Tienduizenden ouderen leven onder het bestaansminimum omdat ze niet de financiële aanvulling krijgen waar ze recht op hebben.
Dat meldt de NOS naar aanleiding van en een onderzoek van de Algemene Rekenkamer. 70.000 tot 90.000 huishoudens hebben recht op een aanvulling op hun oudedagsvoorziening, omdat ze anders onder het bijstandsniveau terechtkomen. Maar ongeveer de helft van de mensen die voor deze Aanvullende Inkomensvoorziening Ouderen (AIO) in aanmerking komt, krijgt het niet.
Het gaat naar schatting om 34.000 tot 51.000 huishoudens.
Ze hebben om verschillende redenen niet genoeg geld om van te leven. Ouderen hebben bijvoorbeeld een tijd lang in het buitenland gewoond en daardoor geen volledige AOW-uitkering opgebouwd. Daaronder vallen ook migranten. Daarnaast kan een stel onder het minimum uitkomen als ze maar één AOW-uitkering krijgen, omdat de jongste partner er nog geen recht op heeft.
Informatie
Dat zoveel ouderen niet het geld krijgen waar ze recht op hebben, komt onder meer door beperkte informatie-uitwisseling, stelt de Rekenkamer. De Sociale Verzekeringsbank, (SVB) die verantwoordelijk is voor de uitkering, kan gegevens over inkomen en vermogen bij het UWV en de Belastingdienst niet inzien. De Rekenkamer adviseert te onderzoeken of dat niet alsnog zou kunnen.
Ouderenbond ANBO noemt het zorgelijk dat nu niet duidelijk is waarom zoveel ouderen die de aanvulling hard nodig hebben, deze niet aanvragen.
ANBO vermoedt dat het gaat om mensen die laaggeletterd zijn of analfabeet en dus niet weten hoe ze de regeling aan moeten vragen of de informatie van de SVB niet begrijpen. Volgens ANBO kan het ook gaan om mensen die niet digitaal zijn. ANBO pleit voor aanvullend onderzoek naar de oorzaken van dit niet-gebruik.