Groene steden, lekker eten, aardige mensen… Reisredactrice Marieke van Dantzig ontdekt Australië op de leukste manier: met Aussies.
Mariekes reis: Perth, Fremantle, Rottnest Island, Adelaide, Kangaroo Island, Broken Hill, Silverton, Sydney.
Ik logeer in de buurt van Perth bij mijn oude vrienden Averil en Geoff. Twintig jaar geleden woonden we in Frankrijk bij elkaar in de buurt, nu zorgt de afstand dat we elkaar nog zelden spreken. Averil en ik maken lange wandelingen en pakken de draad van onze vriendschap probleemloos weer op.
In de vissershaven ligt een houten pier met restaurants en terrassen. Tijd voor fish and chips. Verser kan niet, met de viskotter aan de kade. Averil vertelt dat een man onlangs door een haai werd gegrepen en aan zijn verwondingen is overleden. Terloops meldt ze dat wij vanmiddag in die baai gaan zwemmen. Op mijn vraag of er toezicht is, zegt ze: “Een paar keer per dag vliegt er een helikopter langs de kust om de haaien in de gaten te houden. Als we geluk hebben, waarschuwen ze ons op tijd.”
“En zo niet?” vraag ik.
Ze lacht. “Maak je geen zorgen!” Als we die middag het water in gaan, cirkelen er inderdaad geregeld helikopters boven zee. Gelukkig is er geen haai te bekennen.
Maar het moet gezegd: het zonlicht op dit continent is briljant. Alles is licht en helder en de hemel lijkt blauwer dan waar ook ter wereld.
In wijnstreek Adelaide Hills proef ik de witte en rode wijnen van wijnhuis Shaw & Smith. Voortreffelijk, net als de begeleidende kazen.
De volgende dag monster ik aan voor een zeiltocht. Dappere deelnemers gaan aan een lang touw het water in om te zwemmen met de dolfijnen. Ik neem een pil tegen zeeziekte als ik de witte schuimkoppen zie en installeer me in de zon op het voordek. Dag hamerhaai, dag dolfijntjes, ik zit hier best!
Een dagje Kangaroo Island, voor de kust van Adelaide, is een dagje in de auto. Af en toe mag je er even uit. Je loopt dan over houten loopplanken langs dieren die zich vrij bewegen. De vrijheid van de bezoeker wordt bepaald door de ranger: “Een stukje naar links graag, blijf staan, ga niet verder…” Eigenlijk wil ik de natuur niet op deze manier beleven. Maar Kangaroo Island is wél indrukwekkend: ‘wilde natuur’, zoals ze het graag verkopen aan de voornamelijk Europese en Amerikaanse toeristen. Met zeeleeuwen, robben, zeehonden en pinguïns (al heb ik die laatste niet gezien omdat ze
toevallig op zee waren). Ik zie koalaberen een dutje doen in de eucalyptusbomen. Kangoeroes en wallaby’s zijn lastiger te vinden. Pas tegen de avond en in de ochtend hupsen ze koddig door het veld, als leerling-balletdansers.
Van Adelaide reis ik met de Ocean Pacific, een zilverkleurige trein, naar Broken Hill in het binnenland van Australië. Overal zijn de sporen van de mijnindustrie te zien. Gids Joe, een oud-mijnwerker, vertelt mooie en pijnlijke verhalen uit de periode dat hij en zijn maten op zoek waren naar lood, tin, koper en zilver.
In het plaatselijke museumpje toont Joe de edelstenen die de mijnwerkers naar boven smokkelden. Opaal, kwarts en bergkristal. Iets verder zie ik een glazen wand met honderden namen erin gegraveerd: mijnwerkers die tijdens hun werk omkwamen. Bij iedere naam is een plastic roos in een voorgeboord gaatje gestoken. Een echte bloem zou er niet in passen.
’s Middags kom ik terecht in het verlaten mijnwerkersstadje Silverton. Een paar kunstenaars die hier zijn neergestreken hebben er een galerie. Het oranjerood van de outback, het ruige binnenland, komt overal in terug, of het nu een olieverfschilderij is, een kralenketting of een houten sculptuur.
Ik lunch in een typisch outbackcafé met hamburgers en cola; zo hoort het. Grote ventilatoren waaien mij koelte toe. Als ik even later naar buiten stap, is de hitte overweldigend en het licht schel en wit.
