Een vermogensbeheerder neemt u de zorg voor uw spaargeld graag uit handen. Wat doen deze moderne schatbewaarders precies en wat kosten ze?
1. Wat is vermogensbeheer?
Misschien vindt u het leuk om met geld te spelen en u te verdiepen in aandelen, obligaties en andere financiële producten. Misschien besteedt u dat liever uit aan een vermogensbeheerder. De bedoeling is dan dat u meer rendement haalt dan de 3 of 4 procent die u krijgt als u uw geld op een spaarrekening zet. Want, zo zeggen experts, als u niets met het vermogen doet, krijgt u door de inflatie last van ‘geldrot’ en is uw zuurverdiende geld straks minder waard.
Volgens de Autoriteit Financiële Markten (AFM) telt Nederland 180 vermogensbeheerders, in soorten en maten. Sommige kantoren richten zich op grote klanten met miljoenen op hun bankrekening. Andere beheerders werken ook voor mensen met kleinere vermogens. Sommige beheerders handelen naar eigen goeddunken en zonder van tevoren met de klant te overleggen. Anderen adviseren alleen. Ook de grote banken bieden vermogensbeheer.
2. Vanaf welk bedrag heeft vermogensbeheer zin?
Echt vermogensbeheer begon tot voor kort bij bedragen tegen de €100.000. Maar steeds meer banken en financiële instellingen richten zich op kleinere klanten met een spaartegoed vanaf €25.000. Met relatief kleine bedragen is vermogensbeheer over het algemeen niet goed mogelijk. Want vermogensbeheer gaat ook om het spreiden van risico’s en met bedragen onder de €50.000 is dat wat lastiger.3. Waar kunt u terecht met een vermogen onder de €100.000?
Nieuwkomers als Robeco (Younique), Alex (Assist), Binck (Active) of SNS (Fundcoach) hebben de markt voor kleinere vermogens met succes opengebroken. Deze banken hebben zich gespecialiseerd in hulp bij online beleggen. Het beheren van hun geld doen hun klanten in principe deels zelf, maar de banken geven advies. Ze sturen onderzoeksrapporten over bepaalde aandelen of fondsen, waarschuwen en coachen de klant. Dat gaat via internet en soms per telefoon.
Grote banken als Rabobank of ABN Amro (Beleggingsadvieslijn) hebben zich inmiddels ook op deze markt gestort. Ook dat werkt vooral via internet. Deze wat lichtere vorm van vermogensbeheer is geen garantie voor hoge rendementen, maar het advies kan natuurlijk wel helpen. Het is in ieder geval een stuk beter dan ‘zomaar’ iets te doen met uw geld, zonder een duidelijk doel voor ogen te hebben. Over het algemeen zullen vermogensbeheerders bij kleinere vermogens adviseren weinig risico’s te nemen, want er is immers te weinig kapitaal om de klappen die een bepaald aandelenfonds krijgt, elders te compenseren.
4. Hoe werkt het bij grotere bedragen?
Met veel geld zien ze u natuurlijk overal graag komen en de banken weten deze klanten met een flink spaartegoed wel te vinden. Zij worden bestookt door hun bank(en) met voorstellen om het geld te mogen beheren. Daarover maken banken afspraken op maat met hun klanten. De ene klant heeft nauwelijks tijd om er naar te kijken en laat alles aan de professionals over, de andere wil toch graag over de professionele schouders meekijken.
Deze vermogens vanaf €100.000 worden belegd volgens een afgesproken risicoprofiel. Daarbij is er veel mogelijk: van een zeer defensieve strategie als het bijvoorbeeld gaat om een pensioen, tot een echt aanvallend profiel, waarbij grote rendementen in het vat zitten, maar ook het gevaar bestaat veel geld te verliezen. Deze vermogens worden actief beheerd. Dat betekent dat de verhouding tussen aandelen en obligaties binnen de portefeuille voortdurend wordt geoptimaliseerd. Als dat inderdaad goed gebeurt en schokken op de beurs deskundig worden opgevangen met beschermende opties, dan kan het zijn dat mensen in een vlak beursjaar toch 10 tot 20 procent rendement halen. Kán, want vermogensbeheer is nooit een garantie voor een hoog rendement.
5. Wat zijn de kosten?
Hoe meer u leunt op de kennis van de beheerder, hoe meer u daarvoor moet betalen. Het goedkoopste is natuurlijk om zonder hulp zelf te beleggen en de aandelen per telefoon of internet te kopen en verkopen. U betaalt dan een vast bedrag per transactie (meestal tussen de €5 en €15) plus een percentage van de waarde van de koop of verkoop, gemiddeld zo’n 0,25 procent. Als u voor €10.000 aandelen koopt, kost zo’n transactie ongeveer €35.
