'Eierstokkanker wordt niet voor niets de silent lady killer genoemd'

Interview met gynaecoloog-oncoloog Jurgen Piek

knappe oudere vrouw
Getty Images

Van eierstokkanker merk je in eerste instantie weinig. Tegen de tijd dat je een opgezette buik krijgt, of darmklachten, is het vaak al uitgezaaid. Toch geeft gynaecoloog-oncoloog Jurgen Piek de moed niet op: "Preventief de eileiders verwijderen, blijkt echt te helpen."

Vrouwen bij wie eierstokkanker in de familie voorkomt, krijgen tegenwoordig het advies om preventief hun eierstokken te laten verwijderen. Ook Jurgen Piek, gynaecoloog-oncoloog bij het Catharina Kanker Instituut in Eindhoven, vindt dit de beste optie. Hij is gespecialiseerd in eierstokkanker en weet dat deze patiënten een slechte prognose hebben. “Vijf jaar na de diagnose is nog maar 30 procent in leven, dat is fors lager dan de 58 procent bij longkanker of de 68 procent bij darmkanker. 

Het grote probleem met eierstokkanker is dat het in de meeste gevallen al is uitgezaaid tegen de tijd dat je de diagnose krijgt. Dit komt doordat het snel groeit en je er lang weinig van merkt. De eerste symptomen zijn vage buikklachten, meestal niet iets waarmee je meteen naar de huisarts gaat. Dat doe je vaak pas als je een opgezette buik krijgt die steeds pijnlijker wordt, of als je darmen minder goed gaan functioneren. Dit wordt vaak veroorzaakt door een tumor die de doorgang blokkeert, en dan is het eigenlijk al te laat. Eierstokkanker wordt niet voor niets ‘silent lady killer’ genoemd.”

Waarom hebt u voor dit specialisme gekozen?

“Omdat het een sterke sociale kant heeft. Ik vind het een voorrecht om patiënten te mogen begeleiden tijdens hun traject en hen te verzekeren van de best mogelijke zorg, in samenspraak met de andere betrokken specialisten, zoals de radiotherapeut en de internist-oncoloog. Verder opereer ik veel, wat betekent dat ik praktisch kan bijdragen. Meestal niet aan genezing, maar wel aan betere kwaliteit van leven. Die slechte prognose betekent ook dat er veel winst te behalen valt. Dat stimuleert mij als wetenschapper enorm.”

Wat is er de afgelopen jaren verbeterd?

“Nog niet genoeg, maar ook zeker niet niks. Laat ik eerst iets vertellen over de standaardbehandeling van eierstokkanker. In de meeste gevallen is er al sprake van uitzaaiing in de buikholte wanneer de diagnose wordt gesteld. De eerste stap is dan de verwijdering van zo veel mogelijk tumorweefsel, een zogeheten debulkingoperatie. Bij erg veel tumorweefsel krijgen patiënten vóór de operatie al chemotherapie om dit te laten slinken. Na de operatie volgen nog drie chemotherapiekuren. Bovendien kunnen we vrouwen bij wie de kanker nog niet buiten de buikholte is uitgezaaid, zo’n 50 procent van alle patiënten, een relatief nieuwe behandeling aanbieden: OVHIPC. OV staat voor ovarium, het Latijnse woord voor eierstok. HIPC is de afkorting van hypertherme interperitoneale chemotherapie. Het komt erop neer dat tijdens de debulkingoperatie rechtstreeks in de buikholte chemotherapie wordt gegeven die tot boven de 40 graden is verwarmd en daar anderhalf uur blijft zitten. Ons ziekenhuis heeft meegedaan aan de voorbereidende studie en de resultaten zijn positief, in die zin dat OVHIPC de levensduur vaak met een aantal maanden verlengt.”

Piek vertelt dat er nóg een nieuwe behandeling is die na de drie standaardchemo’s kan worden ingezet: PARPi. Hiervoor komen patiënten in aanmerking met een bepaalde genetische mutatie die je vaak ziet in families waar eierstokkanker voorkomt. Zij krijgen bepaalde medicijnen toegediend die kwaadaardige celdeling onderdrukken. “Als deze behandeling aanslaat, kan het leven soms ook weer met maanden worden verlengd. Maar los hiervan zijn we de afgelopen decennia weinig opgeschoten. Je zou willen dat immuuntherapie net zo goed aansloeg als bijvoorbeeld bij longkanker. Helaas werkt die bij eierstokkanker niet doordat het immuunsysteem in de buikholte wordt onderdrukt. Onlangs zijn we een studie gestart om uit te vinden hoe dat komt. Want als je eenmaal de oorzaak kent, wordt de kans groter dat je die ook kunt aanpakken.”

Wat willen jullie verder onderzoeken?

“We willen onder meer weten of virussen het afweersysteem kunnen stimuleren en hiermee eierstokkanker kunnen afremmen, misschien zelfs stoppen. Al betekent dat niet dat we zo’n studie meteen kunnen opzetten. Subsidiegevers investeren graag in onderzoeken met hoog rendement, en eierstokkanker komt ‘slechts’ bij 1 op de 100 vrouwen voor. Kleinere fondsen zijn vaker bereid meer risico te nemen. Daardoor hebben we onlangs een pilotonderzoek kunnen doen naar de factoren achter de snelle groei van eierstokkanker. Als je kanker vergelijkt met een auto, bestaan er in totaal veertien soorten gaspedalen die de celgroei aanjagen. Ons doel is uit te vinden welke er in gebruik zijn bij eierstokkanker. Onder die gaspedalen willen we dan graag een blokje plaatsen. We hopen snel verder te kunnen met het vervolgonderzoek.”