Tot mijn verbijstering hebben ze hier een Mad Max II-Museum. Nou ja, museum… Het is een schuur, gekoeld door een moeizaam werkende airco en bemand door een stel dat waarschijnlijk figureerde in de gelijknamige film die hier is opgenomen. Achterin staan woestijnvehikels die zijn achtergelaten. Er zitten poppen in die de hoofdrolspelers moeten voorstellen.
Ik ga dineren in The Winery Gazebo, een restaurant in de hippe wijk Surry Hills. Als Sydneysiders, zoals de inwoners van de hoofdstad heten, uitgaan, kleden ze zich van top tot teen in de laatste mode. De meisjes in korte, blote jurkjes en op superhoge hakken. De jongens in strakke T-shirts. Taxi’s rijden af en aan, op vrijdagavond is het feest in Sydney.
Perth: Verse vis, stralende zon
Het is altijd een goed idee om in het buitenland bij locals te verblijven. Ideaal dus als je er vrienden hebt. Ze nemen je mee op hun tochtje naar de winkel, voor een rondje met de hond in het park, naar de tennisbaan… Je praat met iedereen en ontdekt in een mum van tijd de leukste plekken.Ik logeer in de buurt van Perth bij mijn oude vrienden Averil en Geoff. Twintig jaar geleden woonden we in Frankrijk bij elkaar in de buurt, nu zorgt de afstand dat we elkaar nog zelden spreken. Averil en ik maken lange wandelingen en pakken de draad van onze vriendschap probleemloos weer op.
De haaiencheck
We bezoeken samen de Shipwreck Galleries van het Western Australia Maritime Museum in Fremantle en lezen er alles over de muiterij op de Batavia in 1629. Het schip liep hier voor de kust op een klif.In de vissershaven ligt een houten pier met restaurants en terrassen. Tijd voor fish and chips. Verser kan niet, met de viskotter aan de kade. Averil vertelt dat een man onlangs door een haai werd gegrepen en aan zijn verwondingen is overleden. Terloops meldt ze dat wij vanmiddag in die baai gaan zwemmen. Op mijn vraag of er toezicht is, zegt ze: “Een paar keer per dag vliegt er een helikopter langs de kust om de haaien in de gaten te houden. Als we geluk hebben, waarschuwen ze ons op tijd.”
“En zo niet?” vraag ik.
Ze lacht. “Maak je geen zorgen!” Als we die middag het water in gaan, cirkelen er inderdaad geregeld helikopters boven zee. Gelukkig is er geen haai te bekennen.
Nét een waddeneiland
We varen met een supersnelle ferry naar Rottnest Island. Het lijkt op een uitje naar een van onze waddeneilanden. De naam is te danken aan kleine kangoeroes, quokka’s, die iets weg hebben van ratten. Vandaar de oorspronkelijke Nederlandse naam Rattennesteiland, verbasterd tot Rottnest Island. Ook hier zijn schepen vergaan. In het museumpje zijn de overblijfselen uitgestald.Zonnebrand? Hoezo?
De volgende ochtend is het echt warm. We besluiten naar het strand te gaan. De zee is stil en waanzinnig blauw, helder en schoon, je zou er de hele dag wel in willen blijven. Cottesloe is een plezierige badplaats met restaurantjes aan het strand en winkeltjes met veel badpakken. Bij The Naked Fig nemen we een laat ontbijt met vers vruchtensap, schuimende cappuccino en vijgenbrood. Om ons heen zitten veel mensen met een handdoek om te genieten. Niemand lijkt zich iets aan te trekken van de brandende zon. Ik voel hem prikken en ben de hele dag aan het smeren. Zijn ze niet bang voor huidkanker? Averil vertelt dat men hier steeds minder aandacht heeft voor het schadelijke effect van de zon. Onbegrijpelijk.Maar het moet gezegd: het zonlicht op dit continent is briljant. Alles is licht en helder en de hemel lijkt blauwer dan waar ook ter wereld.
