Gezond Gesprek met uroloog Paul Verhagen
Het is iets groter dan een walnoot, ligt om de plasbuis van de man en normaal gesproken voel of merk je er helemaal niets van: de prostaat. Totdat je wat ouder wordt, dan begint bij veel mannen de prostaat op te spelen. Uroloog Paul Verhagen neemt de tijd om goed uit te leggen hoe die klachten ontstaan en wat er aan te doen valt.
De prostaat is een klier die bij mannen rondom de plasbuis ligt. Deze klier maakt vloeistof aan, dat zich bij een zaadlozing mengt met zaadcellen tot sperma. Bij jongens groeit de prostaat zodra ze in de puberteit komen, onder invloed van het mannelijk hormoon testosteron. Maar eigenlijk blijft de prostaat het hele leven groeien, en dat kan op den duur voor problemen zorgen. Dit verschijnsel staat bekend als goedaardige prostaatvergroting (BPH = benigne prostaat hypertrofie).
Vergrote prostaat
Als de prostaat groeit, dan krijgt de plasbuis steeds minder ruimte. Als reactie daarop moet de blaas zich steeds sterker samentrekken om de plas te kunnen lozen. Het is een soort krachttraining voor de blaas, maar die kan daardoor wel overprikkeld raken. De urinestraal wordt minder sterk, je moet vaker naar het toilet, je krijgt last van nadruppelen, of je kunt je plas bij aandrang minder goed ophouden. Ook kan het zijn dat de blaas zich niet goed meer kan legen. Voor de ene man zijn die klachten iets waar hij niet zoveel last van heeft. Voor de ander kan het tot problemen leiden, bijvoorbeeld omdat je ’s nachts vaak eruit moet om te plassen en dan niet direct weer inslaapt. Uroloog Paul Verhagen: "We kunnen met een eenvoudig onderzoek de klachten in kaart brengen. Dat is allereerst een plastest, waarbij je in een speciaal toilet plast om de kracht van de straal en het volume te meten. Ook maken we een echo van de blaas, om te checken of die goed geleegd wordt door het plassen. Soms zijn mannen gerustgesteld door het onderzoek, en besluiten ze verder niets aan hun klachten te doen. Soms wordt de prostaatvergroting behandeld, bijvoorbeeld met medicijnen en soms ook met een operatie."
Geen indicatie voor prostaatkanker
Vaak zijn mannen bang dat hun prostaatklachten wijzen op prostaatkanker, maar er is geen relatie tussen deze klachten en de aanwezigheid van prostaatkanker. "Sterker nog", zegt Verhagen: "Meestal geeft prostaatkanker geen enkele klacht en wordt het bij toeval ontdekt". Een indicator voor prostaatkanker is de PSA-waarde in het bloed. PSA is Prostaat Specifiek Antigeen, een eiwit dat de prostaat maakt. Dat eiwit is alleen aanwezig in de prostaat. Het 'lekt' een klein beetje in de bloedbaan, maar normaal gesproken zijn de waarden in het bloed heel laag. Als de PSA-waarde verhoogd is, dan kan dat een indicatie zijn voor prostaatkanker. Verhagen: "Met de PSA-waarde kun je dus prostaatkanker opsporen. Er is veel discussie of dit nu wel of niet een standaardscreening moet zijn voor mannen. Tot nu toe is dit niet het geval. Op de website prostaatwijzer.nl kan een arts gegevens invoeren en zo inschatten wat het risico is op prostaatkanker bij een patiënt.’ Op deze website kun je zelf ook een test doen om een inschatting te maken van je risico op prostaatkanker. Factoren zijn bijvoorbeeld leeftijd, etniciteit en het voorkomen van prostaatkanker in de familie. Als een vader of broer prostaatkanker heeft, dan is het risico op prostaatkanker maximaal twee keer zo groot. Ook bij het stijgen van de leeftijd neemt de kans op prostaatkanker toe. Bij mannen met een Afrikaanse etniciteit en een donkere huidskleur komt prostaatkanker vaker voor.
Waakzaam afwachten
Bij een verhoogde PSA-waarde en een verhoogd risico op prostaatkanker wordt aanvullend onderzoek gedaan om de diagnose prostaatkanker te kunnen stellen. Met een naald wordt onder plaatselijke verdoving weefsel afgenomen van de prostaat, om dit te onderzoeken in het laboratorium. Ook wordt een MRI-scan gedaan. Als de diagnose compleet is, betekent dit lang niet altijd dat de prostaatkanker ook behandeld wordt, zegt Verhagen: "In het begin is het vaak voldoende om 'waakzaam af te wachten': iemand blijft onder intensieve controle zonder dat behandeling nodig is. De PSA-waarde wordt dan regelmatig getest, en arts en patiënt houden eventuele klachten goed bij. De meeste vormen van prostaatkanker groeien zo langzaam, dat het soms jaren niet nodig is om te behandelen. Het is zelfs zo dat de meeste mannen sterven met prostaatkanker, maar niet aan prostaatkanker: op hoge leeftijd heeft 80 a 90 procent van de mannen prostaatkanker, zonder dat direct problemen oplevert. Dit is de belangrijkste reden dat er niet standaard wordt gescreend op prostaatkanker."
Behandeling prostaatkanker
Groeit de tumor snel, of geeft die veel klachten, dan is behandeling wel noodzakelijk. "Inmiddels zijn er veel vormen van behandeling voor prostaatkanker", vertelt Verhagen. "Er is bestraling mogelijk, of een operatie waarbij de prostaat en zaadblaasjes worden verwijderd. Elke behandeling kent wel nadelen en mogelijke effecten op de lange termijn, zoals incontinentie, onvruchtbaarheid of impotentie. De behandeling wordt daarom altijd op maat gemaakt." Prostaatkanker kan zich ook uitzaaien, bijvoorbeeld naar de lymfeklieren of de botten. Als de prostaatkanker zich heeft uitgezaaid, is genezing niet meer mogelijk. Wel kan er dan nog worden behandeld, bijvoorbeeld met hormoontherapie. Verhagen: "Hierbij wordt de aanmaak van testosteron in het lichaam geremd. De kankercellen zijn voor hun groei afhankelijk van testosteron en zullen daardoor minder hard groeien of zelfs afnemen. Helaas zien we dat effect na 1 tot 3 jaar weer afneemt. Dan zijn - in overleg - weer andere behandelingen nodig, zoals medicatie of chemotherapie. Elke behandeling heeft weer consequenties en bijwerkingen. Zo zal hormoontherapie kunnen leiden tot vermoeidheid, opvliegers, sombere of emotionele buien en verlies van libido."
De podcast met Paul Verhagen is hieronder te beluisteren.