, zonder de gezinssamenstelling mee te wegen, het meest van alle leeftijdscategorieën.
Pas bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd daalt de gemiddelde belastingdruk. Daarvoor zit dus een jarenlange ‘grijze’ periode waarin 50-plussers juist fors afdragen. Daar komt nog bij dat de groep huishoudens met een kostwinner tussen de 25 en 50 jaar nu groter is (ruim drie miljoen) dan de groep met een kostwinner tussen de 50 en 65 jaar (nog geen twee miljoen). Er zit dus nog een grote groep aan te komen die jarenlang goed zal verdienen en naar verhouding veel zal afdragen. De stelling dat ‘grijs’ alleen maar geld kost, is dus niet juist. De eerste grijze haren, die vaak al rond de 50ste verjaardag verschijnen, zijn vanuit de staatskas bezien 'gouden lokken'.