Verkoelend fruit
’s Middags ben ik in Perth, in King’s Park, met uitzicht op Swan River en wolkenkrabbers. Ik loop op met de zakenmensen en kantoormeisjes, die zich niets aantrekken van de 39 °C die de thermometer aangeeft. Sommigen dragen zelfs een panty. Zwetend slof ik achter ze aan. Ik pak de trein terug naar mijn logeeradres en wandel vanaf het station een kwartier heuvelop. Uitgeput stort ik neer op een stoel en drink een halve liter water. Mijn vriendin lacht: “Jij hebt vitaminen nodig!” Ze geeft me een bord vol fruit. Meloen, druiven, ananas, alles gerijpt in de Australische zon.Adelaide
Van Perth vlieg ik naar Adelaide, zo’n 2100 kilometer verder. Met gids Bob Latimer slenter ik door het compacte centrum van de stad. In het South Australian Museum hebben ze een sublieme collectie aboriginalkunst: boemerangs, speren, houtsnijwerk en maskers vertellen het verhaal van de oorspronkelijke bewoners van Australië.In wijnstreek Adelaide Hills proef ik de witte en rode wijnen van wijnhuis Shaw & Smith. Voortreffelijk, net als de begeleidende kazen.
De volgende dag monster ik aan voor een zeiltocht. Dappere deelnemers gaan aan een lang touw het water in om te zwemmen met de dolfijnen. Ik neem een pil tegen zeeziekte als ik de witte schuimkoppen zie en installeer me in de zon op het voordek. Dag hamerhaai, dag dolfijntjes, ik zit hier best!
Een dagje Kangaroo Island, voor de kust van Adelaide, is een dagje in de auto. Af en toe mag je er even uit. Je loopt dan over houten loopplanken langs dieren die zich vrij bewegen. De vrijheid van de bezoeker wordt bepaald door de ranger: “Een stukje naar links graag, blijf staan, ga niet verder…” Eigenlijk wil ik de natuur niet op deze manier beleven. Maar Kangaroo Island is wél indrukwekkend: ‘wilde natuur’, zoals ze het graag verkopen aan de voornamelijk Europese en Amerikaanse toeristen. Met zeeleeuwen, robben, zeehonden en pinguïns (al heb ik die laatste niet gezien omdat ze
toevallig op zee waren). Ik zie koalaberen een dutje doen in de eucalyptusbomen. Kangoeroes en wallaby’s zijn lastiger te vinden. Pas tegen de avond en in de ochtend hupsen ze koddig door het veld, als leerling-balletdansers.
Mooie verhalen, mooie mensen
In Adelaide logeer ik in een bungalow boven op een klif, met privéstrand. Eigenaars Anna en Damian zijn aanwezig om mij welkom te heten. Ooit was Anna’s vader boer op dit land. Nu verpachten ze de boerderij en hebben ze drie luxe bungalows gebouwd die ze verhuren. Op het strand drinken we witte wijn, later is er rivierkreeft (gevangen in de beek), een barbecue met lam (van eigen land) en ijs (door de boerin gemaakt). Mooie verhalen, mooie avond. Mooie mensen, die Australiërs.Van Adelaide reis ik met de Ocean Pacific, een zilverkleurige trein, naar Broken Hill in het binnenland van Australië. Overal zijn de sporen van de mijnindustrie te zien. Gids Joe, een oud-mijnwerker, vertelt mooie en pijnlijke verhalen uit de periode dat hij en zijn maten op zoek waren naar lood, tin, koper en zilver.
In het plaatselijke museumpje toont Joe de edelstenen die de mijnwerkers naar boven smokkelden. Opaal, kwarts en bergkristal. Iets verder zie ik een glazen wand met honderden namen erin gegraveerd: mijnwerkers die tijdens hun werk omkwamen. Bij iedere naam is een plastic roos in een voorgeboord gaatje gestoken. Een echte bloem zou er niet in passen.
Echte Vliegende Dokters
Jarenlang zat ik elke week aan de televisie gekluisterd voor The Flying Doctors. Nu ben ik in Broken Hill, waar je de uitvalsbasis van de échte Royal Flying Doctors Service kunt bezoeken. Vijf piloten, acht artsen, zes verpleegkundigen plus een ondersteunend team van werktuigbouwkundigen, secretaresses en grondpersoneel bemannen de basis. Met drie vliegtuigen bestrijken ze een oppervlakte van zo’n 650.000 km² (ter vergelijking: dat is net zo groot als Oostenrijk). Ik word rondgeleid door Tim, piloot en dokter, en hang aan zijn lippen als hij vertelt over zijn werk en de geschiedenis van deze plek.’s Middags kom ik terecht in het verlaten mijnwerkersstadje Silverton. Een paar kunstenaars die hier zijn neergestreken hebben er een galerie. Het oranjerood van de outback, het ruige binnenland, komt overal in terug, of het nu een olieverfschilderij is, een kralenketting of een houten sculptuur.
