Een huurder hoeft geen stadsverwarming af te nemen als dat niet expliciet in het huurcontract staat vermeld. Dat betekent dat de warmteleverancier in zo’n geval ook geen vastrecht in rekening mag brengen bij de huurder. Dat meldt de Woonbond, die zich baseert op een uitspraak die de rechtbank Overijssel deed na een juridische strijd van 8 jaar.
Een inwoner van Enschede woont sinds 1989 in een huurwoning die is aangesloten op stadsverwarming. Sinds 2005 neemt hij geen stadsverwarming meer af en stookt hij zijn huis warm met twee goedkope straalkacheltjes uit de supermarkt. Vanaf eind 2004 vroeg hij meerdere malen aan Essent, de leverancier van de stadswarmte, om hem af te koppelen van het warmtenet. Essent antwoordde dat alleen de verhuurder zo’n aanvraag kan indienen en voegde eraan toe dat zo’n aanvraag altijd wordt geweigerd, tenzij het huis wordt afgebroken.
Contract
Eerder dit jaar had de rechter in een tussenvonnis bepaald dat Essent met het huurcontract moet aantonen dat de huurder verplicht is stadsverwarming af te nemen en daardoor vastrecht moet betalen. De huiseigenaar, Woningcorporatie De Woonplaats, heeft uit privacyoverwegingen geweigerd Essent een kopie van het huurcontract te geven, zodat het energiebedrijf niets kon aantonen bij de rechter. Daarop heeft de rechter de huurder in het gelijk gesteld. Wel heeft de woningcorporatie, volgens Essent, gemeld dat "thans expliciet in de huurovereenkomst is opgenomen dat huurders zich moeten aanmelden voor stadsverwarming indien dit van toepassing is op de betreffende woning".
- geldenrecht.nl
