10 tips tegen computerstress

U hoeft geen complete digibeet te zijn om tot wanhoop gedreven te worden door uw computer. Wij geven u tien tips om uw emoties (en computerstress) onder controle te krijgen!

1. Accepteer dat ’t niet vanzelf gaat

Neem de tijd om dingen uit te proberen en doe het in je eigen tempo, dat is de beste manier om iets te leren, vindt Franz Schwab. Hij zegt: “Ik had vroeger heel veel angst voor water. Ik ben daar pas van afgekomen op het moment dat ik bij een vennetje was waar niemand zich met mij bemoeide. Heel voorzichtig en lekker in mijn eigen snelheid ben ik gaan zwemmen. Sindsdien heb ik nergens last meer van.” Ook voor de computer geldt: het helpt als je accepteert dat het niet vanzelf gaat. Sta jezelf toe dat je poedelt in het ondiepe water en probeer voorzichtig na te gaan wat de computer je voor moois kan brengen.

2. Durf vragen te stellen

Domme vragen bestaan niet, probeer ik voor ogen te houden, dus toen ik niet snapte hoe ik het adressenbestand van mijn computer naar mijn telefoon moest overzetten, ben ik naar de telefoonwinkel gegaan. Daar vertelde de medewerker mij dat ik al de derde die dag was met dezelfde vraag. Zo stom was die vraag dus niet.

3. Zoek iets wat u leuk vindt

De gouden sleutel om als volwassene iets te leren is: zoek iets wat je leuk vindt. Wie enthousiast is, leert het makkelijkst. Franz Schwab: “Ik probeerde mijn schoonvader op gang te helpen met de computer. Dat was soms best lastig, vooral omdat hij niet overal het nut van inzag. Op een gegeven moment werd ik een beetje moedeloos, tot ik een goede ingeving kreeg. Hij ging binnenkort op vakantie naar Italië en ik vroeg hem: ‘Zou je het leuk vinden om op de computer alvast een kijkje te nemen in het museum waar je straks gaat rondlopen?’ Dat wilde hij wel, en zo werd hij langzaam steeds enthousiaster.”

4. Oefenen, oefenen, oefenen

“Het heeft best even geduurd voordat ik zelf ontdekte wat alle mogelijkheden met mijn computer waren”, zegt Liesbeth Helmer. Haar advies is daarom: blijf oefenen en uitproberen. Helmer: “Ik zeg altijd tegen cursisten: ga elke dag achter de computer zitten en kijk wat je er allemaal mee kunt; dan gaat er langzaam een wereld voor je open. Met de nadruk op langzaam. Veel cursisten willen alles heel snel onder de knie krijgen en raken gefrustreerd als ze aan hun kinderen moeten vragen hen te helpen. Die zijn zo vliegensvlug, dat kunnen ze niet volgen. Soms geven ze het daarom op. Dat is heel jammer, want als ze even doorzetten, worden ze er vanzelf steeds handiger in.”

5. Ga naar een cursus met gelijkgestemden…

Liesbeth Helmer: “Niemand hoeft zich als cursist bij SeniorWeb opgejaagd te voelen. Iedereen doet het voor het eerst én in z’n eigen tempo. Je hoeft je nooit de mindere te voelen, we nemen alle tijd.” Inderdaad: een cursus met gelijkgestemden (bijvoorbeeld via de bibliotheek, de ouderenbond of SeniorWeb) is lekker veilig. Toen ik zelf net met mijn computer begon te werken, had ik er niet aan moeten denken om met een groepje whizzkids om me heen een cursus te moeten volgen. Ik had me vast al snel een sulletje gevoeld.

6. …of volg een online cursus

Niet iedereen heeft zin om in een klasje te zitten. En dat hoeft ook helemaal niet. Ook online kunt u cursussen volgen. Hebt u al wat computerervaring en wilt u zelfstandig de beginselen van internet leren? Ga dan voor een gratis leerprogramma naar ‘Klik & Tik’. Liesbeth Helmer: “Een bijzondere site is ook www.steffie.nl, waar je leert internetten aan de hand van een gesproken stem die alles stap voor stap uitlegt. Eigenlijk is die site bedoeld voor mensen met een verstandelijke beperking, maar hij is voor iedereen heel handig.”

7. Pas op voor pijntjes

Een stijve nek, een tintelende arm, wazige ogen van het turen naar het scherm: ik heb zelf alle klassieke computerklachten gehad. Het is belangrijk om computerkwaaltjes serieus te nemen en ze proberen te voorkomen. Liesbeth Helmer: “Als je moeilijk leest, kun je bijvoorbeeld een computer kopen met een groter scherm en de letters extra groot laten instellen. Heel simpel en het scheelt enorm.” Ook is het slim de computer op een plek te zetten waar u niet te veel wordt afgeleid. En, benadrukt Helmer, ga niet te lang achter elkaar computeren, want dat kan erg vermoeiend zijn. “Liever drie keer per dag een half uurtje in plaats van één keer anderhalf uur. Zet desnoods een kookwekker.”

8. Zorg voor hulp op de digitale snelweg

Wie bij een (groot) bedrijf werkt, kan bij computerproblemen altijd contact opnemen met de computerafdeling. Voor particulieren geldt dit niet. Die €75 die de broodkruimel in mijn toetsenbord mij heeft gekost, had ik natuurlijk liever aan iets anders uitgegeven. Er valt veel geld te besparen door lid te worden van SeniorWeb. Dit kost €25 per jaar. Liesbeth Helmer: “Je kunt dan altijd een beroep doen op computerhulp via internet, de telefoon en zelfs aan huis.”

9. Van fouten kun je leren

Je leert het best als je in de fout durft te gaan. Toch raken veel computeraars nogal in paniek als er iets met de computer gebeurt wat ze niet verwachten. Franz Schwab: “Dan zien ze bijvoorbeeld een afvalbakje op het scherm verschijnen, terwijl ze dachten dat ze de printer in beeld zouden krijgen. Dat is voor hen meteen een groot probleem.” Grappig genoeg zijn jongeren veel minder bang iets fout te doen, en leren zij daardoor vaak sneller en beter met computers om te gaan. Schwab: “De generatie boven de 40 leert anders dan jongeren, daar komt het door. Wij kregen op school de theorie
en die moesten we gewoon in ons hoofd stampen: reproductief leren dus. Jongeren zijn opgegroeid met divergerend leren. Zij zijn gewend om gewoon maar wat uit te proberen. Ze kijken of iets werkt. Zo ja: dan weten ze hoe het moet. Zo nee: dan gaan ze iets anders proberen. Dat komt van pas als je wilt leren computeren, want je bent minder bang om iets fout te doen.”

10. U bent niet alleen!

Niemand heeft zonder vallen leren lopen, niemand kon onmiddellijk zwemmen toen hij het water in sprong en niemand weet meteen wat hij moet doen als hij voor het eerst een muis in z’n handen heeft. Liesbeth Helmer: “Veel mensen stellen hoge eisen aan zichzelf en willen op de computer meteen alles kunnen, maar dat hoeft helemaal niet.” Mij geeft de computer iedere dag momenten van plezier. En die laat ik niet verstoren door af en toe een hapering. Uiteindelijk valt alles – soms met een beetje hulp – altijd op te lossen. Zelfs een broodkruimelcrisis.