Getty Images
Henk Kluft gaat in 2020 met pensioen. Wil Langenberg gaat dit jaar met pensioen. Henk van der Graaff is sinds 2007 met pensioen. Zij krijgen minder dan verwacht. Wat kunnen zij doen?
SCHADE: €1020 minder per jaar. AOW-gat: €9040.
Burgerlijk Pensioenfonds (ABP).
“In 2008 ben ik op m’n 55ste gestopt bij de brandweer. Ik ga met pensioen op m’n 66ste, dat is in 2020. Dat is een jaar later dan ik had verwacht. Tot die tijd maak ik gebruik van verschillende overgangsregelingen. Nu nog is dat de levensloopregeling, waarvoor mijn vroegere werkgever een bedrag heeft gereserveerd. Als ik 62 en 9 maanden ben, val ik weer in een andere regeling. Daarvoor is een vast bedrag gereserveerd. Dat was aanvankelijk bedoeld om de ruim twee jaar tot mijn 65ste te overbruggen. Maar nu de AOW-leeftijd is verhoogd, is een nieuwe situatie ontstaan.”
Ik weet niet wat verstandig is: moet ik het vroegpensioen uitsmeren over vier in plaats van drie jaar? Een reden om dat niet te doen, kan zijn omdat mijn vrouw een jaar ouder is dan ik en al vanaf 2019 pensioen krijgt. Kortom: ik zou hier graag advies over krijgen.”
Voorlopig heb ik geen reden tot zorg. Hoewel ik al op mijn 55ste ben gestopt bij de brandweer, werk ik een paar dagen per week bij een autodealer als manusje-van-alles. Ik breng klanten naar huis, maak de koffiemachine schoon, ruim op, dat soort klussen.
Ik zou niet de hele dag thuis willen zitten, want ik vind het leuk om overdag bezig te zijn en dingen mee te maken en ’s avonds mijn verhaal te vertellen. Bovendien vul ik er mijn inkomen mee aan. Ik verdien er netto zo’n €300 per maand mee; samen met de levensloopregeling zit ik nu bijna op het niveau van toen ik nog bij de brandweer werkte. Wat mij betreft ga ik nog jaren door met dat werk. Ik vind het prima zo.”
Kortom: als Henk zijn prepensioen over meerdere jaren uitsmeert, valt hij mogelijk in een lagere belastingschijf en betaalt hij minder belasting.
Een alternatief is zijn ‘gewone’ pensioen, dat hij pas vanaf zijn 66ste ontvangt, te gebruiken om het AOW-gat te vullen, maar dan wordt dát pensioen lager.
Henk kan het beste het ABP benaderen om verschillende scenario’s te laten uitrekenen – netto! – en vervolgens kiezen voor de optie waarin hij het minst belasting betaalt. Daarbij moet hij er natuurlijk wel op letten dat het fiscaal gunstigste alternatief er niet toe leidt dat hij tijdelijk te weinig inkomsten heeft.
Door te werken houdt Henk zijn inkomen redelijk op peil. Hij verdient met ruim €5000 bruto per jaar te weinig om in aanmerking te komen voor de werkbonus; dat is een extra belastingkorting voor werkenden van 61 tot 65 jaar. Deze korting geldt pas vanaf een met arbeid verdiend jaarinkomen vanaf €17.139 bruto. Als Henk doorgaat met werken na zijn AOW-leeftijd, houdt hij meer over van zijn deeltijdbaan. In plaats van €5 euro netto per uur houdt hij dan €6,50 per uur over.
Henk Kluft (59), Den Haag.
Getrouwd, oud-brandweerman, sinds 2008 in de vut, aangesloten bij AlgemeenBurgerlijk Pensioenfonds (ABP).
“In 2008 ben ik op m’n 55ste gestopt bij de brandweer. Ik ga met pensioen op m’n 66ste, dat is in 2020. Dat is een jaar later dan ik had verwacht. Tot die tijd maak ik gebruik van verschillende overgangsregelingen. Nu nog is dat de levensloopregeling, waarvoor mijn vroegere werkgever een bedrag heeft gereserveerd. Als ik 62 en 9 maanden ben, val ik weer in een andere regeling. Daarvoor is een vast bedrag gereserveerd. Dat was aanvankelijk bedoeld om de ruim twee jaar tot mijn 65ste te overbruggen. Maar nu de AOW-leeftijd is verhoogd, is een nieuwe situatie ontstaan.”
