De een denkt met weemoed terug aan de gebreide trui die moeder vroeger voor ons maakte, de ander herinnert zich vooral het gekriebel ervan. PlusOnline zet 13 kledingstukken van vroeger op een rij. Welke herinneringen roepen de kledingstukken bij u op?
1. Pofbroek
Als kind droeg je niet zomaar een korte broek. Nee, je droeg een pofbroek. Door je moeder zelf gemaakt, met elastiek dat om je benen knelde. Grote kans trouwens, dat je ook een babydoll had met een pofbroekje. Een beetje een mal kledingstuk, dat pofbroekje. Voor jongens en meisjes. Geleidelijk aan is het uit de gratie geraakt.
2. Roots schoenen
Een van de meest maffe rages van uit de jaren '70 van de vorige eeuw waren deze schoenen: de roots. Gespeend van iedere elegantie, met een verlaagde hiel en extra teenruimte aan de voorkant waardoor de schoen er nogal lomp uitzag. Onder een jurk of rok kon je ze niet dragen, dat was geen gezicht. Maar nét zo snel als ze opkwamen, verdwenen ze ook weer uit het straatbeeld. Roots. Nooit meer iets van vernomen. Toch?
3. Hotpants
Herinnert u zich dit nog? Met de zomer in aantocht komt de herinnering aan de hotpants genadeloos bovendrijven. Een rage, vooral in de zomer van 1971. Je ouders werden gek als je in hotpants de deur uit ging, liefst met sexy hoge laarzen eronder. Benen die tot in de hemel rijkten en overal bewonderend gefluit.
4. Suede rokje met drukknopen
Het suede rokje met drukknopen. Op hoge, graatmagere benen naar de middelbare school met een suede rokje aan, tot ver boven de knie. Sexy was je opeens, op je 12e of 13e. Suede rook lekker en alle meisjes hadden er al één, en nu jij ook. Wel uitkijken. Als je ergens achter bleef hangen, trok je het hele rokje open. Ai.
5. Jurkje met smockwerk
De zomer verwelkomde je met gejuich, want dan kon je eindelijk je favoriete 'smockjurkje' weer aan. Je moeder smockte een jurkje door het te bewerken met rijgdraden en borduursteken. Door het borduurwerk bleven de ingeregen plooien op hun plaats zitten en had je jurk een elastisch bovenstukje.
6. Strik in je haar
Het was de gewoonste zaak van de wereld toen we kleine meisjes waren: een strik in het haar. Je moeder had er genoeg klaarliggen. Ze waren knalrood, geel, blauw of groen en pasten bij je jas of zomerjurk. Met een haardspeldje zette ze ze vast. Wat is dat toch lang geleden! De strikken. Waar zijn ze gebleven?
7. Petticoat
Een diepe wens van menig meisje in de jaren ’50 was het om een petticoat te bezitten. Een onderrok van verschillende lagen klokkende stof, waardoor de rok die je eroverheen droeg, wijd uit ging staan. Met een pettycoat zag je er altijd uit als een plaatje.
8. Twinset
Tijdloos en altijd netjes: een twinset. Vooral moeders droegen een twinset in de jaren ’50 en ’60. Een strakke trui - meestal met een korte mouw -met een bijpassend vestje eroverheen. Liefst met een parelketting erbij. Een twinset was best wel chic, niet in het minst vanwege Hollywoodsterren als Audrey Hepburn die de twinset een vleugje glamour gaven. Als meisje kon je niet wachten tot ook jij een twinset kreeg.
9. Broekrok
Wat een fijn kledingstuk was de broekrok. Nooit meer gedoe op de fiets!
10. Zwempak met een rokje
Een vrolijk gezicht was het, een zwempak met een rokje. Je had ze in katoen, maar ook in wol. Dat laatste kriebelde behoorlijk op het strand. En het bleef lang nat. Maar leuk stond het wel!
11. Beenwarmers
Als we het nu terugzien, denken we: waarom droegen we dat!? Maar het was echt in de mode: beenwarmers. Het liefst een stuk over je schoenen heen, in een vrolijk kleurtje.
12. Afghaanse jas
De droom van iedere tiener in de jaren ’70 was een Afghaanse jas. Jimmy Hendrix had er één, net als Boudewijn de Groot en Janis Joplin. Wie een Afghaanse jas droeg, was hip, vrijgevochten en stoer. Dat waren de coole gasten waar je bij wilde horen. Klein minpuntje: er zaten nauwelijks knopen aan. Als je dagelijks door wind en wind naar school moest fietsen, was je beter af met een stevige wollen jopper. Althans, dat vond je moeder, want joppers hadden een rits.
13. Gezondheidsslippers
Houten slippers. We noemden ze ook wel gezondheidsslippers of kleppers. Maar waarom eigenlijk? Omdat ze van hout waren? Je kon er flink mee vallen, en dat was helemaal niet zo gezond. En van een berg afrennen ging helemaal niet. Nog altijd de littekens op mijn elleboog. Wie weet het nog?