Het Schadefonds Geweldsmisdrijven hoeft geen financiële tegemoetkoming te betalen aan een crimineel als deze letsel oploopt door een geweldsmisdrijf.
Dit blijkt uit twee uitspraken van de Raad van State in hoger beroep. In beide gevallen had het Schadefonds een vraag om een uitkering in eerste instantie al afgewezen. Bezwaar werd in beide gevallen afgewezen en de rechtbank verklaarde het daarop volgende beroep ongegrond. Vervolgens zijn beide slachtoffers in hoger beroep gegaan bij de Raad van State.
Moord en doodslag
In het eerste geval was de aanvrager het slachtoffer van een poging tot moord dan wel doodslag als gevolg van een steekpartij. Het schadefonds wees de aanvraag af omdat de aanvrager zich had ingelaten met de handel in verdovende middelen en het geweld was gebruikt bij een onenigheid over een partij heroïne. In het tweede geval was de aanvrager een tussenpersoon bij een lening van €10.000, die na drie maanden met €20.000 moest worden terugbetaald. Dat ging niet goed, en de tussenpersoon werd beroofd onder bedreiging van een vuurwapen.
Eigen schuld
In beide gevallen geldt de clausule dat schadevergoeding uit het Schadefonds Geweldsmisdrijven achterwege blijft als de schade mede te wijten is aan het slachtoffer. Wie zich in criminele kringen ophoudt, brengt zichzelf onnodig in een situatie waarbij je geweld kan verwachten en daardoor is de schade mede aan jezelf ter wijten. Criminelen hebben dus geen recht op schadevergoeding.
Bron
- geldenrecht.nl