Ik lunch in een typisch outbackcafé met hamburgers en cola; zo hoort het. Grote ventilatoren waaien mij koelte toe. Als ik even later naar buiten stap, is de hitte overweldigend en het licht schel en wit.
Tot mijn verbijstering hebben ze hier een Mad Max II-Museum. Nou ja, museum… Het is een schuur, gekoeld door een moeizaam werkende airco en bemand door een stel dat waarschijnlijk figureerde in de gelijknamige film die hier is opgenomen. Achterin staan woestijnvehikels die zijn achtergelaten. Er zitten poppen in die de hoofdrolspelers moeten voorstellen.
Sydney: Fietsen en genieten
Ik ben in Sydney! Wat een gave stad, wat een goeie sfeer. Ik logeer in een trendy hotel: Blue Sydney, een verbouwde scheepswerf midden in de stad. In het park spelen twee zwervers bij een levensgroot schaakspel geconcentreerd hun spel. Aan de baai, bij de botanische tuinen, bevindt zich een bioscoop. Jammer dat ik geen tijd heb om vanavond hier in de openlucht naar een film te kijken; ik heb andere plannen.Ik ga dineren in The Winery Gazebo, een restaurant in de hippe wijk Surry Hills. Als Sydneysiders, zoals de inwoners van de hoofdstad heten, uitgaan, kleden ze zich van top tot teen in de laatste mode. De meisjes in korte, blote jurkjes en op superhoge hakken. De jongens in strakke T-shirts. Taxi’s rijden af en aan, op vrijdagavond is het feest in Sydney.
Het drama van Opera House
De volgende dag bezoek ik het Sydney Opera House. Ik werp een blik in de prachtige concertzaal, het operatheater en de drie kleinere zalen die zich vlak onder het gigantische golvende, glimmende dak bevinden. Het is een ontwerp van de Deense architect Jørn Utzon, die zijn schets te laat instuurde voor de ontwerpwedstrijd. Maar met een paar eenvoudige lijnen op papier wist hij de jury te overtuigen. Tijdens de bouw liepen de spanningen zo hoog op dat de Deen vertrok. In 2008 stierf Utzon zonder ooit te zijn teruggekeerd naar het wereldberoemde gebouw dat hij creëerde.Ontdekkingstocht vol verhalen
’s Middags fiets ik in het kielzog van een local langs de hoogtepunten van Sydney. Een prima manier om de stad te ontdekken. Terwijl ik luister naar de verhalen van mijn gids, rijden we in een rustig tempo door Chinatown, Darling Harbour en Kings Cross, langs Circular Quay, Sydney Opera House en de Harbour Bridge. En nog ben ik niet moe. “No worries”, zegt de gids als we aan het eind van de dag in een gezellig kroegje belanden. En zo is het. Geen zorgen.10 tips van Marieke:
- Australië is groot. Beperk je tot één of twee streken.
- Kies Perth als eerste stop, dat scheelt vier tot vijf uur reistijd. Hiervandaan vlieg je zo naar alle steden, online te boeken: www.virginaustralia.com.au
- Slaap bij gewone Australiërs, ofwel: Stay with a local. www.australianbedandbreakfast.com.au
- Neem de ferry voor een eerste blik op Sydney. www.sydneyferries.info
- Ontdek Sydney vervolgens op de fiets, mét een gids. www.bonzabiketours.com
- Reizend per trein zie je meer van het landschap. www.railaustralia.com.au
- Bezoek lokale musea en laat je rondleiden door de vrijwilligers.
- Ga naar een openluchtvoorstelling en deel, net als de Australiërs, meegebracht lekkers met andere bezoekers. www.au.timeout.com
- Ga op stap met een lokale gids. De verhalen komen vanzelf!
- Meer lezen? De gezongen aarde, Bruce Chatwin, €19,90. National Geographic Reisgids Australië, €24,95. Capitool Reisgids Australië, €36,99. Te gast in Australië en Nieuw-Zeeland, bestellen via www.tegastin.nl (€8,95 + €2 porto).