Mevrouw de ex rekent af

Een vrouw uit Brabant moet van de rechtbank in Den Bosch na haar scheiding elke maand €875 betalen voor het levensonderhoud van haar ex-man. En ze mag dan een geëmancipeerde vrouw zijn, met een goede baan bij de ING, maar dit gaat haar te ver.

Ze moet haar twee kinderen van 10 en 11 jaar ook al onderhouden, daar kan hun vader echt niet meer bij. Die moet zelf maar zorgen dat-ie z’n kostje bij elkaar schraapt.

Auto’s en kerstbomen

Daarom gaat de vrouw in hoger beroep. Ze wil nog eens uitleggen dat haar ex het echt aan zichzelf te wijten heeft dat hij geld tekortkomt. Hij is 46 jaar, dus in de kracht van z’n leven, en hij kan een curriculum vitae overleggen met een gevarieerde werkervaring, gebaseerd op een afgeronde studie commerciële economie op een heao. Gewoon een baan zoeken en gaan werken, dan is het leed geleden.

Haar ex houdt echter meer van auto’s dan van economie en administratie. Zijn handelsbedrijf in klassieke auto’s heeft in 2010 meer dan €20.000 verlies geleden. Om het gat te dichten, zette hij een handel in kerstbomen op. Maar ook die heeft nog weinig -zoden aan de dijk gezet.

Zijn ex-vrouw kan er niet zoveel mee. Ze bestrijdt niet dat ze met €61.416 een behoorlijk jaarinkomen heeft, maar benadrukt dat ook háár financiële toekomst onzeker is. De ING is voortdurend aan het reorganiseren, en haar functie als verkoopster van pensioenen staat op de tocht. Bovendien moet ze elke maand €775 huur betalen, ze moet de premie van een levens- en zorgverzekering ophoesten en twee beginnende pubers (op)voeden. Wat blijft er dan over?

Eigen broek ophouden

De rechter heeft in het hoger beroep een rekensommetje gemaakt. De vrouw heeft een besteedbaar inkomen van €3500 netto per maand. Ze kan dus best €875 alimentatie per maand betalen, want die mag ze bij de belastingaangifte van haar bruto-inkomen aftrekken. En het Gerechtshof vindt dat de man voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat hij niet in zijn eigen levensonderhoud kan voorzien.

Maar gezien zijn goede opleiding en brede werkervaring moet hij binnen een periode van twee jaar na de officiële scheidingsdatum zijn eigen broek weer kunnen ophouden. Tot die tijd moet mevrouw gewoon betalen voor meneer.
Auteur 
Bron 
  • Plus Magazine