Wandelen tussen exotische planten en de meest kleurrijke bloemen. Of een fietstocht maken langs ruige rotsen, spectaculaire kliffen en helder water. Heerlijk wegdromen op de eilanden van Bretagne.
5. Île de Bréhat
Vanaf Pointe de l’Arcouest ben je binnen tien minuten op dit eiland. En toch lijkt het alsof je even in een andere wereld bent. Geen enkele auto, alleen maar serene rust. Île de Bréhat wordt ook wel ‘het Bloemeneiland’ genoemd, dankzij zijn verscheidenheid aan flora en het prachtige landschap. Hortensia’s, mimosa, moerbei, eucalyptus, aloë, camelia’s; een bloemrijker eiland rondom Frankrijk is er niet. Vooral de prachtige, blauwpaarse Afrikaanse lelie (agapanthus) geeft het eiland veel schoonheid. Onmisbare tips op Bréhat zijn de vuurtoren Paon, de citadel, kapel Saint-Michel en Plage du Guerzido (zandstrand).
4. Île d'Houat & Hoëdic
Twee andere paradijselijke mini-eilandjes bij Bretagne zijn Île d'Houat & Hoëdic. Als je hier rondloopt, is het net alsof de tijd even stilstaat. De bewoners – nog geen 400 in totaal –trekken in een rustig tempo met hun karren naar het enige dorp, waar kleine witte vissershuisjes voor een uniek gezicht zorgen. Voorbij het dorp voel je je een echte Robinson. Helder water, ruige rotsen, steile kliffen en kleurrijke heidevelden. ‘Hier ruist zachtjes een gevoel van het einde van de wereld.’ En soms is dat gevoel helemaal niet angstaanjagend, maar juist heerlijk.
3. Île de Ré
Een aanzienlijk groter eiland, en een van de grootste van Frankrijk, is Île de Ré, met een oppervlakte van 85 km² en zo’n 20.000 inwoners. Het vakantie-eiland dat sinds 30 jaar vanaf het vasteland van Frankrijk (La Rochelle) is te bereiken via een lange tolbrug, wordt getypeerd door vele witte huisjes met groen houtschrijnwerk en oranje daken. Als je toe bent aan serene rust kun je beter een van bovenstaande eilandjes kiezen. Île de Ré is erg toeristisch, maar daarom ook extra gezellig: van verlichte haventjes tot gezellige winkelstraten.
2. Île d’Ouessant
Het eiland Ouessant (15,58 km²) is het meest westelijke puntje van Bretagne. Door de vele rotspartijen was Ouessant jarenlang een geïsoleerd eiland, inmiddels kun je er met shuttleboten en zelfs het vliegtuig komen. Hoogtepunten zijn de vuurtorens – waarvan er drie in zee staan – die boven de vlaktes uitstijgen. Verwacht geen vrolijke fauna zoals op andere eilandjes van Bretagne, maar een uitgestrekt landschap waar je urenlang kunt fietsen en wandelen.
1. Belle-Île-en-Mer
Belle-Île-en-Mer (letterlijk: ‘mooi eiland in de zee’) is met een oppervlakte van ruim 80 km² het grootste Bretonse eiland in de Atlantische Oceaan. Ruwere kustlijnen, grotere inhammen en hogere rotsen zie je bijna nergens. Een authentiek eiland dat meteen indruk maakt. In het binnenland is het landschap vlakker. Claude Monet heeft op Belle-Île-en-Mer veel inspiratie opgedaan voor zijn kunstwerken; "Les Pyramides de Port-Coton" is hiervan de bekendste. Iedereen die voet zet op het eiland zal zonder twijfel gecharmeerd raken van de ruige kliffen en rotspartijen die de woeste zee een halt toeroepen.