Etentje is geen aanvaarding erfenis

Dit blijkt uit een uitspraak van de Hoge Raad in een familieruzie over een erfenis. De kiem van het conflict is in 1998 ontstaan als de vader overlijdt en zijn drie kinderen ieder een vordering op hun moeder krijgen. Ruim twee jaar later overlijdt ook een van de kinderen, zodat de vordering, die ruim elfduizend euro bedraagt,  bij zijn weduwe terecht komt. De moeder heeft daarna een testament opgemaakt waarin ze haar twee kinderen erfgenaam maakt en de kinderen van haar overleden zoon uitsluit.

In rook opgegaan

Na het overlijden van de moeder hebben de twee kinderen de erfenis beneficiair aanvaard. In praktijk erfden ze niets, want moeders schulden waren groter dan de bezittingen. Door de beneficiaire aanvaarding waren ze niet aansprakelijk voor moeders schulden, zodat de weduwe van het derde kind haar vordering in rook zag opgaan.
Zij stapte naar de rechter omdat zij vond dat de twee kinderen de erfenis niet beneficiair konden aanvaarden. Zij hadden namelijk op de dag van het overlijden met hun partners in een restaurant gegeten en de rekening van ¢119 betaald met de pinpas van de moeder. Door deze handeling hadden ze over de erfenis beschikt, waardoor ze deze automatisch hadden aanvaard en ze dus de vordering van de weduwe moesten uitbetalen.

Uitvaart

Bij de kantonrecher kreeg de weduwe geen gelijk, maar in hoger beroep bij het Gerechtshof wel. In cassatie stelde de Hoge Raad de twee kinderen in het gelijk omdat zij op de dag van het overlijden de begrafenis hadden geregeld. In het huis van de moeder was geen eten voorhanden en de kinderen woonen te ver weg om thuis te eten. De Hoge Raad oordeelde daarom dat de bescheiden restaurantrekening onderdeel uitmaakte van de uitvaartkosten. Wie een uitvaart regelt, aanvaardt daarmee niet automatisch de erfenis, zodat de twee erfgenamen de erfenis beneficiair mochten aanvaarden.