Kinderboeken: 'Mijn kindertijd ligt hier letterlijk voor het grijpen'

Wie tijdens de Kinderboekenweek voor minstens 10 euro aan kinderboeken koopt, krijgt een kinderboek van Hans Hagen cadeau voor zijn (klein)kind. Trudy Kunz bezocht het Kinderboekenleenmuseum in Zutphen.

Menigeen zal met ­weemoed terugdenken aan Kruimeltje, Arendsoog of Pinkeltje. Net zoals Trudy Kunz, die het Kinderboekenleenmuseum in Zutphen bezoekt.

Toegegeven: er is de geur van warme appeltaart en pas gemaaid gras, van babyhoofdjes, slootjes in de zomeravond en sissend strijkgoed. Maar de meest troostrijke geur was ik bijna vergeten. Hij waait me zomaar tegemoet als ik op een zachte septembermiddag over de drempel stap van een bijzonder museum in Zutphen: de geur van oude kinderboeken. Het is een geur die je kalm maakt en ook een beetje weemoedig.

Mijn liefde voor sprookjes

Ik word verwelkomd door de oprichtster van het Kinderboekenleenmuseum, die – toeval bestaat niet! – als een ware creatie van Annie M.G. Schmidt luistert naar de naam Pien Pon. Zij wijst mij de weg tussen de boeken en laat me dan op mijn gemak rondkijken. De vragen komen vanzelf wel, is haar ervaring. En inderdaad: terwijl ik uitvoerig een bruin bespikkeld sprookjesboek besnuffel, floept er ineens een oude herinnering boven. “Hebben jullie misschien een prismaboek over een jongetje in de jungle?”, vraag ik Pien. “Hmm”, aarzelt zij, “weet je de naam van de schrijver nog?”

Nee, geen idee. Het had een donkergroen omslag, dat is alles. Een vrijwilligster achter de computer biedt aan om het uit te zoeken. Intussen vertel ik mijn verhaal achter het jungleboek. Ergens in de jaren ’50 gaf ik gehoor aan een oproep in de krant: ‘Schrijf een opstel met de titel: Dat lees ik het liefst!’ Binnen een uur zette ik een heel verhaal over mijn liefde voor sprookjes op papier en waarachtig – een paar weken later stokte mijn adem bij het lezen van de volgende kop op de Jeugdpagina: ‘Ik moet zeker weer een mooi sprookjesboek voor je opzoeken?’ Het was een zinnetje uit het winnende opstel – MIJN opstel! – dat integraal stond afgedrukt en waarin ik de vriendelijke juffrouw van de jeugdbibliotheek citeerde, die mij wekelijks voorzag van mijn lievelingsliteratuur. De prijs die ik had gewonnen – uiteraard een boek – zou mij binnen enkele dagen worden toegestuurd.

Schuilen en wegdromen

“Ik denk dat ik het heb”, onderbreekt de behulpzame vrijwilligster mijn relaas. Ze loopt resoluut de trap af naar de kelder en drukt me even later een vergeelde pocket in de hand. ‘Het geheim van de jungle’ lees ik en ik herken meteen het bruine indianenjoch dat – aap op de schouder, mes in de hand – naast een stoere kerel in kakipak door het oerwoud banjert. Een vaag onheilsgevoel klimt vanuit mijn maag naar boven. Het is de echo, besef ik, van de teleurstelling die mij beving toen ik als tienjarig meisje mijn prijs uitpakte: een woest jongensboek over de jungle, terwijl ik zo vurig over mijn liefde voor sprookjes had geschreven.

“Je had het met een boze brief moeten terugsturen”, lacht mijn gastvrouw. Maar zij weet net zo goed als ik: zo was de jeugd van kort na de oorlog niet. Misschien is de mondigheid van kinderen pas begonnen toen, niet lang daarna, de eerste boeken van Annie M.G. Schmidt verschenen. Haar gedicht ‘Ik ben lekker stout’ wekte, herinner ik mij nog goed, veel beroering onder de oudjes in het verzorgingshuis waar mijn kleine zusje het eens voordroeg. “En als ze kwaad zijn, zeg ik bil!”, besloot ze uitdagend. “Oei oei oei”, ging het door het zaaltje.

