Uw computer wordt na verloop van tijd steeds trager. Met deze tips brengt u de snelheid van uw computer weer terug op peil.
In dit vervolgartikel op deel 1 leest u nog meer tips over hoe u uw computer sneller maakt.
Tip 5: C-schijf leger maken
Windows staat standaard geïnstalleerd op de C-schijf van uw computer. Deze schijf wordt ook gebuikt door Windows als tijdelijke opslagplaats voor allerlei bestanden. Het is daarom voor de snelheid van de computer belangrijk dat de C-schijf zo schoon mogelijk blijft.
Helaas worden standaard alle programma’s die worden geïnstalleerd ook op de C-schijf gezet. Daarnaast gebruiken veel mensen deze schijf om gewone bestanden, zoals foto’s, op te zetten. Hierdoor raakt hij snel vol.
U kunt dit tegengaan door de C-schijf zo min mogelijk te gebruiken voor gewone bestanden die veel ruimte innemen, zoals foto’s en video’s. Zet deze op een van de andere schijven in uw computer. Mocht die vol raken, dan kunt u eventueel denken aan een externe harde schijf: voor opslag van bestanden die u minder vaak gebruikt. Houd er wel rekening mee dat een externe harde schijf langzamer werkt dan een harde schijf in uw computer. Meer over externe harde schijven leest u hier.
Installeer ook nieuwe programma’s zo min mogelijk op de C-schijf maar op een andere schijf (niet een externe harde schijf). U kunt dit bij het installeren van een programma opgeven. U kiest dan zelf een andere bestemmingsmap in plaats van de standaardmap -met de naam van het programma- op C.
Het is handig hiervoor eerst een map aan te maken, zodat u tijdens de installatie kunt aangeven dat het programma hierin moet worden geplaatst. Aangezien programma’s standaard in de verzamelmap Program Files op de C-schijf worden gezet, kunt u ook bijvoorbeeld op de D-schijf een map Program Files aanmaken. Vervolgens maakt u hierin een nieuwe map met de naam van het te installeren programma. Tijdens de installatie verwijst u vervolgens naar deze nieuwe map.
Als u al veel programma’s op uw C-schijf heeft geïnstalleerd, kunt u ruimte maken door programma’s die u niet gebruikt, te verwijderen. Ook kunt u eventueel programma’s verwijderen en opnieuw installeren op een andere schijf.
Een programma verwijdert u niet net als andere bestanden met de Delete-knop, maar door het te de-installeren. Hierdoor wordt de software netjes verwijderd en blijven er geen resten meer op uw computer staan: die op hun beurt de computer weer trager maken.
Om een programma te deinstalleren:
- Klik op Start > Configuratiescherm.
- Klik bij Programma’s op Een programma verwijderen.
U ziet een overzicht met geïnstalleerde programma’s. Onder het kopje Grootte kunt u in sommige gevallen zien hoeveel ruimte een programma inneemt.
- Klik op het programma dat u wilt verwijderen.
- Klik boven in het venster op Verwijderen.
- Als u om bevestiging wordt gevraagd: geef toestemming.
Het programma wordt netjes verwijderd.
Tip 6: Readyboost gebruiken
Extra geheugen helpt altijd om uw computer sneller te maken. Nou kunt u eventueel extra geheugen toevoegen in de kast van uw computer (bij een laptop kan dit meestal overigens niet). Maar het kan ook eenvoudiger: u gebruikt de functie ReadyBoost in Windows.
Met ReadyBoost stelt u de vrije opslagruimte op een USB-stick of een geheugenkaart beschikbaar aan Windows als extra werkgeheugen. Hiervoor moet het geheugenapparaat wel snel genoeg zijn. Windows geeft dit automatisch aan.
U schakelt als volgt ReadyBoost in:
- Plaats een USB-stick of geheugenkaart met voldoende vrije ruimte -minimaal 1 GB (gigabyte)- in uw computer.
- U ziet automatisch een venster waarin u bij Opties - Algemeen kunt klikken op De computer versnellen.
- Klik op Dit apparaat exclusief voor ReadyBoost gebruiken als u de USB-stick of geheugenkaart niet voor andere opslag wilt gebruiken (u kunt later het apparaat weer vrijgeven door te klikken op Dit apparaat niet gebruiken.
- Of klik op Dit apparaat gebruiken en sleep de schuif op de aanbevolen hoeveelheid ruimte (zie onderin het venster).
- Klik op OK.
Tip 7: visuele effecten uitschakelen
Windows 7 probeert zich zo mooi mogelijk visueel te presenteren, met een bijzonder -transparant- uiterlijk en vloeiende overgangen. Leuk om naar te kijken, maar het maakt werken met Windows ook langzamer. Zeker wanneer u een wat oudere computer met een beperkte videochip- of kaart heeft.
Aangezien deze visuele effecten niet nodig zijn voor het goed werken met Windows, kunt u ze uitschakelen:
- Klik op Start > Configuratiescherm.
- Klik bij Vormgeving en persoonlijke instellingen op Het thema wijzigen.
U kunt nu een ander thema kiezen dan het standaard Aero-thema voor vensters:
Kies bij Basisthema en thema’s met een hoog contrast een gewenst thema. Bepaalde thema’s zijn ook extra goed geschikt voor mensen met zichtproblemen.
Tip 8: veeleisende programma’s op andere tijdstippen laten draaien
Soms merkt u dat uw computer om onduidelijke redenen een bepaalde periode trager werkt dan gewoonlijk. Dit komt dan vaak doordat een programma automatisch op de achtergrond is opgestart en aan het werk is gegaan. Bekende voorbeelden hiervan zijn Windows Back-up, Windows Update en antivirusscanners.
Het is belangrijk dat deze programma’s hun taken regelmatig uitvoeren, alleen is het moment waarop dat automatisch gebeurt, niet altijd even handig.
U kunt er daarom voor kiezen het automatisch laten draaien van een dergelijk programma naar een beter tijdstip te verplaatsen. Of u schakelt het automatisch draaien uit en laat zelf handmatig de programma’s regelmatig hun werk doen. Let erop dat u dit dan wel zelf goed bijhoudt. Onder andere Windows updates zijn soms erg belangrijk om te installeren.
Over het aanpassen of uitzetten van het schema in Windows Back-up leest u hier meer.
Bij Windows Update:
- Klik op Start > Configuratiescherm.
- Klik op Systeem en beveiliging.
- Klik bij Windows Update op Automatische updates in- of uitschakelen.
- Geef bij Belangrijke updates de gewenste tijd op en in hoeverre u wilt bepalen wanneer updates gedownload en geïnstalleerd moeten worden.
Bij antivirusprogramma’s gaat u naar de instellingen/opties en geeft op of er een automatische scan moet worden uitgevoerd en wanneer. Hoe dit werkt verschilt per programma. Kijk eventueel de Help-functie erop na.
Tot slot
Waar in het dit artikel nog de tip werd gegeven om de Prefetch-map leeg te maken, is dit bij Windows 7 niet aan te raden. Er staan niet alleen prefetch-bestanden in de map. Als u de verkeerde bestanden verwijdert, loopt u de kans dat uw computer niet goed meer werkt.