Zijn jullie ook bezig met preventie?

“Nou en of. We weten inmiddels dat de meest voorkomende vorm van eierstokkanker, 70 procent van alle gevallen, uit de eileider afkomstig is. Die kun je dus voorkomen door de eileiders te verwijderen. Daarom zijn we in 2017 met collega’s in het Radboudumc in Nijmegen gestart met het preventief verwijderen van de eileiders bij vrouwen die toch al een buikoperatie ondergaan én een voltooide kinderwens hebben. Dan kun je denken: waarom niet meteen de eierstokken verwijderen? De reden is dat de eierstokken hormonen produceren die onder meer de functie van hart en bloedvaten ondersteunen en zorgen voor stevige botten. Bovendien raak je zonder eierstokken in de overgang. Bij vrouwen boven de 65 verwijderen we ze wel.”

Je moet dus het relatieve geluk hebben dat je toevallig toch onder het mes gaat…

“Daar komt het wel op neer. Maar er wordt enorm veel geopereerd in Nederland, wat met het oog hierop positief is. Ik schat dat bij één op de vier vrouwen de eileiders preventief kunnen worden verwijderd.”Een landelijk bevolkingsonderzoek onder vrouwen, zoals bij borstkanker, zit er volgens Piek niet in. Alleen al vanwege de hoge kosten. Bovendien is het tot nu toe niet gelukt om eierstokkanker door screening in een vroeg stadium op te sporen. “In Engeland is een grootscheepse studie gedaan onder 200.000 vrouwen die een regelmatige screening kregen door middel van echo’s. Best belastend en het leverde niets op. Ik heb in mijn eigen praktijk ook een keer een patiënt gehad bij wie een van de genmutaties was vastgesteld die de kans op eierstokkanker verhogen. Bij uitgebreid onderzoek werden er geen afwijkingen gevonden, maar drie maanden later was de kanker uitgezaaid in de hele buikholte. Je ontdekt het in feite dus pas als het te laat is. Heel treurig.”

U wilt meer aandacht voor eierstokkanker?

“Dat klopt. Meer aandacht zal zorgen voor een groeiend besef dat er echt meer moet gebeuren op onderzoeksgebied, of het nu gaat om preventie, vroegere opsporing, een langere levensduur of zelfs genezing. Deze ziekte treft vrouwen tussen 50 en 70 jaar, maar soms ook veel jonger, mensen die midden in het leven staan. Het zal je maar gebeuren, met alle stress en onzekerheid die erbij komen kijken. Want je wéét dat de kanker terugkomt, maar niet wanneer.”

Wat zegt u tegen uw patiënten?

“Ik probeer hen erop te wijzen dat ze vooral moeten léven. Dat het fijn is om toch dingen op te pakken. En ik geef iedereen de keus: wil je de overlevingscurve zien of niet? Is het ja, dan zeg ik bij die 30 procent kans: ‘Voor jou is het fifty fifty.’ Want óf je hoort bij de relatief gelukkigen die die eerste vijf jaar overleven, óf niet. Zo simpel is het. Wat sowieso enorm helpt, is positief denken. Alleen al om het draaglijk te maken.”

Sommige mensen hebben die positieve instelling van nature. Piek noemt één patiënt, Mabel van Eck, die sinds vorig jaar bij het Catharina Ziekenhuis onder behandeling is voor eierstokkanker. Zij heeft een campagne opgezet om fondsen te werven voor onderzoek onder het motto: Eierstokkanker? Steek er een stokje voor! 

“Mabels hobby is grafische vormgeving. Met haar creatieve talent heeft ze een prachtig logo voor de campagne ontworpen: een matroesjka die symbool staat voor vrouwelijkheid en vruchtbaarheid. Het is haar doel dat die matroesjka even bekend wordt als het roze lintje, pink ribbon, dat symbool staat voor borstkanker. Daarin steun ik haar uiteraard van harte.” Piek steunt ál zijn patiënten, voegt hij daaraan toe. “Ook vrouwen die te horen krijgen dat het veiliger is om eileiders en eierstokken preventief te laten verwijderen. Als gezonde vrouw zo’n operatie ondergaan, dat is geen pretje, maar het is wel heel verstandig.”

Jurgen Piek studeerde geneeskunde aan de UvA en promoveerde in 2004 aan de VU op het ontstaan van eierstokkanker. Hij werd in 2009 geregistreerd als gynaecoloog en drie jaar later erkend als gynaecologisch oncoloog. Sinds 2015 is hij verbonden aan het Eindhovense Catharina Ziekenhuis. Zijn wetenschappelijke interesse ligt bij het voorkomen en genezen van eierstokkanker.

Een andere versie van dit artikel verscheen eerder in Plus Gezond januari 2025. Abonnee worden van het blad? Dat doe je in een handomdraai.

Bron 
  • Plus Gezond