“Ach”, zeg ik berustend, “ik zal met mijn woede en frustratie wel in een van mijn boeken gevlucht zijn.” Want dat was – ontdekte ik toen al – de grote kracht van boeken: je kon erin schuilen, je kon erin wegdromen, je kon erin opgaan in een totaal andere wereld, alsof je onder een nieuwe naam, in een nieuwe familie geboren werd. Boeken waren een bron van troost als je moeder boos was, als je oma doodging of als je met koorts in bed moest blijven terwijl de andere kinderen buiten sneeuwballen gooiden… “Jáá”, valt Pien mij bij, “ziek in bed liggen en met gloeiende wangen een nieuw boek lezen!” “Bolke de Beer”, roep ik. “Kruistocht in spijkerbroek”, zegt zij.

Ik had de mazelen, herinner ik mij, en iedereen kwam me cadeautjes brengen. Van mijn ouders kreeg ik ‘Bolke de Beer’ van A.D. Hildebrand. Ik heb het nog steeds. Voordat ik hier heen ging, heb ik het weer eens uit de kast gepakt. Ik hoef alleen dat omslag maar te zien – die beer met dat aapje in die wastobbe – of ik zie mijn meisjeskamertje weer voor me: het witgeschilderde ledikant met de geblokte AaBe-deken, het behang met de klavermotiefjes; ik hoor zelfs het vertrouwde, nachtelijke geluid van vallende blokken staal in de fabriek achter ons huis.

Voorgoed verknocht
We zijn er intussen bij gaan zitten en bij een kop thee vertelt Pien over het ontstaan van het museum. Zij heeft het tien jaar geleden met behulp van schenkingen opgericht. Haar droom was altijd al een kinderboekenmuseum te beginnen waar de boeken die zij verwierf werden gerestaureerd, gecatalogiseerd en veiliggesteld voor de toekomst. “Ik wilde ze niet alleen tentoonstellen”, vertelt ze, “maar ook uitlenen. Daarom heet het ook leenmuseum.” Ze zegt dat de meeste mensen in hun kindertijd wel een favoriet boek hebben waaraan zij voorgoed verknocht raken: “Jarenlang denken zij er niet meer aan terug, maar tegen de tijd dat ze dertig, veertig zijn en zelf kinderen krijgen, komt de herinnering eraan weer boven. Als hun ouders nog leven, vragen ze hen of dat boek nog ergens op zolder ligt. Maar vaak hebben die ouders het allang weggedaan. En dat is echt jammer.

Daarom zeg ik ook altijd tegen oudere mensen die hier de boeken van hun inmiddels volwassen kinderen kwijt willen: bedenkt u zich nog eens goed, want misschien komt er een dag dat uw zoon of dochter ernaar vraagt.”

De bezoekers van het Kinderboekenleenmuseum zijn dan ook vaak op zoek naar dat ene speciale boek uit hun jeugd. Een enkeling heeft ‘het oude kinderboek’ als hobby of maakt er een studie van. Anderen komen boeken lenen om ze voor te lezen aan hun kinderen of kleinkinderen, zoals de vrouw van rond de veertig die ik aantref met een paar kabouterboeken in haar hand. “Ik haal hier altijd boeken voor mijn dochtertje”, zegt ze, “speciaal voor de plaatjes. Die waren vroeger zo prachtig. De illustraties in moderne kinderboeken vind ik eerlijk gezegd vaak afschuwelijk.”

Een heer van begin zestig, die wat verderop staat te bladeren, mengt zich in het gesprek: “Hélemaal mee eens, die plaatjes van vroeger waren vaak schitterend! Wist u dat de illustraties in de kinderboeken van W.G. van de Hulst door zijn zoon werden gemaakt? Hij was een verdienstelijk schilder, zijn werk is tegenwoordig onbetaalbaar.”

De wereld volmaakt

Ach, W.G. van de Hulst! Zijn naam staat voor mij gelijk aan geluk. “Ik? Ik ben ik. En ik heet Cornelia”, zegt de muis in ‘Het nieuwe voorleesboek’. Als vijfjarige kon ik geen genoeg krijgen van de slimme Cornelia, die zich schuilhield op de hoed van een oude dame. Maar ook andere verhalen uit het boek met ‘Moedervertellingen’, dat ik in 1952 van Sinterklaas kreeg, staan me nog helder voor de geest. Met name ‘Fietje en Angenietje’, ‘De ster van Bethlehem’ en ‘Het jongetje Peter’ maakten heftige emoties bij mij los. Meestal zweefden die tussen heimwee en verlangen, angst en geborgenheid, ontzag en medelijden. Maar omdat alles altijd goed afliep, was de wereld weer volmaakt op het moment dat het boek dicht- en het licht uitging.

