De koeien op het Friese platteland produceren hun melk niet alleen voor Campina, maar ook voor de kaasboerderijen. In Tijnje levert dat allerlei exotische kazen op.
Ze heten Drieka, Boukje of Marie en ze zijn met z’n 140’en. ’s Zomers hebben ze 110 hectare weideland met vers gras tot hun beschikking, in de winter staan ze warm op stal of liggen ze op de speciale koeienmatrassen lekker naar buiten te kijken. Een koe kan het slechter treffen. Bij Sietse en Hendrika de Jong van Kaasboerderij De Deelen in het Friese Tijnje geven de tevreden Drieka’s, Boukjes en Marie’s dan ook goed melk. Tien procent van de melk wordt opgehaald door de melkauto van Campina. De rest stroomt vanuit de melkstal naar de eigen kaasmakerij. Zes dagen in de week maken Hendrika en haar medewerksters kaas.
Hoe worden boerenkruidenkazen gemaakt?
Dertien boerenkruidenkazen worden in De Deelen gemaakt. De bekendste is de Riperkrite: een kruidig kaasje met selderij, bieslook en knoflook en een begrip in Friesland. “Voor één kilo kaas is tien liter melk nodig”, vertelt Hendrika. “Elke keer pomp ik 2300 liter over vanuit de melkstal, meer past niet in de kaasbak. Ik breng de temperatuur op 30 graden Celsius en voeg eerst zuursel toe, drie kleine potjes vol zuurbacteriën. Die bacteriën zetten de natuurlijke suikers in de melk om in zuur. Tijdens dit proces ontstaat lucht, die je later als gaatjes in de kaas terugziet.”
Op het laatst voegt Hendrika een halve liter stremsel toe, een bruine vloeistof die ervoor zorgt dat de melkeiwitten en melkvetten samenklonteren. Wie na een half uur het deksel van de tank optilt, ziet dat de melk is veranderd in een dikkige, kwarkachtige substantie.
Maken we vandaag sambalkaas, piripirikaas, olijvenkaas of Riperkrite? Nadat de dikke melk met messen tot wrongel, een grote massa kleine witte korrels, is versneden, gaan de benodigde kruiden erbij. Daarna komen er weer messen aan te pas, persmachines, een pekelbad, waar de kazen één tot drie dagen in hangen, en een droogruimte. Tot slot verkassen de gele jongens naar de opslagruimte.
“Onze kazen zijn minder geel dan die van de fabriek”, legt Hendrika uit. “Ooit heeft iemand bedacht dat kaas diepgeel moet zijn. Dus gaan er kleurstoffen in. Aan boerenkaas mag je niets toevoegen, ook geen kleurstof. Gelukkig is dat ook nergens voor nodig. Aan onze kaas kun je zien of het een winter- of zomerkaas is. In de winter, als de koeien ingekuild gras eten, zijn de kazen lichtgeel. Als de dieren ’s zomers vers gras eten, waar veel caroteen in zit, kleuren de kazen volgeel. De smaak is ook anders: zomerkazen zijn voller en smeuïger. Je proeft het seizoen.”
Doen!
- De winkel van Kaasboerderij De Deelen is open van ma t/m vr van 9-18 uur en za van 9-17 uur. Tijdens de openingstijden mag u vrij op het bedrijf rondkijken. Vanuit een skybox valt het werk in de kaasmakerij te volgen.
Adres: Warrewei 43, Tijnje (tussen Heerenveen en Drachten)
T 0566-63 13 49 of www.kaasboerderijdedeelen.nl - De kaasboerderij ligt in natuurgebied De Deelen: een rijk natuurgebied, ontstaan dankzij bloed, zweet en tranen van de arbeiders die er rond 1900 veen afstaken voor de turfwinning. Wandelpaadjes en houten bruggetjes leiden tot in het hart van De Deelen. Er zijn twee gemarkeerde wandelroutes. Start: P-plaats Hooivaartsweg in Tjalleberd.
- De socialist Ferdinand Domela Nieuwenhuis kwam eind negentiende eeuw in het geweer tegen de meer dan schrijnende omstandigheden waarin de veenarbeiders leefden. Het naar hem genoemde museum biedt een interessante kijk op de leef- en denkwereld van de man die in 1888 als eerste socialist in de Tweede Kamer werd gekozen.
Adres: Minckelersstraat 11, Heerenveen
T 0513-62 34 08 of
www.fdnmuseum.nl