Sinds de geboorte van hun eerste kleinkind, elf jaar geleden, regelen Marion en Benny Begieneman elk jaar een minivakantie voor de hele familie. “Het zijn heel gewone dingen waar we van genieten.”
Drie generaties samen op vakantie. Oma Marion (57) en opa Benny (65) Begieneman, hun dochter Albertien en partner Ronald, zoon Eduard en echtgenote Wendy, en de kleinkinderen Niels, Nicky, Lynn, Steijn, Owen, Naomi en Yara, de kleinste van het stel. Ook hond Indy gaat altijd mee.
Marion: “Mijn man zegt altijd: ‘Jij bent een echte moederkloek.’ Dat klopt wel. Ik vind het heerlijk om mijn kinderen en kleinkinderen om me heen te hebben en het iedereen naar de zin te maken. Het initiatief om samen op vakantie te gaan, komt dan ook van mij. En ik heb het weer van míjn moeder, ook een familiemens. Zij regelde vroeger elk jaar een korte vakantie voor al haar kinderen en kleinkinderen. Daar heb ik zulke fijne herinneringen aan, dat ik graag de familietraditie voortzet.
Ik vind het fijn om met dit soort kleine dingen mijn kinderen voor een keer te ontlasten. Die rennen het hele jaar al op en neer tussen hun huis, het werk en de crèche. Ik ben degene die de locatie uitzoekt, altijd ergens in Nederland, en gelukkig is iedereen elk jaar blij met mijn keuze. Mijn man en ik reizen dan vooruit en nemen vaak al een paar kleinkinderen mee. We stoppen de auto vol eten en andere spullen en maken het huis helemaal klaar voordat de rest komt. Mijn man en ik betalen vrijwel alles: de accommodatie, de drankjes onderweg, de kaartjes voor bijvoorbeeld het museum. Met zoveel mensen is het best een uitgave, maar we doen het graag omdat we er blije gezichten voor terugkrijgen. De kleintjes staan altijd te springen van blijdschap als ze horen dat we weer gaan.
Onze zoon en dochter wonen allebei met hun gezinnen vlak bij ons in de buurt en we zien elkaar behoorlijk vaak. Toch heeft samen op vakantie gaan iets extra’s. Je maakt elkaar van ’s morgens tot ’s avonds mee en hebt alle tijd voor de kleinkinderen. Thuis zijn er altijd wel klusjes en verplichtingen, waardoor je lang niet zo ontspannen en geduldig bent als in een vakantieomgeving.
Op vakantie doen we urenlang spelletjes: kaarten, ganzenborden, mens-erger-je-niet. We bakken samen broodjes of maken met z’n dertienen en ons hondje een lange wandeling. Maar het meest bijzondere van samen een paar dagen intensief met elkaar optrekken, is dat ik mijn eigen kinderen meemaak in hun dagelijkse rol van ouder. Als ik mijn zoon in de weer zie met zijn kleine baby, als ik zie hoe hij haar met veel liefde knuffelt en verzorgt, dan ontroert me dat. Het zijn heel gewone dingen waar we tijdens onze familievakantie van genieten. Begin dit jaar waren we in een boerderij in Drenthe, met ouderwetse kachels en een bedstee. Als oma vertel je dan over hoe de mensen vroeger leefden. De kleinkinderen vonden het reuze interessant en wilden allemaal dolgraag ‘in de muur’ slapen.
Sommige grootouders zijn tijdens de vakantie af en toe oppas, zodat papa en mama samen op pad kunnen. Wij niet. We doen vrijwel alles met de hele groep: ontbijten, wandelen, zwemmen, koken. Het is maar voor een beperkt aantal dagen en dan vinden we het leuk om zoveel mogelijk bij elkaar te zijn. Mensen vragen zich weleens af of het wel goed gaat, met zo’n grote groep dagen achter elkaar in een huisje. Natuurlijk is er weleens onenigheid, maar we komen er altijd wel weer uit. Voorwaarde is dat je redelijk op één lijn zit. Niet alleen wat interesses betreft, maar ook als het gaat om hoe je met elkaar en de kinderen omgaat. Wij houden allemaal van buiten zijn en van dingen ondernemen.
Over opvoeding hebben we dezelfde ideeën. Bij een ruzie tussen de kleinkinderen zetten we ze even apart en praten met ze. Ze weten dat ze niet uren televisie mogen kijken en dat ze allemaal moeten meehelpen in het huishouden. Duidelijke regels waar iedereen achter staat, helpen enorm. Ook de volwassenen spreken elkaar soms aan: ik heb net gekookt, wil jij nu de keuken opruimen? Zeggen wat je wilt, zonder bestraffende ondertoon, is belangrijk als je de sfeer goed wilt houden. En natuurlijk moet je ook praktisch zijn.
Ik kies vaak een huis dat op meer dan dertien personen is berekend. Zo weet ik zeker dat we genoeg leefruimte hebben en niet op elkaars lip zitten. Ook iets simpels als een afwasmachine doet wonderen: dan hoef je over de enorme stapels afwas in ieder geval geen discussie te voeren. Ik besef dat we geluk hebben dat het zo goed klikt tussen de volwassenen en de kinderen. Er zal vast en zeker een moment komen dat de kleinkinderen niet meer mee willen. Maar de elf leuke familievakanties die we tot nu toe hebben gehad, pakt niemand ons meer af.”
Lees ook:
- Plus Magazine