Duizenden werknemers zitten vast aan een ''keurslijfpensioen''. Wat is het precies en is er nog iets aan te doen?
Honderdduizenden werknemers bouwden de laatste jaren een pensioen op op basis van een zogeheten ‘beschikbare premieregeling’, waarbij het pensioen niet verzekerd is bij een pensioenfonds, maar bij een verzekeraar. De werkgever stort dan maandelijks voor de werknemer een bedrag in een potje, de beschikbare premie. Zo bouwt de werknemer een kapitaal op waarmee hij of zij op de pensioendatum een vaste, levenslang gegarandeerde oudedagsuitkering moet kopen bij een commerciële verzekeraar.
Deze omzetting van het belastingvrije premiespaargeld in een uitkering is fiscaal wettelijk verplicht. Alleen al dit jaar moeten naar schatting 15.000 mensen hun spaarpot omzetten in een uitkering. In de meeste gevallen komen zij nu van een koude kermis thuis.
Fors lagere uitkering
Het probleem is dat dit soort pensioenuitkeringen momenteel wel 20 tot 40 procent lager uitvallen dan de verzekeraar in het verleden in het vooruitzicht stelde. Verzekeraars geven de schuld aan de huidige lage rente.
Stel, je hebt twee ton in een premiespaarpotje zitten. Vijf jaar geleden leverde dit kapitaal bij een verzekeraar ruim €13.000 bruto pensioen per jaar op. Door de fors gedaalde rente is dat nu nog maar €8000 per jaar. Dit soort tegenvallers melden gedupeerden bij belangenclubs.
Deze gedupeerden kunnen geen kant op, want bij een pensioenpotje op basis van een beschikbare premie zijn ze verplicht een pensioen aan te kopen, meestal bij een commerciële verzekeraar. Als de rente toevallig zeer laag staat op het moment dat je het gespaarde kapitaal omzet in een pensioen, zit je voor altijd vast aan die lage rente. Vandaar de term keurslijfpensioen. De rente is nu minder dan 1 procent. Tel uit je verlies.
Pensioenknip
Pensioenadvocaten en belangengroepen van gepensioneerden, zoals de stichting Geldbelangen, klagen al langer over de houding van de verzekeraars, die doorgaans niet bereid zijn met hun pensioenklanten te onderhandelen over een betere uitkering.
Ook staatssecretaris Jetta Klijnsma van Sociale Zaken heeft zich verbaasd over de weinig toeschietelijke houding van de verzekeraars. Zij wordt hierin gesteund door de officiële toezichthouder Autoriteit Financiële Markten (AFM), die constateert dat veel verzekeraars de gepensioneerden slecht voorlichten.
Het kabinet besloot vorig jaar, onder druk van de actiegroepen en de Tweede Kamer, de 15.000 gedupeerden wat lucht te verschaffen. Staatssecretaris Klijnsma voerde de zogeheten pensioenknip (opnieuw) in.
Deze tijdelijke regeling geeft ouderen die vlak voor hun pensioen staan, het recht hun opgebouwde premiekapitaal niet in één keer helemaal te laten omzetten in een maandelijkse uitkering. Zij mogen de lage uitkering, die zij anders hun hele leven zouden krijgen, nu voor maximaal twee jaar ontvangen. De rest van hun spaarpotje moet de verzekeraar apart zetten, in de hoop dat de rente over twee jaar wat hoger zal zijn.
Definitieve oplossing
Het kabinet gaf tegelijk de verzekeraars de opdracht mee met spoed op de proppen te komen met verbeterde pensioencontracten. Vóór 1 juli 2016 moet er een definitieve oplossing zijn voor de slachtoffers van het keurslijfpensioen. Het kabinet zal voor die tijd komen met een wetswijziging die ruimere keuzemogelijkheden toestaat voor het omzetten van een pensioenspaarpot in een pensioenuitkering.
Of er in de praktijk werkelijk betere pensioenen uit zullen rollen, valt nog te bezien. Een paar jaar geleden bestond de pensioenknip ook al eens een tijdje. Ouderen die daar toen gebruik van maakten, hadden er niets aan: de rente daalde daarna alleen maar verder.
Klachten over verzekeraars
Een extra probleem is dat er veel klachten zijn over verzekeraars die niet van harte meewerken aan deze pensioenknip. Volgens actiegroep Geldbelangen ontmoedigen de verzekeraars hun klanten te kiezen voor deze oplossing. Ook weigeren zij soms klanten van andere verzekeraars toe te laten tot deze pensioenknip. Pensioenshoppen wordt op die manier onmogelijk voor gepensioneerden.
Veel verzekeraars raden hun klanten zelfs af deel te nemen aan de pensioenknip, met het argument dat dit de ouderen zou opzadelen met een renterisico. Maar met de huidige lage rente valt dit te bezien. Staatssecretaris Klijnsma roept de gedupeerde gepensioneerden daarom op hun klachten over het gedrag van de verzekeraars te melden bij de financiële toezichthouder AFM.
De klagende ouderen krijgen inmiddels steun van de AFM. Ook die constateert dat pensioenverzekeraars ‘onwenselijke drempels opwerpen’ tegen gepensioneerden die willen kiezen voor de pensioenknip. Zeven verzekeraars staan zo’n vrijwillige keuze niet zomaar toe, maar dwingen hun klanten eerst een betaald financieel advies aan te vragen. Bij dezelfde verzekeraar uiteraard.
Van de regen in de drup
Er gaan inmiddels in verzekeringsland stemmen op om het tegenvallende keurslijfpensioen aan te vullen door de verzekeraar een deel van de spaarpot risicovol te laten beleggen. De verzekeraar stopt dit geld dan in een van zijn eigen beleggingsfondsen, maar het risico komt bij de gepensioneerde te liggen.
Het is de vraag of zij hierdoor niet van de regen in de drup komen. Want bij dalende beurskoersen verdampt het pensioenkapitaal nog sneller.