In 2010 ben ik in de gemeenteraad gekozen voor een lokale ouderenpartij. Omdat het raadslidmaatschap best veel tijd kost, ben ik 1 dag in de week minder gaan werken. Als vergoeding krijg ik bijna € 10.000 per jaar. Is dit belast of kan ik dit als een onkostenvergoeding beschouwen? In mijn aangifte had ik dit niet aangegeven. Nu ontving van de Belastingdienst een brief waarin ze mijn inkomen corrigeren. Kan ik daar bezwaar tegen aantekenen?
Omdat aan het raadslidmaatschap de gedachte ten grondslag ligt dat het als een nevenfunctie moet worden beschouwd, wordt gesproken over 'vergoeding voor uw werkzaamheden'. Vanaf de dag van de beëdiging heeft u de raadsvergoeding ontvangen. Deze is (met eventuele onkostenvergoedingen) als resultaat uit overige werkzaamheden belast in de zogenoemde box 1. Eventuele kosten kunt u daar dan ook aftrekken. Denk daarbij aan reiskosten, kosten van lidmaatschappen en vakliteratuur. Het uitgangspunt is dat de vergoedingen dan ook bruto worden uitbetaald. Bij dat uitgangspunt hoort dat raadsleden zelf de betaling van belasting over deze vergoedingen moeten regelen. Dat gebeurt hoe dan ook via de aangifte inkomstenbelasting, maar het kan ook reeds via een voorlopige aanslag.
De belastingregelgeving kent echter een faciliteit om al bij de uitbetaling van de vergoedingen belasting in te laten houden door de gemeente. Men kan dan met de gemeente een door de Belastingdienst vastgestelde verklaring opmaken. Deze wordt in de praktijk de 'opting-in-regeling' genoemd, ook wel 'werknemer op verzoek' of 'fictief werknemer'. Door deze verklaring onstaat uiteraard geen gezagsverhouding of werknemerschap tussen het raadslid en de gemeente. Er wordt immers geen aanstelling gegeven of een arbeidsovereenkomst gesloten. Er worden dan ook geen sociale lasten (WW, ZW, WAO) ingehouden. In de praktijk gebeurt dit vaak, waardoor de gemeente over de raadsvergoeding ook loonbelasting zal inhouden
- geldenrecht.nl