Lijfrente nu fiscaal aantrekkelijker
Met het invoeren van de nieuwe pensioenwet gaat er veel veranderen voor iedereen die een pensioen opbouwt via de werkgever. Bouw je naast de AOW niet zoveel of niet genoeg pensioen op via de werkgever dan moet je dat zelf regelen. Dat doe je met een lijfrente en ook daar is door de nieuwe pensioenwet veel in veranderd. Je kunt nu meer pensioen opbouwen en meer belastingvoordeel halen.
Dat stelt Jeroen Wolfsen van Moneywise.
Het verschil tussen pensioen en lijfrente
Voor veel mensen is het niet precies duidelijk wat het verschil is tussen pensioen en lijfrente. Het lijkt ook heel erg op elkaar, maar de belastingregels zijn echt anders.
Het belangrijkste verschil is dat pensioen altijd via de werkgever wordt opgebouwd en een levenslange uitkering oplevert. Het is dus eigenlijk uitgesteld loon. Over de uitkeringen na pensioendatum betaal je gewoon belasting. De werkgever betaalt de premie (soms met een eigen bijdrage van de werknemer). En de werkgever bepaalt waar het pensioen wordt opgebouwd. Vaak is dat bij een pensioenfonds, maar het kan ook bij een verzekeraar zijn.
Een lijfrente regel je helemaal zelf. Je betaalt zelf de inleg en je bepaalt zelf waar je de lijfrente opbouwt. Dat kan op een lijfrente-bankspaarrekening, een lijfrente-beleggersrekening of bij een verzekeraar. Al komt dit laatste na de woekerpolis affaire niet zoveel meer voor.
Aftrekbaar van de belasting
De inleg op een lijfrente mag je aftrekken van de inkomstenbelasting. De Belastingdienst betaalt dus mee aan de opbouw van het lijfrentekapitaal. Daar staat tegenover dat je over de uitkeringen te zijner tijd inkomstenbelasting moet betalen. Het opgebouwde lijfrentekapitaal kan je vanaf de AOW-leeftijd (of maximaal 5 jaar later) omzetten in een uitkering en die uitkering is dan (een aanvulling op) je pensioen. Deze uitkering moet minimaal 5 jaar lopen, maar langer mag ook. Dat bepaal je zelf op de AOW-datum. En er is nog meer goed nieuws, want op de AOW-leeftijd mag je shoppen met je lijfrentekapitaal en kiezen voor een uitkering bij een andere partij als dat meer oplevert. Je bouwt dus op bij de ene partij en mag het pensioen laten uitkeren door een andere partij. Dat ‘shoppen’ kan veel voordeel opleveren en raden we daarom altijd aan.
Meer belastingvoordeel met lijfrente
Het bedrag dat je in lijfrente stort, mag je dus aftrekken van de inkomstenbelasting. Maar je kan niet zomaar een bedrag storten, dat mag alleen als je een aantoonbaar pensioentekort hebt. Dat toon je aan met een zogenoemde jaarruimteberekening. Op de website van de Belastingdienst kan je uitrekenen hoeveel je mag storten en aftrekken van de inkomstenbelasting. Simpel gezegd komt het erop neer dat hoe groter je pensioengat is, hoe meer je mag aftrekken.
Omdat er een groot verschil tussen het pensioen dat werknemers konden opbouwen en het pensioen dat bijvoorbeeld een zzp’er met een lijfrente kon opbouwen heeft men deze regeling met de invoering van de nieuwe pensioenwet aangepast. Het bedrag dat je als jaarruimte mag aftrekken, is daardoor een stuk hoger geworden.
Nieuwe jaarruimte 2023
De nieuwe berekening voor de jaarruimte is met terugwerkende kracht ingegaan op 1 januari 2023. In 2022 je nog maximaal €15.317 aftrekken als jaarruimte. Dat is voor 2023 gestegen naar €34.550!
Verschillen oude en nieuw jaarruimte berekening
■ Het opbouwpercentage is verhoogd van 13,3% naar 30%. Dat maakt voor iedereen een groot verschil.
■ Het maximale inkomen dat meetelt voor het bereken van de jaarruimte is verhoogd naar €128.810. Dat was in 2002 nog €114.866. Hierdoor kunnen mensen met hoger inkomen meer aftrekken.
■ De franchise (drempel) is verhoogd tot €16.322, al blijft deze voor 2023 nog €13.646. Over dit deel van uw inkomen mag je geen lijfrente opbouwen omdat je straks ook AOW krijgt.
Reserveringsruimte in 2023
Naast de jaarruimte is er ook nog de reserveringsruimte. Heb je de afgelopen jaren niet alle jaarruimte gebruikt? Dan heb je nog reserveringsruimte. Heb je een flink pensioengat omdat je in het verleden niets of niet het volledige bedrag aan lijfrente hebt afgetrokken? Dan kan je dat nog inhalen. Ook de berekening voor de reserveringsruimte is flink aangepast en verbeterd:
■ Je mag nu 10 jaar lang de reserveringsruimte inhalen. Dat was 7 jaar.
■ Het bedrag aan reserveringsruimte is flink verhoogd tot maximaal €38.000. Dat was €8.065 en het dubbele als je binnen 10 jaar van de AOW-leeftijd zat.
■ Het maximum is met ingang van 2023 niet meer afhankelijk van het inkomen in het voorafgaande jaar.
Maximaal €72.550 storten
Het totale bedrag dat je in 2023 mag aftrekken is maximaal €72.550. Dat bedrag bestaat uit €34.550 aan jaarruimte plus €38.000 aan reserveringsruimte. Al met al is het bedrag dat je nu mag inleggen en aftrekken flink verhoogd en dat is goed nieuws voor iedereen die zelf extra pensioen wil of moet opbouwen.
Belasting voor en na pensioen
Tot een belastbaar inkomen van €73.032 betaalt de fiscus voor 36,93% mee aan de opbouw van het lijfrente kapitaal. Boven de €73.032 is het belastingvoordeel zelfs 49,5%. Verder betaal je geen belasting in box 3 over het opgebouwde bedrag. Zeker als je belegt en een leuk rendement haalt, is dat een interessant voordeel. Wel betaal je belasting over de uitkeringen die je gaat ontvangen. Bij een uitkering vanaf de AOW-leeftijd betaal je tot een belastbaar inkomen van €38.704 maar 19,03%. Daarboven gelden weer de hogere percentages van 36,93% en 49,5%. Je betaalt ook 5,43% aan bijdrage zorgverzekeringswet. Slim omgaan met een lijfrente levert dus een leuk belastingvoordeel op.
DE NIEUWE JAARRUIMTEFORMULE VOOR 2023
De nieuwe jaarruimteformule is als volgt: (30% x premiegrondslag) - (6,27 x factor A).
De premiegrondslag is het bruto-inkomen minus de AOW-franchise.
In 2023 is de AOW-franchise nog €13.646. Het maximale bruto-inkomen waarover je jaarruimte mag berekenen is €128.810.
De factor A is de aangroei van pensioen via een werkgever.
De factor A staat op het pensioenoverzicht van de werkgever.
De berekening van de maximale jaarruimte van iemand met een inkomen van €128.810 zonder pensioenopbouw bij een werkgever ziet er dan als volgt uit:
30% x (€128.810 - €13.646 =) €115.164 – (6,27 x €0 =) € 0 = €34.550
Jeroen Wolfsen CFP is oprichter en directeur van Moneywise (www.moneywise.nl)