Doodsbang zit je aan de keukentafel, omdat je weet dat je zoon straks weer langs komt. Hij komt elke dinsdag en snauwt je dan af of scheldt je uit. Of je merkt dat er geregeld spullen en geld verdwijnen uit je huis als de hulp weer is geweest. Maar wat kun je doen? Want je bent afhankelijk van hun hulp en bent bang om alleen achter te blijven als je er met iemand over praat. En is het wel mishandeling, want je wordt toch niet geslagen?
Veel slachtoffers van ouderenmishandeling durven helaas niet te praten over wat hen overkomt. Uit angst dat de ander toch niet gelooft wat je zegt. Uit schaamte, omdat je het zover hebt laten komen. Of omdat je bang bent dat je zonder hulp komt te zitten, omdat degene die je mishandelt toevallig de enige persoon is die af en toe bij je langskomt. Maar bedenk dat ouderenmishandeling niet mag, nooit. En dat je er wat aan kunt doen. Besef dat er hulp beschikbaar is voor iedereen.
Mishandeling uit onmacht
Als familielid of bekende van het slachtoffer is het ook vaak lastig om actie te ondernemen als je merkt dat het niet goed gaat met een oudere. Het blijkt dat tweederde van de mishandelingen opzettelijk gebeurt, maar dat een derde voortkomt uit onkunde of onmacht! Je weet bijvoorbeeld dat je vader je dementerende moeder soms opsluit in huis om boodschappen te kunnen doen. Simpelweg omdat het niet mogelijk is om met haar naar de winkel te gaan en hij eigenlijk zelf hulp nodig heeft om voor haar te zorgen. Bijvoorbeeld een paar uur per week hulp in het huishouden, zodat hij wat tijd voor zichzelf heeft en met een gerust hart even het huis kan verlaten. Natuurlijk wil je je vader als belangrijke hulp van je moeder niet in een kwaad daglicht zetten, maar het is zeker een vorm van -onbedoelde- mishandeling. En ze hebben allebei hulp nodig, voor het uit de hand loopt.
Ouderenmishandeling vindt veelal plaats achter de voordeur en is daarom vaak niet zichtbaar. Veel mensen kunnen zich dan ook niet voorstellen dat ouderenmishandeling vaak voorkomt. Dat maakt het ook lastig om er over te praten. Toch krijgen jaarlijks naar schatting maar liefst ruim 200.000 ouderen van 65 jaar en ouder te maken met mishandeling. En dat terwijl het aantal meldingen en aangiftes minimaal is. In 2013 zijn er ‘maar’ 1703 meldingen ouderenmishandeling geregistreerd bij de Steunpunten Huiselijk Geweld.
Ook onwetendheid is vaak een reden voor omstanders om er niet over te praten. Ouderenmishandeling kan namelijk zo subtiel zijn dat je het in eerste instantie niet eens door hebt: onvoldoende eten of drinken krijgen, te weinig of juist te veel medicijnen...
Praten is het begin van de oplossing
De eerste stap naar een oplossing, is door erover te praten. Blijf er niet mee rondlopen. Word je mishandeld, praat er dan over met iemand die je vertrouwt: een huisarts, behandelaar, zorgverlener, familielid of bekende. Vertel wat er aan de hand is. Vaak zijn er meer mensen bereid je te helpen dan je zelf denkt. Je kunt je hart luchten bij deze persoon en ook vragen of hij of zij met je mee gaat naar een hulpinstantie. Kun of durf je niemand te vertrouwen, ben je afhankelijk van degene die jou mishandelt of durf je je naaste familie niet aan te spreken? Of wil je advies en hulp voor iemand anders? Bel dan met het Steunpunt Huiselijk Geweld op telefoonnummer 0900 – 1 26 26 26 (vijf cent per minuut). Bellen is volledig anoniem omdat het telefoonnummer is afgeschermd en ook niet op je telefoonrekening komt. Bij het steunpunt krijg je iemand aan de lijn die aandachtig naar je verhaal luistert, advies geeft en vragen beantwoordt. Je wordt er verder geholpen en indien nodig wordt je in contact gebracht met hulpverleners in je eigen regio.
Alleen door erover te praten kun je de situatie veranderen. Je hoeft je er niet voor te schamen als het je overkomt of het bij een ander ziet gebeuren. Het is niet jouw schuld en je hoeft het niet te accepteren. Door zo vroeg mogelijk aan de bel te trekken, kun je voorkomen dat het erger wordt. Wees niet bang en kijk niet weg, want ouderenmishandeling stopt pas als je er over praat!