Waar komen ze vandaan, en wanneer gaan ze weer weg?
Van de ene op de andere dag maken mensen er melding van: lieveheersbeestjes op het aanrecht, op de muren en deurposten en in de hoeken van alle kamers. Vorige week waren ze nog in Groot-Brittannië, maar nu komen de berichten over krioelende insecten van eigen bodem. Waar komen ze vandaan? En wanneer gaan ze weer weg?
Op dit moment hebben mensen ook last van de grauwe schildwants. Over dat insect leest u hier meer >>
Het lieveheersbeestje behoeft geen introductie: het is een iconisch rood kevertje met zwarte stippen, de mascotte van de overheidscampagne tegen zinloos geweld. Wat de meeste mensen niet weten is dat lieveheersbeestjes behoren tot de order Coleoptera (kevers) en de familie Coccinellidae. Deze familie bevat ongeveer 5000 soorten, waarvan er ongeveer 750 in Europa leven. Slechts een klein deel van deze familie eet planten of schimmels, het overgrote deel eet insecten en mijten. En de meeste soorten lieveheersbeestjes eten bladluizen.
Hier en daar een lieveheersbeestje in huis, daar kijkt niemand van op. Maar meerdere mensen hebben inmiddels aangegeven dat er soms wel tientallen op een kluitje in huis gevonden zijn. Hoe kan dat nou opeens?
Waar komen ze vandaan?
Veel van de lieveheersbeestjes zaten al in je huis. Dat beweert Vincent Kalkman van EIS Kenniscentrum Insecten. 'Normaal kruipen ze vanaf september in hoekjes en spleten om daar te overwinteren, maar door de warmte van de afgelopen dagen zijn ze weer actief geworden. En dan zie je dus ineens al die beestjes in huis kruipen en vliegen'.
Volgens Kalkman is het Aziatische lieveheersbeestje de meest veelvoorkomende soort in Nederland. En de soort die het liefst in huizen kruipt. Ze overwinteren in Azië oorspronkelijk in kalkrotsen, hoog in de bergen. In Nederland zijn geen bergen en de beestjes vinden in onze huizen en gebouwen een aardig alternatief. Van november tot en met januari zitten de lieveheersbeestjes stil en teruggetrokken, in een hoekje van de kamer of het plafond; tussen scharnieren, plooien van gordijnen of luxaflex; in kieren en naden bij het raam of deur; achter schilderijen. Door de lange, warme zomer zijn ze nu nog steeds actief. "Het Aziatische lieveheersbeestje is de enige soort die meerdere generaties per jaar voortbrengt. In warme jaren zoals dit jaar kunnen zich drie generaties voortplanten. En ja, dan krijg je er ineens wel heel veel."
In 2004 is het Aziatische lieveheerbeestje in Europa geïntroduceerd als natuurlijke vijand van de bladluis. Deze 'roofkever' blonk uit als bestrijder van bladluizen, echter later bleek dat dit Aziatische lieveheersbeestje het ook heeft voorzien had op onze inheemse soorten en ook regelmatig van de bladeren van onze gewassen eet.
Het Aziatische lieveheersbeestje is lastig te herkennen, maar beschikt in ieder geval over de volgende kenmerken:
- Volwassen zijn 5 tot 7 mm lang en ongeveer 5 mm breed, echter de grootte kan variëren.
- De kleur kan variëren van lichtgeel of oranjerood tot zwart en het aantal stippen ligt tussen te 0 en 21.
- De meest voorkomende kleuren zijn zwart met roodachtige stippen en oranjerood met zwarte stippen die vaag kunnen zijn of zelfs geheel verdwijnen.
Wanneer gaan ze weer? Hoe krijg je ze weg?
Het goede nieuws is dat lieveheersbeestjes in de winter niet eten, dus geen schade zullen aanrichten in huis. Ze zullen in de lente uit eigen beweging weer vertrekken, naar buiten vliegen. Wil je toch nu al van ze af, dan is een groepje opvegen met stoffer en blik en ze buiten zetten de beste oplossing. Houd de ramen en deuren goed dicht om ze vervolgens buiten te houden.
De makkelijkste en meest diervriendelijke manier om individuele lieveheersbeestjes te vangen is door een glas over ze heen te zetten en dan voorzichtig een stuk papier onder het glas te schuiven. Neem dan het glas, afgesloten met het stuk papier en het lieveheersbeestje erin, mee naar buiten en zet het lieveheersbeestje op een plant. Gebruik géén chemische bestrijdingsmiddelen: deze zijn dieronvriendelijke en vaak zijn deze zelfs niet geschikt. Ook is gif in huis is niet aan te raden.
Gevaarlijk zijn ze niet, zegt Kalkman, al gaan er wel verhalen rond over mensen die gebeten worden en allergisch zijn voor het gele gif wat de diertjes afscheiden als ze zich bedreigd voelen. Die verhalen zijn volgens Kalkman echter vrij zeldzaam.
Bron: NOS.nl, Animalstoday.nl