Tussen alles zelf doen en alles uit handen geven zitten allerlei tussenstations: van zelf kopen na advies of een tip, het vermogen laten beheren maar wel over de schouder van de specialist meekijken, tot alles uit handen geven. Voor deze meest vergaande manier van vermogensbeheer rekenen banken tot een bepaald plafond gemiddeld 1 procent van het totale bedrag aan kosten, ongeacht het aantal handelingen die men verricht. Het meer aanvallend beheren van een vermogen is over het algemeen duurder dan een meer defensieve strategie.
6. Zijn er verborgen kosten?
Mensen die een vermogen laten beheren bij een bank maken duidelijke afspraken over wat ze voor de bankdienst betalen. Toch zijn niet alle kosten altijd goed zichtbaar. Het kan zijn dat banken een aantal van hun eigen beleggingsfondsen opnemen in de portefeuilles van klanten. Die fondsen worden samengesteld en bijgehouden door beleggingsdeskundigen die dat niet gratis doen.
Volgens recent onderzoek valt op de kostenstructuur van beleggingsfondsen veel aan te merken. Uit onderzoek van de Autoriteit Financiële Markten kwam naar voren dat de door fondsen in rekening gebrachte kosten zoals beheerskosten, transactie- en andere administratiekosten gemakkelijk kunnen oplopen tot 8 procent van het belegde bedrag. Veel beleggingsverzekeraars bleken per geïnvesteerde euro slechts €0,60 te beleggen. Om er achter te komen of beleggingsfondsen de afgelopen jaren wel genoeg kwaliteit leverden in verhouding tot de berekende kosten, onderzochten de Alex Academy en de Universiteit van Maastricht de prestaties van de fondsen. Van 2500 Nederlandse beleggingsfondsen bleek slechts een kwart in de afgelopen jaren beter of evengoed te hebben gepresteerd als de AEX. Maar liefst driekwart van de fondsen deed het slechter dan de beursindex. Als een vermogensbeheerder dus kiest voor een minder presterend fonds, kost u dat door de onzichtbare kosten in feite geld.
7. Wat zijn de risico’s van vermogensbeheer?
De risico’s zijn zo groot of zo klein als de klant zelf wil. In het algemeen geldt: hoe hoger het na te streven rendement, hoe hoger ook de risico’s. Mensen die snel veel geld met hun vermogen willen verdienen, beleggen bijvoorbeeld in de snel groeiende markten van China, India of Rusland. Het zijn markten die in een jaar kunnen verdubbelen, maar ook ineens 10 tot 20 procent kunnen verliezen.
Een brede spreiding van het vermogen in vastgoed, obligaties, deposito en aandelen is veel minder riskant. Maar nogmaals: zelfs het beste advies van de beste bank is nog geen garantie dat het rendement aan het eind van het jaar niet negatief is. Ook deskundigen verliezen op de beurs.
8. Wat is een risicoprofiel?
Een risicoprofiel of beleggingsprofiel wordt door de bank of adviseur vastgesteld op basis van de wensen van de klant. Belangrijk is het doel van de belegging, het te verwachten rendement en de tijd die men heeft om dat te bereiken. Dat bepaalt ook het risico dat de beheerder zal nemen.
Vaak wil een vermogensbeheerder nog meer weten. Hoe reageert u op een periode van koersdalingen? Hoe lang hebt u uw geld zeker niet nodig? Daaruit komt een profiel, waarop de beheerder bij een tegenvallend rendement kan terugvallen.
Het opstellen van een risicoprofiel is verplicht volgens de Wet op het financieel toezicht. Meer informatie bij de Autoriteit Financiële Markten (AFM): 0900–540 05 40 (€0,35 per gesprek) of via www.definancielebijsluiter.nl.
9. Welke rol speelt de AFM in vermogensbeheer?
De Autoriteit Financiële Markten houdt toezicht op het gedrag van iedereen die actief is op de markt van sparen, lenen, beleggen en verzekeren. Vermogensbeheerders moeten een vergunning hebben van deze instelling.10. Is ‘private banking’ iets anders dan vermogensbeheer?
Private banking staat voor allerlei financiële diensten voor vermogende klanten, waarvan vermogensbeheer een onderdeel is. Denk hierbij ook aan belastingadvies, leningen, financiële constructies en dergelijke. Private banking gaat dus verder dan vermogensbeheer en is doorgaans ook duurder.- Plus Magazine