Voor automobilisten met een gehandicaptenparkeerkaart gelden andere regels dan voor de overige automobilisten. De meeste openbare parkeerplaatsen beschikken over een of meer speciale parkeerplekken. Maar welke regels gelden er verder?
Een gehandicaptenparkeerkaart is er in twee vormen: de bestuurderskaart en de passagierskaart. Op de kaart wordt dit onderscheid aangegeven met een hoofdletter B of een hoofdletter P. Een combinatie van beide is ook mogelijk.
Algemene gehandicaptenparkeerplaats
Op een algemene gehandicaptenparkeerplaats - te herkennen aan het blauwe verkeersbord met een witte P en een wit rolstoelsymbool - mag alleen worden geparkeerd mét een gehandicaptenparkeerkaart.
Parkeerschijf
Net als voor de reguliere parkeerplaatsen geldt voor gehandicaptenparkeerplaatsen soms een maximale parkeerduur. Is dit het geval, dan moet u een parkeerschijf gebruiken.
Op kenteken
De gemeente kan bepalen dat er voor het woonhuis een gereserveerde parkeerplaats nodig is: een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken. Het kenteken van de auto moet dan op een apart bord onder het algemene blauwe bord voor de gehandicaptenparkeerplaats hangen. Op zo’n parkeerplaats mag enkel het voertuig met het op het bord vermelde kenteken parkeren.
Op kenteken en tijd
Het komt ook voor dat er een speciale gehandicaptenparkeerplaats op kenteken én tijd wordt gereserveerd. Dit komt bijvoorbeeld voor op bedrijventerreinen en parkeerplaatsen bij kantoren. Deze parkeerplaatsen hebben dezelfde aanduiding als de parkeerplaats op kenteken. Daaronder hangt een extra bord met de aanduiding van dagen en tijden. Buiten die dagen en tijden mogen ook andere voertuigen op deze plek parkeren.
Parkeermeter
In ongeveer de helft van de Nederlandse gemeenten mag u met een gehandicaptenparkeerkaart gratis parkeren op een gewone parkeerplaats met parkeermeter. Goed opletten is dus het devies, want in de overige gemeenten moet u wél betalen bij de parkeermeter. Op de website Gehandicaptenparkeerkaart (http://www.gehandicaptenparkeerkaart.nl) vindt u per gemeente een overzicht van de regels.
Parkeerverbod niet geldig
Met een gehandicaptenparkeerkaart mag u parkeren op plaatsen waar het bord ‘Verboden te parkeren’ staat. Daarbij geldt wel dat u altijd een parkeerschijf moet gebruiken, omdat u op deze plaatsen niet langer dan drie uur mag staan. Ook moet het parkeren rechtstreeks verband houden met het vervoer van een gehandicapte.
Aanvraag gehandicaptenparkeerkaart
Een gehandicaptenparkeerkaart vraagt u aan in de gemeente waar u woont. Een keuringsarts doet medisch onderzoek en bepaalt of u - of de passagier, in het geval van een passagierskaart - voldoet aan de eisen. Een Nederlandse gehandicaptenparkeerkaart is een Europees document en onder meer geldig in alle Europese lidstaten.
Bron: Rijksoverheid (https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/verkeersregels/vraag-en-antwoord/waar-mag-ik-met-een-gehandicaptenparkeerkaart-parkeren)
- Rijksoverheid