Uitsmeren of niet
“Ik krijg pas AOW als ik 66 en 4 maanden ben en heb dus een flink AOW-gat. Voor de minima is er een tegemoetkomingsregeling getroffen, maar daar kom ik niet voor in aanmerking. Het ABP heeft al aangegeven het AOW-gat te kunnen overbruggen, maar dit gaat ten koste van mijn pensioen na mijn 66ste.Ik weet niet wat verstandig is: moet ik het vroegpensioen uitsmeren over vier in plaats van drie jaar? Een reden om dat niet te doen, kan zijn omdat mijn vrouw een jaar ouder is dan ik en al vanaf 2019 pensioen krijgt. Kortom: ik zou hier graag advies over krijgen.”
Geen reden tot zorg
“Dat mijn pensioen al jaren niet is geïndexeerd en dat ik word gekort, vind ik natuurlijk jammer. Aan de andere kant is het een vorm van solidariteit met jongeren. Voor hen moet er later ook voldoende pensioen zijn. Ik heb meer last van het AOW-gat dan van het korten door het ABP.Voorlopig heb ik geen reden tot zorg. Hoewel ik al op mijn 55ste ben gestopt bij de brandweer, werk ik een paar dagen per week bij een autodealer als manusje-van-alles. Ik breng klanten naar huis, maak de koffiemachine schoon, ruim op, dat soort klussen.
Ik zou niet de hele dag thuis willen zitten, want ik vind het leuk om overdag bezig te zijn en dingen mee te maken en ’s avonds mijn verhaal te vertellen. Bovendien vul ik er mijn inkomen mee aan. Ik verdien er netto zo’n €300 per maand mee; samen met de levensloopregeling zit ik nu bijna op het niveau van toen ik nog bij de brandweer werkte. Wat mij betreft ga ik nog jaren door met dat werk. Ik vind het prima zo.”
Aanvullend pensioen Henk | |
Verwacht in 2008 | €1120 per maand |
Rekende vorig jaar nog op | €1040 per maand |
Ontvang vanaf 2020 | €1035 per maand |
Krijgt jaarlijks minder dan verwacht | €1020 |
Heeft bovendin in 2020 AOW-gat van | €9040 |
Zo kan Henk de schade beperken
Henk Kluft wil graag weten of hij zijn prepensioen van het ABP moet uitsmeren over vier jaar in plaats van over drie om zijn AOW-gat te vullen. Hij krijgt dan natuurlijk wel minder prepensioen, maar betaalt mogelijk minder belasting. Voorbeeld: als je een prepensioen krijgt van bruto €25.000 per jaar, betaal je over de eerste €19.645 37 procent belasting, en over het meerdere 42 procent. Pas als je AOW krijgt, daalt de belasting in de eerste schijf naar 19,1 procent en in de tweede schijf naar 24,1 procent.Kortom: als Henk zijn prepensioen over meerdere jaren uitsmeert, valt hij mogelijk in een lagere belastingschijf en betaalt hij minder belasting.
Een alternatief is zijn ‘gewone’ pensioen, dat hij pas vanaf zijn 66ste ontvangt, te gebruiken om het AOW-gat te vullen, maar dan wordt dát pensioen lager.
Henk kan het beste het ABP benaderen om verschillende scenario’s te laten uitrekenen – netto! – en vervolgens kiezen voor de optie waarin hij het minst belasting betaalt. Daarbij moet hij er natuurlijk wel op letten dat het fiscaal gunstigste alternatief er niet toe leidt dat hij tijdelijk te weinig inkomsten heeft.
Door te werken houdt Henk zijn inkomen redelijk op peil. Hij verdient met ruim €5000 bruto per jaar te weinig om in aanmerking te komen voor de werkbonus; dat is een extra belastingkorting voor werkenden van 61 tot 65 jaar. Deze korting geldt pas vanaf een met arbeid verdiend jaarinkomen vanaf €17.139 bruto. Als Henk doorgaat met werken na zijn AOW-leeftijd, houdt hij meer over van zijn deeltijdbaan. In plaats van €5 euro netto per uur houdt hij dan €6,50 per uur over.
Bron
- PlusMagazine