Gevraagd naar zijn eigen favoriete jeugdboek zegt de enthousiaste zestiger: “Dat was geen boek, maar een boekenreeks: ‘Het boek voor de jeugd’, in de jaren ’30 uitgegeven door de Arbeiderspers vanuit het ideaal dat ook de arbeidersklasse vertrouwd moest worden gemaakt met de wereldliteratuur. Ik heb de meeste deeltjes nog thuis staan. Ik ben mijn opa nog steeds dankbaar dat hij krom heeft willen liggen om die boeken voor zijn zoon – mijn vader dus – te kunnen betalen. Ik kreeg ze weer van mijn vader en ik heb ze stuk voor stuk verslonden.” Waarna hij tot zijn spijt weg moet om zijn trein te halen, maar hij komt zeker nog eens in het museum terug.

Stoere jongenskaken
Ook ik heb moeite me los te scheuren van deze nostalgische plek, waar mijn kindertijd letterlijk voor het grijpen ligt. Ik maak nog een laatste rondje en ontdek dan pas een kast met overtollige boeken die voor een paar euro’s te koop zijn. Ook hier weer veel bekende titels. ‘Marjoleintje van het pleintje’ door Freddy Hagers, met illustraties van Hans Borrebach – een naam die voor altijd in mijn geheugen gegrift staat. Niemand kon zulke stoere jongenskaken tekenen als hij!

Iets verderop staat het boekje ‘Mozes’ uit de reeks ‘Kind en Bijbel’, uitgegeven door Callenbach N.V. Nijkerk. Callenbach N.V. Nijkerk! Als die naam vroeger op een boek stond, wist ik onmiddellijk dat het een zielig, maar dankzij God goed aflopend verhaal betrof over een weeskind, arme zwerver of meisje met zieke moeder. Omdat ik niet kan kiezen, besluit ik ten slotte tot de aankoop van een uiteenvallend exemplaar van ‘De avonturen van Pinokkio’ met tekeningen van Rie Cramer – niet voor mezelf, maar om cadeau te doen aan een vriendin die binnenkort geopereerd wordt. Als zij ziek, zwak of misselijk is, kruipt zij het liefst onder de wol met een boek uit haar kindertijd. En gelijk heeft ze. Want waarom zou zo’n ouderwets, ontroerend simpel verhaal alleen heilzaam zijn als je klein bent?

Tien jaar Kinderboekenleenmuseum
In het Kinderboekenleenmuseum zijn ruim 18.000 kinder- en jeugdboeken uit de periode 1860-1980 verzameld. De boeken zijn ter plekke in te zien of te lezen, maar u kunt ze ook (gratis) drie weken mee naar huis nemen. En u kunt er terecht wanneer u uw eigen overtollige jeugdboeken wilt verkopen. Op 8 oktober viert het museum zijn tienjarig bestaan. Openingstijden: dinsdag, woensdag, donderdag en vrijdag van 13-17 uur en op afspraak (rond de feestdagen en in de zomermaanden mogelijk gewijzigde openingstijden). Adres: Laarstraat 31, 7201 CB Zutphen. Tel 0575-54 51 17 of www.stichtingtoudekinderboek.nl  

Waarom zou zo’n ouderwets, ontroerend simpel verhaal alleen heilzaam zijn als je klein bent?

Wat is uw favoriete jeugdboek?

‘Alleen op de wereld’, ‘Heidi’, ‘Afke’s Tiental’, ‘Joop ter Heul’, ‘Kruimeltje’, ‘Arendsoog’, ‘Saskia en Jeroen’ of ... ?

Ga naar www.plusonline.nl/kinderboek en vul uw favoriete jeugdboek in. Onder de inzenders worden vijf boekenpakketten met drie boeken (‘Kruimeltje’, ‘Pietje Bell’ en 'Bobbi Oppasboek’) verloot van kinderboekenuitgever Kluitman.

Auteur 
Bron 
  • PM